In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 8 februari 2023 uitspraak gedaan in een verzoek tot toepassing van een dwangakkoord, ingediend door verzoekster, die in financiële problemen verkeert. Verzoekster had op 18 november 2022 een verzoek ingediend om een schuldsaneringsregeling, waarbij zij een schuldregeling had aangeboden aan haar schuldeisers, waaronder één schuldeiser die weigerde in te stemmen met het aanbod. De rechtbank heeft vastgesteld dat de schuldbemiddeling niet was uitgevoerd door een persoon of instelling zoals bedoeld in artikel 48 lid 1 van de Wet op het consumentenkrediet (Wck). Dit artikel stelt strikte eisen aan wie bevoegd is om een schuldregeling aan te bieden. De rechtbank oordeelde dat Fonds de Loods, de schuldhulpverlener van verzoekster, niet onder de in artikel 48 Wck genoemde categorieën valt. Hierdoor was het verzoek tot gedwongen schuldregeling niet ontvankelijk, en de rechtbank kon niet overgaan tot een inhoudelijke beoordeling van de zaak. De rechtbank heeft het verzoek om een gedwongen schuldregeling dan ook afgewezen, met als gevolg dat verzoekster geen recht heeft op de gevraagde regeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en verzoekster kan binnen acht dagen na de uitspraak in hoger beroep gaan.