Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 14 augustus 2023, met bijlagen 1 tot en met 12;
- de brief van [eiseres01] , met bijlagen 13 en 14.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 8 september 2023 een verstekvonnis uitgesproken in een kort geding tussen eiseres, vertegenwoordigd door mr. M.L. Brunia, en gedaagde, Hofstede Interfleur Groep B.V., die niet is verschenen. De procedure is gestart met een dagvaarding op 14 augustus 2023, gevolgd door een zitting op 6 september 2023 waar alleen eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er voldoende spoed aanwezig is om de eis in kort geding toe te wijzen, aangezien de vordering niet onrechtmatig of ongegrond is. Eiseres heeft gelijk gekregen en de kantonrechter heeft Hofstede Interfleur Groep veroordeeld tot betaling van achterstallig loon, vakantiegeld en andere emolumenten, evenals de proceskosten. De totale kosten zijn vastgesteld op € 1.355,13, met wettelijke rente over de verschuldigde bedragen. Daarnaast is Hofstede Interfleur Groep verplicht om binnen vijf dagen na betekening van het vonnis deugdelijke bruto/netto salarisspecificaties te verstrekken, op straffe van een dwangsom. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.