Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[gedaagde01],
1.De procedure
- de dagvaarding van 20 juni 2023, met bijlagen;
- het antwoord;
- de brief van de gemachtigde van Woonbron van 27 oktober 2023, met bijlagen.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 24 november 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Woonbron en de bewindvoerder van [gedaagde01]. Woonbron vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning van [gedaagde01] wegens huurachterstand. De huurachterstand was op het moment van de mondelinge behandeling op 7 november 2023 opgelopen tot € 3.748,46, wat resulteerde in een achterstand van meer dan vijf maanden. De kantonrechter oordeelde dat de huurachterstand ernstig genoeg was om de huurovereenkomst te ontbinden, ondanks de persoonlijke omstandigheden van [gedaagde01]. De bewindvoerder, die de formele procespartij was geworden, heeft de vorderingen van Woonbron niet inhoudelijk betwist.
De kantonrechter heeft de ontbinding van de huurovereenkomst en de ontruiming van de woning toegewezen. Tevens werd de bewindvoerder veroordeeld tot betaling van de huurachterstand, buitengerechtelijke incassokosten en rente. De rechter heeft ook een gebruiksvergoeding vastgesteld die [gedaagde01] moet betalen tot de ontruiming van de woning. Woonbron heeft tijdens de mondelinge behandeling toegezegd dat zij niet tot executie van het vonnis zal overgaan, mits de bewindvoerder binnen zes maanden een voorstel doet voor afbetaling van de openstaande bedragen en [gedaagde01] zich aan de afspraken houdt.
De proceskosten werden toegewezen aan Woonbron, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De rechter heeft alle andere vorderingen afgewezen.