ECLI:NL:RBROT:2023:12192

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 november 2023
Publicatiedatum
21 december 2023
Zaaknummer
10711565 VZ VERZ 23-9008
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging ontslag op staande voet van een zieke werknemer

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 29 november 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een zieke werknemer, aangeduid als [verzoekster01], en haar werkgever, SushiPoint Capelle aan den IJssel B.V. De werknemer was op 15 oktober 2020 in dienst getreden als assistent sushi chef en had zich op 17 mei 2023 arbeidsongeschikt gemeld. SushiPoint heeft de werknemer op 21 juli 2023 op staande voet ontslagen, omdat zij naar de mening van de werkgever niet had meegewerkt aan haar re-integratie en niet op uitnodigingen voor gesprekken was verschenen. De werknemer heeft hiertegen verweer gevoerd en verzocht om vernietiging van het ontslag.

De kantonrechter heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat SushiPoint niet op goede gronden het ontslag op staande voet heeft gegeven. De rechter oordeelde dat de werknemer, gezien het advies van de bedrijfsarts, niet verplicht was om op het werk te verschijnen of de redenen voor haar afwezigheid te onderbouwen. Bovendien was het niet redelijk om de werknemer te verplichten naar Loosdrecht te reizen voor een gesprek, terwijl zij in Rotterdam woonde. De kantonrechter concludeerde dat het ontslag niet gerechtvaardigd was en heeft het vernietigd. Tevens heeft de rechter SushiPoint veroordeeld tot doorbetaling van het loon van de werknemer, inclusief achterstallige betalingen en vakantiegeld, en heeft SushiPoint in de proceskosten veroordeeld.

De uitspraak benadrukt het belang van de rol van de bedrijfsarts in re-integratieprocessen en de verplichtingen van werkgevers om redelijke verzoeken te doen aan werknemers die arbeidsongeschikt zijn. De kantonrechter heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat SushiPoint onmiddellijk aan de veroordelingen moet voldoen, ondanks mogelijke hoger beroep.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
locatie Rotterdam
zaaknummer: 10711565 VZ VERZ 23-9008
datum uitspraak: 29 november 2023
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoekster01] ,
woonplaats: [woonplaats01] ,
verzoekster,
gemachtigde: mr. J.W. Dijke en mr. C. Roeland,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SUSHIPOINT CAPELLE AAN DEN IJSSEL B.V.,
vestigingsplaats: Capelle aan den IJssel,
verweerster,
gemachtigde: mr. W.J.H. Luijer.
Partijen worden hierna aangeduid als “ [verzoekster01] ” en “SushiPoint”.

1.De procedure

1.1
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • het verzoekschrift van [verzoekster01] , met bijlagen, ontvangen op 21 juli 2023;
  • de brief van 7 november 2023 namens [verzoekster01] met een vermeerdering van het (subsidiaire) verzoek;
  • het verweerschrift van SushiPoint, met bijlagen;
  • de pleitaantekeningen van de gemachtigde van [verzoekster01] .
1.2
De mondelinge behandeling heeft in aanwezigheid van partijen en hun gemachtigden plaatsgevonden op 8 november 2023. [verzoekster01] was vergezeld van haar echtgenoot de heer [naam01] , die tevens optrad als tolk. Beide partijen hebben ter zitting hun standpunten toegelicht.

2.De feiten

2.1
[verzoekster01] is op 15 oktober 2020 bij SushiPoint in dienst getreden in de functie van assistent sushi chef, laatstelijk op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Het laatstverdiende loon van [verzoekster01] bedraagt € 1.955,00 (exclusief 8% vakantietoeslag) op basis van een arbeidsomvang van veertig uur per week.
2.2
[verzoekster01] heeft zich op 17 mei 2023 arbeidsongeschikt gemeld. Door de bedrijfsarts is in zijn probleemanalyse van 12 juni 2023 opgenomen dat de uit de ziekte voortvloeiende beperkingen dusdanig zijn dat er onvoldoende mogelijkheden zijn om [verzoekster01] arbeids
geschikt te achten voor de eigen of voor andere arbeid. Als aanvulling is door de bedrijfsarts vermeld dat sprake is van aan werk gebonden problematiek waarvoor op termijn, zodra [verzoekster01] voldoende belastbaar is, mediation nodig zal zijn.
2.3
SushiPoint heeft [verzoekster01] uitgenodigd, dan wel opgeroepen te verschijnen voor gesprekken op het hoofdkantoor van SushiPoint in Loosdrecht op 20 juni 2023, 21 juni 2023, 28 juni 2023, 30 juni 2023 en 3 juli 2023. [verzoekster01] heeft aan deze uitnodigingen, dan wel oproepingen geen gehoor gegeven.
2.4
SushiPoint heeft met ingang van 29 juni 2023 de loonbetaling opgeschort totdat [verzoekster01] gehoor zou geven aan de opdrachten van SushiPoint.
2.5
[verzoekster01] heeft op 30 juni 2023 een deskundigenoordeel verzocht ten aanzien van de vraag of SushiPoint voldoende doet om haar weer aan het werk te helpen. Het UWV heeft op 19 juli 2023 geoordeeld dat de re-integratie inspanningen van SushiPoint niet voldoende zijn.
2.6
SushiPoint heeft [verzoekster01] uitgenodigd, dan wel opgeroepen voor een gesprek op de vestiging Capelle aan den IJssel op 6 juli 2023 en in de periode van 10 tot en met 19 juli 2023. [verzoekster01] heeft daaraan geen gehoor gegeven.
2.7
Op 21 juli 2023 heeft SushiPoint [verzoekster01] op staande voet ontslagen.

3.Het geschil

3.1
[verzoekster01] heeft (primair) verzocht, bij beschikking voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. (…)
II. Het ontslag op staande voet d.d. 21 juli 2023 te vernietigen;
III. SushiPoint te veroordelen tot betaling van het salaris van € 1.955,00 bruto per maand met ingang van 21 juli 2023, te verhogen met 8% vakantietoeslag;
IV. SushiPoint te veroordelen tot betaling van het achterstallig salaris over de maand juni 2023 van € 3.656,44 bruto per maand, inclusief het vakantiegeld over de periode mei 2022 tot en met mei 2023;
V. SushiPoint te veroordelen tot betaling van het achterstallig salaris over de periode 1 juli 2023 tot 20 juli 2023 van een bedrag € 1.261,29 bruto, te verhogen met 8% vakantietoeslag;
VI. SushiPoint te veroordelen tot betaling van de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW over het gevorderde sub III en V;
VII. SushiPoint te veroordelen tot betaling van de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW over het gevorderde sub III, sub IV en sub VI vanaf de vervaldatum tot aan de dag van algehele voldoening;
VIII. SushiPoint te veroordelen in de proceskosten.
3.2
[verzoekster01] baseert haar verzoeken op het volgende:
De aan [verzoekster01] verweten gedragingen kunnen op zichzelf of in onderlinge samenhang bezien geen ontslag op staande voet rechtvaardigen. [verzoekster01] heeft niet geweigerd om in te gaan op redelijke voorschriften van SushiPoint en is altijd bereikbaar geweest om controle mogelijk te maken. Gelet op het oordeel van de bedrijfsarts dat er geen mogelijkheden waren voor re-integratie en dat mediation nodig zal zijn mocht SushiPoint [verzoekster01] niet uitnodigen voor gesprekken. [verzoekster01] voelt zich door SushiPoint onder druk gezet.
Het was voor [verzoekster01] niet mogelijk om op afspraken met SushiPoint te verschijnen, omdat zij verhinderd was of omdat zij zich niet in staat acht adequaat (alleen) een gesprek aan te gaan in verband met haar psychische en lichamelijke klachten. Daarnaast heeft SushiPoint ten onrechte langdurig vastgehouden aan een gesprek in Loosdrecht, terwijl dit voor [verzoekster01] te ver reizen was. [verzoekster01] heeft altijd meegewerkt aan haar
re-integratie, voor zover dat van haar kon worden verlangd. Op het moment dat SushiPoint te kennen gaf om te willen praten over een plan van aanpak heeft [verzoekster01] te kennen gegeven daarover in gesprek te willen.
3.3
[verzoekster01] meent dat SushiPoint geen rechtsgeldige reden had voor opschorting van het loon vanaf 29 juni 2023. Er is geen sprake geweest van een ongegronde weigering aan haar zijde. [verzoekster01] maakt dan ook aanspraak op betaling van het achterstallige loon.
3.4
[verzoekster01] wenst voortzetting van haar dienstverband, omdat een beëindiging voor haar grote negatieve (inkomens)gevolgen heeft.
3.5
SushiPoint verweert zich tegen het verzoeken van [verzoekster01] en heeft verzocht haar te veroordelen in de kosten van de procedure. SushiPoint heeft daartoe - samengevat weergegeven - het volgende aangevoerd.
[verzoekster01] heeft hardnekkig geweigerd gevolg te geven aan redelijke opdrachten van SushiPoint. Zo heeft [verzoekster01] stelselmatig geweigerd gehoor te geven aan uitnodigingen en oproepen van SushiPoint om een gesprek te voeren over haar verzuim en re-integratie. [verzoekster01] heeft daarnaast hardnekkig geweigerd inzage te geven in de redenen om niet te verschijnen en heeft bij herhaling nagelaten haar beschikbaarheid of alternatieve data voor een gesprek op te geven. SushiPoint heeft [verzoekster01] getracht te faciliteren door middel van inschakeling van een vertrouwenspersoon, maar de mogelijkheden van SushiPoint om tot een gesprek te komen zijn door de weigerachtigheid van [verzoekster01] geheel uitgeput. SushiPoint heeft [verzoekster01] bij herhaling gewaarschuwd voor de gevolgen indien zij geen gehoor zou geven aan redelijke verzoeken. [verzoekster01] weigerde desondanks mee te werken aan het opstellen van een plan van aanpak. SushiPoint heeft [verzoekster01] daarom terecht op staande voet ontslagen.
3.6
Op de overige stellingen van partijen wordt - voor zover van belang - bij de beoordeling ingegaan.

4.De beoordeling

4.1
In geschil is de vraag of SushiPoint [verzoekster01] op goede gronden op staande voet heeft mogen ontslaan.
Juridisch kader
4.2
Ingevolge artikel 7:678 lid 1 BW worden voor een werkgever als dringende redenen beschouwd zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer die ten gevolge hebben dat van de werkgever redelijkerwijs niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Voor de beoordeling van de vraag of sprake is van een dringende reden die een beëindiging van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigt, moeten alle omstandigheden van het geval - in onderling verband en samenhang - in aanmerking worden genomen, zoals de aard en de ernst van hetgeen de werkgever als dringende reden aanmerkt, de aard van de dienstbetrekking, de duur ervan en de wijze waarop de werknemer de dienstbetrekking heeft vervuld, alsook de persoonlijke omstandigheden van de werknemer, zoals zijn leeftijd en de gevolgen die het ontslag op staande voet voor hem hebben.
Dringende reden
4.3
SushiPoint heeft in de ontslagbrief van 23 juli 2023 opgenomen dat [verzoekster01] hardnekkig heeft geweigerd gevolg te geven aan redelijke opdrachten, dat zij niet heeft meegewerkt aan re-integratie, dat zij ondanks instructie niet bereikbaar was om controle mogelijk te maken en ook overigens geen mogelijkheid heeft gegeven om haar verzuim te controleren, en dat zij ondanks herhaald verzoek van SushiPoint de redenen waarom [verzoekster01] geen gevolg heeft gegeven aan de uitnodigingen niet heeft onderbouwd.
Deze verwijten komen er in feite op neer dat [verzoekster01] zich zou hebben onttrokken aan haar verplichtingen en dat zij tot vijfmaal zou hebben geweigerd met SushiPoint in gesprek te gaan.
4.4
De uitnodigingen, dan wel oproepingen van SushiPoint voor een gesprek met [verzoekster01] acht de kantonrechter niet redelijk. Het (eerste en enige) advies van de bedrijfsarts van 12 juni 2023, waarin is opgenomen dat [verzoekster01] volledig arbeidsongeschikt is te achten en dat er geen arbeidsmogelijkheden zijn dient als uitgangspunt te worden genomen. Alleen een bedrijfsarts kan als deskundige op dit gebied bepalen of een zieke werknemer (tijdelijk) arbeidsongeschikt is en kan beoordelen in hoeverre een zieke werknemer weer tot het verrichten van arbeid in staat is. SushiPoint mag dit als werkgeefster niet zelf beoordelen. [verzoekster01] was vanaf 17 mei 2023 ziek, zonder enig uitzicht op re-integratie, en zij hoeft als zieke werkneemster zonder een daartoe strekkend advies van de bedrijfsarts niet op haar werk te verschijnen, of de redenen voor haar afwezigheid te onderbouwen. SushiPoint is desondanks druk blijven uitoefenen op [verzoekster01] om te verschijnen voor een gesprek, inclusief opschorting van het loon.
Door SushiPoint is bovendien niet onderbouwd waarom een dergelijk gesprek in persoon plaats diende te vinden in Loosdrecht, terwijl [verzoekster01] woonachtig is in Rotterdam en werkzaam is in Capelle aan den IJssel. Het standpunt van SushiPoint dat de bedrijfsarts telefonisch aan haar zou hebben medegedeeld dat er voor [verzoekster01] geen reisbeperkingen waren is uit niets gebleken. Een schriftelijke terugkoppeling van de bedrijfsarts ligt daaraan in ieder geval niet ten grondslag.
4.5
Hoewel SushiPoint [verzoekster01] uiteindelijk tegemoet heeft willen komen door het gesprek te laten plaatsvinden in Capelle aan den IJssel, heeft zij pas op 6 juli 2023 laten weten dat zij met [verzoekster01] in gesprek wilde gaan over een plan van aanpak. Ook in dit geval valt niet in te zien waarom een dergelijk gesprek niet kon worden gevoerd via de telefoon (zoals door [verzoekster01] is aangeboden) of via een vorm van beeldbellen.
Dat [verzoekster01] na 13 juli 2023 uiteindelijk niet meer heeft gereageerd op het verzoek van SushiPoint een alternatieve datum in verband met de beschikbaarheid van een vertrouwenspersoon voor te stellen is een wat ongelukkige handelwijze, maar ook daarbij valt niet in te zien hoe [verzoekster01] op dit punt een ernstig verwijt kan worden gemaakt.
4.6
Dat [verzoekster01] zich tijdens haar ziekte onbereikbaar voor SushiPoint zou hebben gehouden is onvoldoende gebleken. Nu niet is gebleken dat SushiPoint [verzoekster01] op enig ander moment heeft opgeroepen bij de bedrijfsarts te verschijnen, is daarmee ook geen sprake van een situatie waarin [verzoekster01] heeft geweigerd mee te werken aan controles om haar arbeidsongeschiktheid te laten beoordelen. [verzoekster01] heeft telefonisch met de bedrijfsarts gesproken en uit de overgelegde stukken blijkt dat zij altijd op e-mails heeft gereageerd. Op dit punt ontbreken (onderbouwde) stellingen van SushiPoint. De enkele weigering van een werknemer om de door de werkgever vastgestelde redelijke voorschriften omtrent controle bij ziekteverzuim na te leven als bedoeld in artikel 7:629 lid 6 BW levert volgens vaste rechtspraak in beginsel niet een dringende reden op. Dat niet naleving van de bedoelde voorschriften gepaard is gegaan met andere feiten en omstandigheden die wél het oordeel rechtvaardigen dat een zodanige dringende reden aanwezig is, is ook niet aan de orde.
4.7
Evenmin kan sprake zijn geweest van een situatie waarin [verzoekster01] heeft geweigerd mee te werken aan haar re-integratie. Waarom SushiPoint meent dat er ondanks het advies van de bedrijfsarts toch re-integratiemogelijkheden voor [verzoekster01] waren valt niet in te zien. Na 12 juni 2023 is immers sprake geweest van een ongewijzigde situatie, namelijk dat er geen benutbare mogelijkheden voor [verzoekster01] waren. Bovendien geldt dat een dergelijke eventuele schending niet direct een dringende reden voor een ontslag op staande voet kan opleveren. De wet voorziet immers op grond van artikel 7:629 lid 3 BW eerst in de lichtere sanctie van loonstop. Het deskundigenoordeel van 19 juli 2023 wijst bovendien in een andere richting, namelijk dat de re-integratie inspanningen van SushiPoint zelf niet voldoende waren.
4.8
SushiPoint heeft aangevoerd dat zij stuit op een muur van onwil, maar zij heeft zelf te voortvarend gehandeld en heeft richting [verzoekster01] te snel stappen gezet. De bedrijfsarts heeft aan partijen geadviseerd om met behulp van een mediator in gesprek te gaan in verband met werkgerelateerde problematiek. Het had van SushiPoint als goed werkgeefster, ook in het licht van het voorgaande, mogen worden verwacht dat zij het advies van de bedrijfsarts had opgevolgd en een mediator had ingeschakeld. Dit heeft zij niet gedaan. SushiPoint heeft dit advies genegeerd en heeft zich daarmee niet ingespannen om de re-integratie van [verzoekster01] in goede banen te leiden.
Conclusie
4.9
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het gegeven ontslag op staande voet niet gerechtvaardigd en derhalve niet rechtsgeldig is en daarmee geen stand kan houden.
4.1
Het primaire verzoek van [verzoekster01] tot vernietiging van het ontslag zal met toepassing van artikel 7:681 BW worden toegewezen. Aan de beoordeling van de subsidiaire verzoeken zal daarmee niet worden toegekomen.
Loonopschorting
4.11
Gelet op hetgeen hiervoor onder 4.4 tot en met 4.8 is overwogen is SushiPoint ten onrechte overgegaan tot opschorting van het loon van [verzoekster01] .
Toewijsbaar loon
4.12
[verzoekster01] heeft recht op doorbetaling van haar loon, omdat het ontslag op staande voet wordt vernietigd en de arbeidsovereenkomst daarmee heeft voortgeduurd. [verzoekster01] behoudt op grond van artikel 7:629 lid 7 BW gedurende de eerste jaar ziekte recht op 70% van het naar tijdruimte vastgestelde loon, maar heeft in het eerste jaar van haar ziekte ten minste recht op betaling van het minimumloon. Door SushiPoint is tijdens de zitting niet langer weersproken dat [verzoekster01] het minimumloon verdient. SushiPoint dient dan ook het loon van [verzoekster01] tot een bedrag van € 1.955,00, exclusief 8% vakantietoeslag per maand vanaf 29 juni 2023 te betalen. Het opgebouwde, maar niet uitbetaalde vakantiegeld is eveneens toewijsbaar.
4.13
Resumerend dient SushiPoint het volgende aan [verzoekster01] te betalen:
- het loon over de maand juni 2023 tot een bedrag van € 3.656,44 bruto, inclusief het vakantiegeld over de periode van mei 2022 tot en met mei 2023;
- het loon over de periode van 1 juli 2023 tot 20 juli 2023 tot een bedrag van
€ 1.261,29 bruto, te verhogen met 8% vakantietoeslag;
- het loon vanaf 21 juli 2023 tot een bedrag van € 1.955,00 bruto per maand, te verhogen met 8% vakantietoeslag.
Wettelijke rente en wettelijke verhoging
4.14
In verband met het ten onrechte staken van de loonbetaling is SushiPoint de wettelijke rente en de wettelijke verhoging verschuldigd geworden. De kantonrechter ziet in de gegeven omstandigheden aanleiding deze verhoging te matigen tot 20%. De wettelijke rente en wettelijke verhoging worden niet toegewezen over toekomstige loonbetalingen, aangezien SushiPoint (nog) niet in verzuim is en de toekomstige loonbetalingen (nog) niet opeisbaar zijn.
Proceskosten
4.15
SushiPoint moet als de in het ongelijk gestelde partij de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van SushiPoint tot vandaag vast op € 86,00 aan griffierecht en € 793,00 aan salaris voor de gemachtigde. Dit bedraagt totaal € 879,00. Voor kosten die [verzoekster01] maakt na deze uitspraak moet SushiPoint een bedrag van € 132,00 betalen. Hier kan nog een bedrag bijkomen als de uitspraak wordt betekend. In deze beschikking hoeft hierover niet apart te worden beslist [1] .
Uitvoerbaarheid bij voorraad
4.16
Deze beschikking wordt ten aanzien van de veroordelingen, zoals eveneens verzocht door [verzoekster01] , uitvoerbaar bij voorraad verklaard (artikel 288 Rv).

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1
vernietigt het ontslag op staande voet van 21 juli 2023;
5.2
veroordeelt SushiPoint om aan [verzoekster01] te betalen:
- het loon van € 1.955,00 bruto per maand met ingang van 21 juli 2023, te verhogen met 8% vakantietoeslag en te vermeerderen met de wettelijke verhoging van 20% als bedoeld in artikel 7:625 BW voor zover SushiPoint met de betaling van het loon achterstallig is en het aldus verhoogde bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW, te rekenen vanaf de respectieve vervaldata tot aan de dag van algehele vergoeding;
- het loon over de maand juni 2023 tot een bedrag van € 3.656,44 bruto per maand, inclusief het vakantiegeld over de periode mei 2022 tot en met mei 2023, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW, te rekenen vanaf de vervaldatum tot aan de dag van algehele voldoening;
- het loon over de periode van 1 juli 2023 tot 20 juli 2023 tot een bedrag van
€ 1.261,29 bruto, te verhogen met 8% vakantietoeslag en te vermeerderen met de wettelijke verhoging van 20% als bedoeld in artikel 7:625 BW en het aldus verhoogde bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW, te rekenen vanaf de vervaldatum tot aan de dag van algehele vergoeding;
5.3
veroordeelt SushiPoint in de proceskosten, die tot vandaag worden aan de zijde van [verzoekster01] worden vastgesteld op € 879,00;
5.4
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
5.5
wijst al het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. K.J. Bezuijen en in het openbaar uitgesproken.
829

Voetnoten

1.Hoge Raad 10 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:853