Uitspraak
RECHTBANK Rotterdam
1.[eiser01] ,
2.
[eiser02],
3.
[eiser03],
1.[gedaagde01] ,2. [gedaagde02] ,
1.Kern van de zaak
2.De procedure
- de conclusie van antwoord tevens eis in (voorwaardelijke) reconventie, met producties 1 tot en met 7;
- de brief van 3 juli 2023 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 8 november 2023;
3.De feiten
artikel 4 Eigendomsoverdracht
4.Het geschil
- verklaring voor recht dat de overeenkomst op 25 januari 2023 door [eisende partij01] is ontbonden;
- [gedaagde partij01] hoofdelijk te veroordelen om de contractuele boete van € 145.000,- te betalen, met wettelijke rente;
- [gedaagde partij01] hoofdelijk te veroordelen om de schade van € 88.751,92 te betalen, met wettelijke rente;
- [gedaagde partij01] hoofdelijk te veroordelen om de buitengerechtelijke kosten van € 2.692,25 te betalen;
- [gedaagde partij01] te veroordelen in de proceskosten, waaronder de beslagkosten en de nakosten, met wettelijke rente.
- [gedaagde partij02] te veroordelen tot betaling van € 6.482,70;
- [gedaagde partij02] te veroordelen tot het royeren en doorhalen van het hypotheekrecht;
- [gedaagde partij02] te veroordelen tot medewerking aan het vrijgeven van de escrowbedragen;
- [gedaagde partij02] hoofdelijk te veroordelen in de proceskosten, waaronder de nakosten, met wettelijke rente.