ECLI:NL:RBROT:2023:11569

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
24 november 2023
Publicatiedatum
8 december 2023
Zaaknummer
10527433 CV EXPL 23-15106
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schadevergoeding na vertraging en schade bij installatie van zonnepanelen

In deze zaak vordert de eiser, [eiser01], schadevergoeding van de gedaagde, GoVolt, na een vertraagde installatie van zonnepanelen. De overeenkomst tussen partijen werd op 2 maart 2022 gesloten, waarbij GoVolt zich verplichtte om zonnepanelen te leveren en te monteren. De installatie, oorspronkelijk gepland voor 21 april 2022, werd meerdere keren uitgesteld door GoVolt, met de uiteindelijke installatie pas op 21 september 2022. Na de installatie constateerde [eiser01] schade aan zijn dak en bekabeling, waarop hij GoVolt op 25 september 2022 in gebreke stelde. De eiser vordert onder andere vergoeding voor misgelopen stroomopbrengsten, schade aan zijn dak en bekabeling, en btw-teruggave. De kantonrechter oordeelt dat GoVolt in verzuim is en dat de eiser recht heeft op schadevergoeding. De rechter wijst de vordering tot schadevergoeding voor misgelopen stroominkomsten en herstelkosten toe, maar wijst de vordering voor de kosten van de btw-teruggaveservice af. De kantonrechter legt GoVolt een termijn op om de btw-teruggave aan te vragen en veroordeelt GoVolt tot betaling van de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10527433 CV EXPL 23-15106
datum uitspraak: 24 november 2023
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
[eiser01],
woonplaats: [woonplaats01] ,
eiser,
gemachtigde: mr. R.A. Schaapsmeerders,
tegen
Zonnepanelen Concurrent B.V., tevens h.o.d.n.
GoVolt,
vestigingsplaats: Ridderkerk,
gedaagde,
vertegenwoordigd door: de heer [naam01] .
De partijen worden hierna ‘ [eiser01] ’ en ‘GoVolt’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 16 mei 2023, met bijlagen;
  • de aantekeningen van het mondeling antwoord (uitstelverzoek) van 1 juni 2023;
  • het antwoord, met bijlagen;
  • de pleitnotitie van [eiser01] .
1.2.
Op 25 oktober 2023 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling besproken. Daarbij waren aanwezig [eiser01] , vergezeld door zijn echtgenote, bijgestaan door mr. Schaapsmeerders. Namens GoVolt was de heer [naam01] aanwezig.

2.De beoordeling

Waar gaat deze zaak over?
2.1.
Tussen [eiser01] en GoVolt is een overeenkomst tot stand gekomen, op basis waarvan GoVolt tot het leveren en monteren van zonnepanelen op de woning van [eiser01] zou overgaan. GoVolt heeft op 21 februari 2022 een offerte toegestuurd aan [eiser01] , die [eiser01] op 2 maart 2022 heeft geaccepteerd.
2.2.
Partijen zijn een prijs voor de levering en montage van de zonnepanelen overeengekomen van € 7.030,-. De omschrijving van het aanbod luidt:
Aantal
Omschrijving
12
Zonnepaneel 380 Wp Trina Solar TSM-380DE09.05
12
Mirco-Omvormer Enphase IQ 7A
1
Opbrengst monitoren met uw smartapparaat
1
Solarstell montagesysteem
1
Volledige all-inclusive installatie
1
Keurig wegwerken van kabels en aansluiten op de meterkast + Extra groep aanmaken
1
Montage binnen 10-12 weken
1
Gratis BTW-teruggave service
2.3.
De installatie van de zonnepanelen is door GoVolt ingepland op 21 april 2022. De installatie is vervolgens meermaals verplaatst, steeds op initiatief van GoVolt. De installatie is nog gepland (geweest) op 23 april 2022, 9 mei 2022, 31 mei 2022 en 5 juli 2022. Op 2 september 2022 heeft GoVolt een start gemaakt met de installatie, maar zijn de werkzaamheden niet afgerond. Het afmaken van de werkzaamheden stond gepland op 10 september 2022, maar is uiteindelijk – weer op initiatief van GoVolt – verplaatst naar 21 september 2022. De werkzaamheden zijn op 21 september 2022 (wel) afgerond.
2.4.
[eiser01] heeft na het voltooien van de werkzaamheden schade geconstateerd aan zijn dak en aan de bekabeling. Hij heeft hierover op 25 september 2022 bij GoVolt geklaagd. GoVolt heeft vervolgens enkele keren toegezegd de schade te herstellen, maar er heeft geen herstel plaatsgevonden. Op 22 december 2022 heeft de gemachtigde van [eiser01] aan GoVolt een zogenoemde omzettingsverklaring gestuurd. [eiser01] maakt niet langer aanspraak op herstel van de schade, maar op een vervangende schadevergoeding.
2.5.
[eiser01] vordert in deze procedure:
  • een vergoeding voor de misgelopen stroominkomsten over de periode waarin GoVolt in verzuim is geweest met tijdige plaatsing van de zonnepanelen. [eiser01] begroot dit bedrag op € 1.109,25;
  • een schadevergoeding vanwege de schade aan zijn dak en de bekabeling à € 1.694,-;
  • betaling van de btw-teruggave van € 1.220,08 plus de kosten van de btw-teruggaveservice à € 149,99.
[eiser01] heeft de nota van GoVolt deels betaald. Hij heeft een bedrag van € 1.300,- achtergehouden. Dit bedrag verrekent hij met de bedragen die hij van GoVolt vordert. [eiser01] wil daarom dat GoVolt nog een (resterend) bedrag van € 2.873,32 aan hem betaalt. Daarnaast vordert hij ook buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente.
2.6.
GoVolt is het niet met de vordering van [eiser01] eens. Zij wijst de vordering tot vergoeding van de misgelopen stroominkomsten af omdat deze aanspraak in haar algemene voorwaarden is uitgesloten. Bovendien heeft de late levering en plaatsing volgens haar te maken met overmacht, bestaande uit marktomstandigheden (fabrieken die niet leverden). De kosten voor herstel van de schade vindt zij te hoog. De btw-teruggave kan alsnog geregeld worden, zodra de volledige nota is betaald. Bij de mondelinge behandeling heeft GoVolt toegelicht dat nadat er in deze zaak vonnis is gewezen de btw-teruggave (ook) geregeld kan worden.
GoVolt is in verzuim, dus schadevergoeding verschuldigd
2.7.
De kantonrechter oordeelt dat GoVolt in verzuim is met het nakomen van de verplichtingen die zij tegenover [eiser01] had. Dit betreft zowel het tijdstip van het leveren en monteren van de panelen als het herstellen van de schade.
2.8.
In de offerte is voor de levering en montage van de panelen een termijn van 10-12 weken opgenomen. GoVolt heeft in de offerte geen voorbehoud opgenomen voor deze termijn. [eiser01] mocht er daarom vanuit gaan dat dit een harde termijn was. Uiterlijk 12 weken na het accepteren van de offerte had GoVolt de panelen moeten leveren en monteren. De marktomstandigheden waarop GoVolt zich beroept, leveren geen overmacht op. Dat fabrieken niet kunnen leveren, is een omstandigheid die in de regel voor risico van de leverancier komt. GoVolt heeft geen bijzondere omstandigheden genoemd waardoor van die hoofdregel zou moeten worden afgeweken.
2.9.
[eiser01] heeft de offerte van GoVolt op 2 maart 2022 geaccepteerd. Uitgaande van een maximale termijn voor levering en montage betekent dit dat GoVolt dit uiterlijk op 25 mei 2022 had moeten hebben gedaan. Omdat dit een afgesproken termijn is, was zij vanaf 26 mei 2022 in verzuim. [eiser01] heeft recht op een schadevergoeding vanaf dat moment.
2.10.
Vast staat dat bij het monteren van de panelen schade is ontstaan. Deze schade had GoVolt, binnen een redelijke termijn, moeten herstellen. Dat heeft zij niet gedaan, ondanks dat zij dit wel aan [eiser01] heeft toegezegd. [eiser01] heeft GoVolt op 13 oktober 2022 in gebreke gesteld met betrekking tot de schade en een hersteltermijn van twee weken gegeven. Omdat GoVolt niet binnen die termijn heeft hersteld, is zij op dit punt vanaf 27 oktober 2022 in verzuim. [eiser01] heeft recht op een vervangende schadevergoeding.
2.11.
Voor het aanvragen van de btw-teruggave is door partijen geen concrete termijn afgesproken. GoVolt heeft toegelicht dat deze teruggave nog steeds kan worden aangevraagd en dat dat mogelijk is zodra of de nota helemaal betaald is, of zodra in deze zaak vonnis is gewezen. De kantonrechter zal GoVolt, vanwege het ontbreken van een partij-afspraak over de datum van terugvragen, GoVolt in de gelegenheid stellen om de btw-teruggave alsnog aan te vragen, binnen de in dit vonnis op te nemen termijn van één maand, te rekenen vanaf de datum van dit vonnis. GoVolt moet aan [eiser01] aantonen dat zij deze aanvraag tijdig heeft gedaan; anderzijds gaat de kantonrechter ervan uit dat als [eiser01] nog gegevens moet aanleveren aan GoVolt die nodig zijn voor de aanvraag, [eiser01] die gegevens per omgaande aan GoVolt zal verstrekken. Doet GoVolt de aanvraag vervolgens niet binnen de gegeven termijn, of blijkt dat de aanvraag toch niet meer kan worden gedaan, dan is zij ook met deze verplichting in verzuim en heeft [eiser01] dan recht op een vervangende schadevergoeding.
De hoogte van de schadevergoeding
2.12.
[eiser01] heeft voldoende toegelicht dat hij schade heeft geleden door de te late plaatsing van de zonnepanelen en dat die schade bestaat uit de misgelopen stroominkomsten. GoVolt is verplicht om de misgelopen inkomsten over de periode van 26 mei 2022 tot en met 21 september 2022 aan [eiser01] te vergoeden. Het beroep van GoVolt op de uitsluiting van aansprakelijkheid in haar algemene voorwaarden gaat niet op. Er is namelijk niet gebleken dat GoVolt [eiser01] een redelijke mogelijkheid heeft gegeven om van die algemene voorwaarden kennis te nemen voordat [eiser01] de overeenkomst met GoVolt sloot. Artikel 6:233 onder b BW bepaalt dat in zo’n geval een beding in de algemene voorwaarden vernietigbaar is. [eiser01] heeft de algemene voorwaarden (terecht) vernietigd. Dit betekent dat de uitsluitingsclausule niet van toepassing is. De verklaring voor recht die [eiser01] hierover heeft gevorderd, is dan ook toewijsbaar.
2.13.
Op basis van de eigen opgave van de stroomopbrengst van GoVolt (productie 39 bij de dagvaarding) komt de kantonrechter op de volgende schatting van misgelopen opbrengsten:
- mei 2022: 107 kWh (6/31 × 552 kWh)
- juni 2022: 555 kWh
- juli 2022: 543 kWh
- augustus 2022: 471 kWh
- september 2022: 241 kWh (21/30 × 344 kWh)
Dit maakt in totaal: 1.917 kWh
2.14.
Het uitgangspunt bij een schadevergoeding is dat de partij die de schade heeft geleden door de vergoeding in dezelfde situatie wordt gebracht als waarin hij had verkeerd als hij geen schade had geleden. Dit betekent in dit geval dat GoVolt aan [eiser01] de gemiste stroominkomsten moet vergoeden op basis van het variabele stroomtarief dat gold. Dat een vast tarief destijds lager was, is niet relevant. [eiser01] heeft verklaard dat hij geen vast tarief had en GoVolt heeft dat niet weersproken. [eiser01] gaat uit van een (gemiddeld) variabel tarief volgens de cijfers die gepubliceerd zijn door het CBS. Hij heeft verklaard dat zijn eigen tarief hoger was (en ook dat heeft GoVolt niet weersproken), maar toch uit te gaan van de CBS-cijfers. Het tarief in de maanden mei tot en met september 2022 bedroeg € 0,4522. De kantonrechter gaat van dit tarief uit.
2.15.
Gelet op het voorgaande bedraagt de schadevergoeding voor misgelopen stroominkomsten die GoVolt aan [eiser01] moet betalen 1.917 × € 0,4522 = € 866,87.
2.16.
GoVolt moet ook de kosten van herstel van de schade aan het dak en de bekabeling vergoeden. [eiser01] heeft een offerte voor de herstelkosten overgelegd, waaruit blijkt dat die € 1.694,- bedragen. GoVolt heeft alleen gezegd dat zij dit bedrag erg hoog vindt en dat zij dit zelf voor ‘een paar honderd euro’ zou kunnen laten doen. De kantonrechter vindt het herstelbedrag dat [eiser01] vordert niet bijzonder hoog. Zij heeft geen reden om daar vraagtekens bij te zetten. Het had op de weg van GoVolt gelegen om haar stelling dat herstel veel goedkoper kan nader te onderbouwen, bijvoorbeeld met een offerte waaruit dat blijkt. Dat heeft zij echter niet gedaan. De kantonrechter zal daarom het door [eiser01] gevorderde bedrag toewijzen.
2.17.
Zoals hiervoor overwogen, zal GoVolt de gelegenheid krijgen om alsnog de btw-teruggave aan te vragen. Doet zij dat niet (of blijkt dat de teruggave toch niet meer mogelijk is omdat deze te laat is aangevraagd), dan moet zij aan [eiser01] de schade vergoeden die hij daardoor lijdt. Die schade bestaat dan uit het btw-bedrag van € 1.220,08. Het door [eiser01] gevorderde bedrag van € 149,99 voor de kosten van de btw-teruggaveservice is niet toewijsbaar. Dit was immers een gratis service die GoVolt aanbood. Dat deel van de vordering zal daarom worden afgewezen.
2.18.
Met de aan [eiser01] toekomende bedragen moet worden verrekend het door hem ingehouden bedrag van € 1.300,-. Daarmee is rekening gehouden in het in het dictum toegewezen bedrag.
Buitengerechtelijke incassokosten en rente
2.19.
De buitengerechtelijke incassokosten worden toegewezen, omdat aan alle voorwaarden is voldaan om deze kosten vergoed te krijgen (artikel 6:96 BW). De hoogte van deze kosten wordt aangepast aan de hand van de hoogte van de toewijsbare hoofdsom op het moment dat deze werkzaamheden werden verricht (dus vóór aanvang van deze procedure). De toewijsbare hoofdsom bedroeg toen € 2.560,87 (€ 866,97 + € 1.694,-), verminderd met het door [eiser01] ingehouden bedrag van € 1.300,-. Dat maakt € 1.260,87. [eiser01] krijgt daarom een bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten toegewezen van € 228,85. De wettelijke rente over € 1.260,87 wordt toegewezen vanaf de door [eiser01] genoemde datum van 21 november 2022, omdat [eiser01] genoeg heeft gesteld waaruit volgt dat deze moet worden betaald en GoVolt dat niet heeft betwist. De wettelijke rente over de eventueel te betalen schadevergoeding betreffende de btw-teruggave wordt toegewezen vanaf 24 december 2023, omdat GoVolt één maand de tijd krijgt vanaf de datum van het vonnis om de aanvraag alsnog te doen.
Proceskosten
2.20.
GoVolt krijgt voor het grootste deel ongelijk en moet daarom de proceskosten betalen (artikel 237 Rv). De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van [eiser01] tot vandaag vast op € 129,14 aan dagvaardingskosten, € 244,- aan griffierecht en € 464,- aan salaris voor de gemachtigde (2 punten × € 232,-). Dit is totaal € 837,14. Voor kosten die [eiser01] maakt na deze uitspraak moet GoVolt een bedrag betalen van € 116,- (1/2 punt × € 232,-). Hier kan nog een bedrag bijkomen als de uitspraak wordt betekend. In dit vonnis hoeft hierover niet apart te worden beslist. [1] De wettelijke rente wordt toegewezen.
Uitvoerbaarheid bij voorraad
2.21.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard (artikel 233 Rv).

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt GoVolt om aan [eiser01] te betalen € 1.489,72 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over een bedrag van € 1.260,87 vanaf 21 november 2022 tot de dag dat volledig is betaald;
3.2.
veroordeelt GoVolt om binnen één maand na dagtekening van dit vonnis de aanvraag voor btw-teruggave voor [eiser01] aantoonbaar te hebben voltooid en veroordeelt GoVolt, (enkel) voor het geval zij hier niet aan voldoet en/of de aanvraag te laat blijkt te zijn gedaan, om aan [eiser01] te betalen een bedrag van € 1.220,08, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 24 december 2023 tot de dag dat volledig is betaald;
3.3.
veroordeelt GoVolt in de proceskosten, die aan de kant van [eiser01] tot vandaag worden vastgesteld op € 837,14, met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf de vijftiende dag na vandaag tot de dag dat volledig is betaald;
3.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.5.
wijst al het andere af.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.L. Spierings en in het openbaar uitgesproken.
51909

Voetnoten

1.Hoge Raad 10 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:853