Op 6 september 2022 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven over de verlenging van de ondertoezichtstelling van twee kinderen, [naam kind 1] en [naam kind 2]. De zaak werd behandeld met gesloten deuren, waarbij zowel de ouders als vertegenwoordigers van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond aanwezig waren. De ouders hebben gezamenlijk het ouderlijk gezag over de kinderen, die de helft van de tijd bij elk van hen verblijven. De ondertoezichtstelling was eerder verlengd tot 10 september 2022, en de GI verzocht om een verdere verlenging van een jaar om de hulpverlening te kunnen monitoren.
De kinderrechter constateerde dat de kinderen nog steeds ernstig in hun ontwikkeling worden bedreigd door de langdurige echtscheidingsproblematiek en de communicatieproblemen tussen de ouders. Ondanks de inzet van hulpverlening door de GI en een nieuw traject bij Enver, blijft de situatie gecompliceerd. De moeder en vader hebben verschillende standpunten over de noodzaak van de verlenging, waarbij de moeder de meerwaarde ervan betwijfelt en de vader zich zorgen maakt over de huidige jeugdbeschermer.
De kinderrechter oordeelde dat het van belang is dat de GI betrokken blijft om het hulpverleningstraject te monitoren en dat de ouders moeten laten zien dat zij in staat zijn om zelfstandig afspraken te maken over hun gezamenlijk ouderschap. De ondertoezichtstelling werd verlengd voor de duur van zes maanden, tot 10 maart 2023, en het verzoek voor het overige werd afgewezen. De kinderrechter benadrukte dat het voor de kinderen wenselijk is dat ouders op normale wijze over hen kunnen communiceren, en dat de GI moet blijven toezien op de situatie.