Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..[eiser01] ,
1..De procedure
- de dagvaarding van 14 oktober 2021;
- de akte rectificatie, overlegging bijlagen en vermeerdering van eis;
- het antwoord in conventie, eis in reconventie, met bijlagen;
- de eis in het incident, met bijlagen;
- het antwoord in het incident, met een bijlage;
- het vonnis in het incident van 4 maart 2021;
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- de akte van [gedaagde01] met vermeerdering van eis;
- de akte met bijlagen van [eiser01] ;
- het antwoord in reconventie, wijziging van eis in conventie.
2..De feiten
3..Het geschil
- primair te verklaren voor recht dat [gedaagde01] [eiser01] heeft bewogen tot het kopen van de Jaguar door middel van bedrog/opzettelijk en/of met grove schuld [eiser01] daartoe heeft bewogen, waardoor [gedaagde01] de schade van [eiser01] die daardoor is ontstaan moet vergoeden;
- subsidiair te verklaren voor recht dat sprake is van dwaling, waardoor [gedaagde01] verplicht is het nadeel van [eiser01] op te heffen;
- meer subsidiair de koopovereenkomst gedeeltelijk te ontbinden en de koopprijs met terugwerkende kracht te verminderen met het nadeel;
- nog meer subsidiair te verklaren voor recht dat sprake is van wanprestatie/non-conformiteit en dat [gedaagde01] de schade die [eiser01] daardoor heeft geleden moet vergoeden;
- uiterst subsidiair de gevolgen van de overeenkomst op grond van de redelijkheid en billijkheid te wijzigen en te bepalen dat [gedaagde01] het door [eiser01] geleden nadeel met terugwerkende kracht moet opheffen;
- in alle gevallen: [gedaagde01] hoofdelijk met [naam01] te veroordelen om aan [eiser01] te betalen € 114.447,61 vermeerderd met rente vanaf de datum van aflevering (11 maart 2021);
- [gedaagde01] te veroordelen in de proceskosten – inclusief nakosten en beslagkosten – met rente;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
- voor recht te verklaren dat [eiser01] onrechtmatig jegens [gedaagde01] heeft gehandeld door ten laste van [gedaagde01] conservatoir derdenbeslag onder de ING Bank te leggen en dat [eiser01] aansprakelijk is voor de schade die [gedaagde01] daardoor heeft geleden;
- primair [eiser01] te veroordelen om aan [gedaagde01] te betalen € 32.500,00 aan gederfde verkoopopbrengsten met rente en verwijzing naar de schadestaatprocedure, en subsidiair tot betaling van de wettelijke rente over € 158.704,52 met rente;
- voor recht te verklaren dat [eiser01] onrechtmatig jegens [gedaagde01] heeft gehandeld door het derdenbeslag ondanks het uitdrukkelijke verzoek van [gedaagde01] niet te beperken tot het bedrag waarvoor verlof is verleend dan wel een bedrag van € 75.000,00 en dat [eiser01] aansprakelijk is voor de schade die [gedaagde01] daardoor heeft geleden;
- [eiser01] te veroordelen om aan [gedaagde01] te betalen de rente over € 83.704,2 met rente;
- primair [eiser01] te veroordelen om het derdenbeslag binnen 24 uur na betekening van het vonnis op te heffen, subsidiair Glaser te veroordelen om het derdenbeslag gedeeltelijk op te heffen en te beperken tot € 72.500,00, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 10.000,00 per dag met een maximum van € 50.000,00;
- te bepalen dat als [eiser01] niet aan de veroordeling voldoet op het punt van de (gedeeltelijke) opheffing van het derdenbeslag het vonnis in plaats treedt van de toestemming van [eiser01] om het beslag (gedeeltelijk) op te heffen.
4..De beoordeling
5..De beslissing
- vanaf 14 april 2022 over € 15.000,00 tot de dag van volledige betaling;
- vanaf 3 juni 2022 over € 5.000,00 tot de dag van volledige betaling;
- vanaf 31 augustus 2022 over € 4.235,54 tot de dag van volledige betaling;
- vanaf 8 september 2022 over € 8.264,46 tot de dag van volledige betaling;