ECLI:NL:RBROT:2022:8316
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de afwijzing van een urgentieverklaring voor huisvesting door de gemeente Rotterdam
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 3 oktober 2022, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag om een urgentieverklaring beoordeeld. Eiseres, een alleenstaande moeder, had een aanvraag ingediend omdat zij dreigde dakloos te worden en een veilige leefomgeving voor haar minderjarige zoon wilde creëren. De gemeente had haar aanvraag op 18 mei 2021 afgewezen, en dit besluit werd in bezwaar op 22 december 2021 gehandhaafd. De rechtbank constateert dat de gemeente de aanvraag onzorgvuldig heeft behandeld en dat er onduidelijkheid bestond over de woonsituatie van eiseres ten tijde van het bestreden besluit. De rechtbank oordeelt dat de gemeente onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de feitelijke omstandigheden van eiseres en haar zoon, en dat het bestreden besluit niet op een deugdelijke motivering berust. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt de gemeente op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen, waarbij de huidige situatie van eiseres en haar zoon in acht moet worden genomen. Tevens wordt de gemeente veroordeeld tot het vergoeden van het griffierecht en de proceskosten van eiseres.