In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 19 augustus 2022 een beschikking gegeven met betrekking tot de zorg- en opvoedingstaken van twee minderjarigen, [naam kind 1] en [naam kind 2]. De kinderrechter heeft besloten dat de omgangsmomenten tussen de kinderen en hun vader voor de duur van de ondertoezichtstelling, die loopt tot 11 december 2022, worden stopgezet. Dit besluit is genomen op verzoek van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (GI), die ernstige zorgen heeft over de veiligheid van de kinderen in het contact met hun vader. De vader heeft aangegeven verslaafd te zijn aan alcohol en cocaïne, wat heeft geleid tot onvoorspelbaar en agressief gedrag. De moeder van de kinderen heeft ook haar zorgen geuit over de veiligheid van de kinderen, vooral omdat de vader zich in de nabijheid van hun woning heeft opgehouden.
De kinderrechter heeft in zijn beoordeling gekeken naar de belangen van de minderjarigen en de noodzaak om de omgang te stoppen in het licht van de verslechterde situatie van de vader. De vader heeft zelf aangegeven dat hij eerst aan zijn eigen stabilisatie moet werken voordat hij weer contact met de kinderen kan hebben. De GI heeft aangegeven zich in te zetten voor een afscheidsmoment tussen de vader en de kinderen, maar dit moet op een veilige manier gebeuren. De kinderrechter heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ook al kan er nog hoger beroep worden ingesteld.
De beschikking is mondeling gegeven door de kinderrechter in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken. De schriftelijke uitwerking van de beschikking is op 13 september 2022 vastgesteld. Hoger beroep kan worden ingesteld door de verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.