Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- het tussenvonnis van 8 juli 2022 en de daarin genoemde stukken;
- de akte van [eiseres], met producties.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 30 september 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres] en [gedaagde] over een huurachterstand. [eiseres] vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde, alsook betaling van de huurachterstand van € 10.246,11, vermeerderd met rente en buitengerechtelijke kosten. Tijdens de mondelinge behandeling op 23 augustus 2022 heeft [eiseres] de huurachterstand toegelicht, terwijl [gedaagde] geen bewijs heeft geleverd van enige betaling. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurachterstand niet is betwist en heeft de vordering tot betaling van de huurachterstand toegewezen.
De kantonrechter heeft ook de vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst beoordeeld. Hierbij is gekeken naar de tekortkomingen van [gedaagde] en de gevolgen daarvan. De kantonrechter oordeelde dat de huurachterstand van tien maanden, samen met het feit dat [gedaagde] geen melding heeft gedaan van haar schuldhulpverlening, voldoende grond vormde voor ontbinding van de huurovereenkomst. De kantonrechter heeft geoordeeld dat [gedaagde] geen bijzondere omstandigheden heeft aangevoerd die haar belang bij behoud van het gehuurde zwaarder deden wegen dan het belang van [eiseres].
De rechter heeft de ontruimingstermijn vastgesteld op 14 dagen na betekening van het vonnis en heeft [gedaagde] veroordeeld tot betaling van de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat [eiseres] direct kan overgaan tot ontruiming indien [gedaagde] niet aan de veroordelingen voldoet.