In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 3 augustus 2022 uitspraak gedaan over de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van twee kinderen, [naam kind 1] en [naam kind 2]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft op 14 juli 2022 een verzoek ingediend voor de ondertoezichtstelling van de kinderen voor de duur van twaalf maanden en een machtiging tot uithuisplaatsing bij de moeder in een 24-uurs setting voor negen maanden. De kinderen zijn lange tijd opgegroeid in een onveilige en instabiele opvoedsituatie, gekenmerkt door huiselijk geweld en de alcoholverslaving van de moeder. De vader wordt gezien als een instabiele factor door zijn tijdelijke verblijfstatus en agressieproblemen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 3 augustus 2022 was de moeder niet aanwezig, maar heeft zij haar standpunt per e-mail kenbaar gemaakt. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder en kinderen recentelijk zijn geplaatst in een instelling voor moeder-kindopname, waar de moeder behandeling krijgt voor haar verslaving en opvoedvaardigheden. De kinderrechter oordeelt dat de inzet van een jeugdbeschermer noodzakelijk is om de kinderen te beschermen tegen de risico's van huiselijk geweld en de problematiek van de ouders.
De kinderrechter heeft besloten om de kinderen onder toezicht te stellen voor de duur van twaalf maanden en een machtiging tot uithuisplaatsing te verlenen voor negen maanden. De beslissing is genomen in het belang van de verzorging en opvoeding van de kinderen, waarbij de kinderrechter benadrukt dat de ouders niet in staat zijn geweest om een veilige omgeving voor de kinderen te creëren. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden.