Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[naam kind],
[naam moeder],
[naam vader],
[naam pleegmoeder],
[naam pleegvader],
Het procesverloop
- de ouders, bijgestaan door mr. H. Goedegebure;
- [naam] namens de GI.
Rechtbank Rotterdam
Op 29 juli 2022 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven over de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [naam kind]. De zaak betreft de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, die het verzoek heeft ingediend om de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen voor de duur van de ondertoezichtstelling. De ouders van [naam kind] hebben ingestemd met de verlenging, maar verweer gevoerd tegen de duur van de machtiging. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders sinds de ondertoezichtstelling van [naam kind] op 12 februari 2021 hard hebben gewerkt aan hun opvoedvaardigheden, wat heeft geleid tot een positief advies van het NIFP over de terugplaatsing van [naam kind] bij hen.
De kinderrechter heeft de noodzaak van een verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing onderbouwd met de belangen van [naam kind]. Het is van belang dat de terugplaatsing zorgvuldig en geleidelijk plaatsvindt, met de inzet van hulpverlening in de thuissituatie. De kinderrechter heeft geoordeeld dat een periode van zes maanden voor de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing noodzakelijk is, zodat de GI de tijd heeft om een plan van aanpak op te stellen en de terugplaatsing goed te begeleiden. De ouders hebben de mogelijkheid om, indien nodig, verzoeken in te dienen om de machtiging op te heffen als zij van mening zijn dat de GI niet voortvarend genoeg handelt.
De kinderrechter heeft de beschikking mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en de beslissing is schriftelijk vastgesteld op 9 augustus 2022. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld door de verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.