In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 26 juli 2022 uitspraak gedaan in een verzoek van Budget Solutions B.V., die optreedt als bewindvoerder over de goederen van [naam01]. Budget Solutions verzocht om vast te stellen dat de arbeidsovereenkomst van [naam01] met V.O.F. [verweerder01] rechtsgeldig eindigde op 31 maart 2022, en dat er geen rechtsgeldige opzegging of beëindiging had plaatsgevonden. Daarnaast werd verzocht om betaling van een aanzegvergoeding van € 1.684,80 en een transitievergoeding van € 606,53, alsook een veroordeling in de proceskosten.
De procedure begon met een verzoekschrift van 30 mei 2022, gevolgd door een mondelinge behandeling op 5 juli 2022. Budget Solutions was vertegenwoordigd door mr. E. Kattestaart, terwijl de verweerders, V.O.F. [verweerder01] en haar beherende vennoten, niet verschenen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de arbeidsovereenkomst van [naam01] op 31 maart 2022 van rechtswege is geëindigd, omdat V.O.F. [verweerder01] niet tijdig aan haar aanzegverplichting heeft voldaan. Dit leidde tot de toewijzing van de aanzegvergoeding.
Wat betreft de transitievergoeding, oordeelde de kantonrechter dat deze ook toewijsbaar was, omdat de arbeidsovereenkomst niet aansluitend was voortgezet na het einde op 31 maart 2022. De kantonrechter wees echter de veroordeling in de proceskosten af, omdat Budget Solutions onterecht de procedure had aangespannen, gezien er al een samenhangende procedure liep. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de kantonrechter heeft de verzoeken van Budget Solutions toegewezen, met uitzondering van de proceskosten.