4.3.Beoordeling
Inleiding
Uit het “rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel” van 15 oktober 2020 (hierna: het rapport)is gebleken dat de veroordeelde uit strafbare feiten wederrechtelijk voordeel heeft verkregen.
De schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel is gebaseerd op de feiten en omstandigheden die zijn ontleend aan de inhoud van de hierna in de voetnoten vermelde wettige bewijsmiddelen.
Met betrekking tot de berekening van het geschatte wederrechtelijk verkregen voordeel wordt het volgende overwogen.
De veroordeelde is in augustus 2012 gestart met de website forum789.nl. Daarna heeft hij de website darkscandals.com gehad. Later is dat darkscandals.co geworden. Ook op het darkweb was de veroordeelde actief met een kopie van de clearweb site.De veroordeelde heeft verklaard dat hij op die websites tegen betaling videopacks heeft aangeboden.
De veroordeelde is veroordeeld voor opruiing omdat hij op zijn websites opriep om strafbare feiten te plegen doordat hij verzocht video’s aan te leveren van verkrachtingen, aanrandingen, afpersingen en seks met dieren, waarbij hij heeft aangegeven dat het niet “fake” (nep) of “acted” (geacteerd) mocht zijn. Met de video-inzendingen stelde hij nieuwe videopacks samen. Uit onderzoek is gebleken dat de veroordeelde uiteindelijk 9 videopacks heeft samengesteld en die aanbood op zijn websites. De veroordeelde heeft verklaard dat hij de videopacks met uitzondering van videopack 9 ook daadwerkelijk heeft verkocht.
Hoewel op de websites werd verzocht om “18+ materiaal” bevonden zich in de packs ook 6 kinderpornografische afbeeldingen. In de packs bevonden zich voorts 5 dierenpornografische afbeeldingen en (overig) geheeld materiaal.
De veroordeelde maakte in eerste instantie gebruik van een PayPal account om betalingen voor de videopacks te ontvangen. Uit het rapportblijkt dat de opbrengsten uit die PayPal periode niet nader zijn onderzocht en niet zijn meegerekend. Vanaf 29 november 2013 maakte de veroordeelde gebruik van de cryptocurrency Bitcoin om betalingen te ontvangen. Vanaf 22 november 2017 was het voor klanten ook mogelijk om met de cryptocurrency Ethereum te betalen.
De veroordeelde heeft in zijn verhoor van 17 maart 2020 verklaard dat alle betalingen op zijn cryptocurrency-adressen afkomstig waren van klanten die betaalden voor videopacks.Uit onderzoek is voorts gebleken dat de veroordeelde betalingen op zijn cryptocurrency-adressen relatief kort na ontvangst daarvan via de exchangebedrijven Bitonic en Anycoin in euro’s op zijn bankrekeningen liet uitbetalen.
Berekening
In de periode van 20 november 2013 tot en met 10 maart 2020 heeft de veroordeelde via de exchangebedrijven in totaal € 115.312,14 ontvangen op zijn eigen bankrekeningen en heeft hij € 257,50 door de exchangebedrijven laten uitbetalen op bankrekeningen van anderen. Hij heeft aldus totaal een bedrag van € 115.569,64 ontvangen. Van dit bedrag moet een bedrag van € 444,57 worden afgetrokken omdat de veroordeelde voor dat bedrag zelf cryptocurrency heeft ingekocht.Dat bedrag betreft dus geen verdiensten uit Darkscandals.
Gelet op het voorgaande wordt vastgesteld dat de veroordeelde een bedrag van
€ 115.125,07 (€ 115.569,64 -/- € 444,57 ) heeft verdiend met de verkoop van de videopacks.
Voorts is berekend dat de veroordeelde in die periode € 1.071,45 aan kosten heeft gemaakt ten behoeve van zijn websites.Het bedrag van € 1.071,45 zal op het wederrechtelijk verkregen voordeel in mindering worden gebracht.
Met betrekking tot de door de verdediging aangevoerde kostenpost voor het registreren van de domeinnaam met voorkeurskarakters is naar het oordeel van de rechtbank niet aannemelijk gemaakt dat die kosten door de veroordeelde zijn gemaakt.
Uit de berekening tot zover blijkt dat de verkoop van de videopacks de veroordeelde
€ 115.125,07 -/- € 1.071,45 = € 114.053,62 heeft opgebracht.
Wederrechtelijk verkregen voordeel?
Vast staat dat de veroordeelde het bedrag van € 114.053,62 heeft verdiend met de verkoop van videopacks via zijn websites. De rechtbank dient de vraag te beantwoorden of en in hoeverre deze verdiensten kunnen worden toegeschreven aan de feiten waarvoor de veroordeelde is veroordeeld, te weten de opruiing, de verspreiding van kinderporno en dierenporno en opzetheling.
Voor de beoordeling geldt als uitgangspunt het volgende (zie ECLI:NL:HR:2004:AR3721): gelet op het reparatoire karakter van de ontnemingsmaatregel moet worden aangenomen dat bij de bepaling van het voordeel moet worden uitgegaan van het voordeel dat de veroordeelde in de concrete omstandigheden van het geval daadwerkelijk heeft behaald. In de wetsgeschiedenis – aangehaald in dit arrest van de Hoge Raad – is het aldus omschreven: “Uit de ratio van de oplegging van de maatregel van ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel valt af te leiden wat voor ontneming in aanmerking komt. Genoemde maatregel strekt ertoe te bereiken dat de veroordeelde in de vermogenspositie wordt gebracht die zou hebben bestaan indien hij niet onrechtmatig had gehandeld”. Het wederechtelijk verkregen voordeel is in het rapport berekend vanaf 20 november 2013. Uit het dossier blijkt dat op dat moment de packs 1 t/m 6 werden aangeboden.
De veroordeelde is in eerste instantie gestart met de verkoop van twee videopacks (pack 1 en 2), gevuld met video’s die hij van de website rarescandals heeft gehaald. Dat waren er volgens de veroordeelde ongeveer 600. Daarna heeft hij video’s ontvangen als gevolg van de opruiing via zijn eigen websites, waarvan hij – uiteindelijk – nieuwe videopacks (pack 3 t/m 9) heeft kunnen aanbieden op zijn websites. Uit het strafdossier blijkt dat in het tweede videopack (dus gevuld met materiaal van rarescandals) twee kinderpornografische video’s zaten. Voor het overige blijkt niet welke beelden in de eerste twee packs zaten. Het is dan ook niet duidelijk of de veroordeelde deze van rarescandals afkomstige beelden als gevolg van enig strafbaar feit heeft verkregen.
De vraag is of dit zou moeten leiden tot vermindering van het geschatte wederrechtelijk verkregen voordeel. De rechtbank beantwoordt die vraag ontkennend.
Het businessmodel van Darkscandals hield namelijk in dat klanten tegen betaling toegang kregen tot
allepacks in één keer; het betrof een totaalpakket. In de hele periode waarover het wederrechtelijk voordeel is berekend, verkocht de veroordeelde dit totaalpakket. De veroordeelde heeft daarmee het hierboven berekende voordeel verkregen door het aanbieden van een totaalpakket dat bestond uit beelden die door opruiing zijn verkregen en waar ook kinder-, dierenporno en (overig) geheeld materiaal in is aangetroffen. Dat zich in dit pakket – mogelijk – ook materiaal bevond dat niet als strafbaar moet worden gekwalificeerd, doet daar niet aan af. De rechtbank is van oordeel dat de volledige opbrengst van Darkscandals als wederrechtelijk verkregen moet worden gekwalificeerd.