Uitspraak
1.Het procesverloop en de processtukken
Bij beschikking van 3 november 2021 is door mr. P. de Bruin het voorlopig getuigenverhoor tussen verzoeker en [verweerster] toegewezen en is bepaald dat de in de beschikking genoemde getuigen zullen worden gehoord, met inachtneming van in de beschikking uiteengezette bandbreedte, voor een nader te noemen rechter op een nader in overleg met partijen vast te stellen datum en tijdstip.
- Op 8 november 2021 vraagt het planningsbureau van de rechtbank bij verzoeker, [verweerster] en [naam vennootschap] verhinderdata op voor het kunnen inplannen van een voorlopig getuigenverhoor.
- Begin december 2021 wordt de behandeling van het voorlopig getuigenverhoor aan de rechter toebedeeld.
- Op 21 december 2021 bericht de rechter via de griffie verzoeker, [verweerster] en [naam vennootschap] welke data zijn gereserveerd voor het houden van het voorlopig getuigenverhoor en voorts dat de rechter ter voorbereiding op dat voorlopig getuigenverhoor een online regiezitting wenst te houden.
- Op 21 december 2021 bericht verzoeker bezwaar te maken tegen de aanwezigheid van [naam vennootschap] op de regiezitting.
- Ook op 21 december 2021 bericht de rechter verzoeker, [verweerster] en [naam vennootschap] dat [naam vennootschap] niet als wederpartij van [naam verzoeker] wordt beschouwd in de voorlopig getuigenverhoorprocedure, maar dat de rechtbank het op dit moment geraden acht om [naam vennootschap] uit te nodigen voor de regiezitting.
- Op 14 januari 2022 vindt de regiezitting plaats. Tijdens de (online) zitting wordt namens [naam vennootschap] aangegeven dat zij als procespartij wenst deel te nemen aan het voorlopig getuigenverhoor. De rechter wijst [naam vennootschap] op de beschikking van 3 november 2021 en geeft aan dat indien nodig, een nadere beslissing over de vertegenwoordiging van [naam vennootschap] op de eerste dag van het voorlopig getuigenverhoor, te weten op 17 maart 2022, kan worden genomen.
- Op 2 februari 2022 verzoekt de advocaat van [naam vennootschap] aan de rechtbank om te bevestigen dat de advocaten van [naam vennootschap] tijdens de verhoren in staat worden gesteld de belangen van [naam vennootschap] te behartigen en ook namens haar het woord te voeren. De advocaat van [naam vennootschap] verzoekt in geval van afwijzing van dit verzoek om deze afwijzing in een voor beroep vatbare beschikking vast te leggen.
- Op 7 februari 2022 bericht de rechter via de griffie de advocaten van verzoeker, [verweerster] en [naam vennootschap] dat [naam vennootschap] haar verzoek uiterlijk 14 februari 2022 schriftelijk dient toe te lichten en dat verzoeker en [verweerster] vervolgens tot 21 februari 2022 de gelegenheid krijgen om daarop te reageren. De rechter geeft aan dat de rechtbank voornemens is om vervolgens uiterlijk 28 februari 2022 een beschikking te geven.
- Op 14 februari 2022 licht [naam vennootschap] bij akte haar verzoek toe; op 16 februari 2022 reageert [verweerster] bij antwoordakte op het verzoek van [naam vennootschap] en op 21 februari 2022 reageert verzoeker bij brief op het verzoek van [naam vennootschap] .
- Op 23 februari 2022 stuurt [naam vennootschap] aanvullend een e-mail bericht. Verzoeker reageert daarop per e-mailbericht van 23 februari 2022.
- Op 25 februari 2022 neemt de rechter een beslissing op het verzoek van [naam vennootschap] in de vorm van een beschikking, waarin zij het verzoek van [naam vennootschap] om als procespartij aan het voorlopig getuigenverhoor deel te nemen, afwijst.
- Op 8 maart 2022 stuurt de advocaat van verzoeker een e-mailbericht aan de rechtbank en [verweerster] met daarin de planning van de door verzoeker opgeroepen getuigen alsmede de oproepingsbrieven.
- Op 14 maart 2022 bericht de advocaat van [naam vennootschap] de rechter dat zij zich niet kan verenigen met de beschikking van 25 februari 2022 en daarom met spoed een beroepschrift heeft ingediend bij het gerechtshof Den Haag. Stellende dat het hoger beroep tegen de beschikking schorsende werking heeft, verzoekt de advocaat tot
- Vervolgens doet de rechter op 14 maart 2022 via de griffie aan verzoeker, [verweerster] en [naam vennootschap] het verzoek om uiterlijk aan het einde van de dag een reactie te sturen op het verzoek van [naam vennootschap] ; het verzoek tot aanhouding van het voorlopig getuigenverhoor is als bijlage meegezonden.
- Op 14 maart 2022 bericht de advocaat van verzoeker de rechter dat hij uiteraard bezwaar maakt tegen het verzoek, dat hij en zijn kantoorgenoot tot het einde van de dag in een spoed kort geding zitten en dat hij daarom niet kan toezeggen dat hij voor het einde van de dag reageert.
- Op 14 maart 2022 bericht de rechter via de griffie dat zij uiterlijk de volgende dag een beslissing zal nemen ter zake van het verzoek van [naam vennootschap] tot aanhouding van het voorlopig getuigenverhoor.
- Op 14 maart 2022 bericht [verweerster] dat zij zou kunnen leven met aanhouding van de getuigenverhoren.
- Op 14 maart 2022 bericht de rechter via de griffe aan de verzoeker dat hij nog tot de volgende ochtend 12:00 uur heeft om zijn bezwaar tegen het door [naam vennootschap] gedane verzoek om aanhouding nader te motiveren, indien verzoeker daar behoefte aan heeft.
- Op 15 maart 2022 (om 11:03 uur) licht verzoeker via een e-mailbericht zijn bezwaar nader toe.
- Op 15 maart 2022 (om 15:09 uur) bericht [naam vennootschap] de rechtbank via een e-mailbericht over de voortgang van de hoger beroep procedure en verzoekt zij de rechtbank nogmaals de voorlopig getuigenverhoren aan te houden.
- Op 15 maart 2022 (om 15:40 uur) informeert de rechter via de griffie de advocaten van verzoeker, [verweerster] en [naam vennootschap] over haar beslissing om het voorlopig getuigenverhoor aan te houden.
- Op 16 maart 2022 doet verzoeker per e-mailbericht het verzoek om onverwijld een regiezitting te houden. Verzoeker schrijft groot belang te hebben bij het op korte termijn kunnen doen horen van de getuigen. Hij verzoekt de rechtbank met klem om de beslissing om de procedure aan te houden te heroverwegen en om alsnog te beslissen dat de getuigenverhoren binnen zes weken kunnen worden gehouden. Op de spoedregiezitting wenst verzoeker het verzoek nader toe te lichten, kan de gang van zaken worden besproken en kan worden bezien of het vertrouwen in de rechter kan worden hersteld; ook kunnen dan direct de getuigenverhoren opnieuw worden ingepland.
- Op 17 maart 2022 bericht de rechter verzoeker via de griffie dat zij geen aanleiding ziet om een spoedregiezitting te gelasten.
2.Het verzoek en de reactie daarop
3.De beoordeling
met de raadslieden van de drie betrokken partijen”.
Dat het goed voorstelbaar is dat de feitelijke uitwerking van de beslissing tot toewijzing van het aanhoudingsverzoek van de reeds geplande voorlopig getuigenverhoren bij verzoeker tot grote frustratie heeft geleid, doet daar niet aan af.