Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- vrijspraak van het primair ten laste gelegde;
- bewezenverklaring van het subsidiair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 jaar met aftrek van voorarrest;
- oplegging van een vrijheidsbeperkende maatregel als bedoeld in artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht, inhoudende een contactverbod met [naam 1] voor de duur van 5 jaar, met 1 week hechtenis voor iedere keer dat niet aan de maatregel wordt voldaan, met een totale duur van maximaal 6 maanden.
4..Waardering van het bewijs
black outis volgens de verdediging mede een gevolg van situationele stresserende omstandigheden. Zo waren er spanningen in de werkrelatie met het slachtoffer en ook de relatie met verdachtes echtgenote zorgde voor grote psychische druk, nu zij hem te kennen had gegeven gevoelens te hebben voor een andere man. Deze depressieve geestesgesteldheid is versterkt door het gebruik van medicijnen ter behandeling van ADHD, met als werkzame bestanddeel methylfenidaat. Op grond van deze omstandigheden is door de verdediging geconcludeerd dat bij de verdachte ten tijde van het ten laste gelegde ieder inzicht in de draagwijdte van zijn gedragingen en de mogelijke gevolgen heeft ontbroken en dus het vereiste opzet niet kan worden bewezen.
ten tijde van het toebrengen van de dodelijke messteekieder inzicht in de draagwijdte en de mogelijke gevolgen van zijn handelen ontbrak is, gelet op de geestestoestand van de verdachte zeer kort vóór en onmiddellijk na zijn handelen, niet aangetoond en kan in ieder geval niet worden geconcludeerd op basis van hetgeen de getuige [naam getuige 1] heeft verklaard.
5..Strafbaarheid feit
doodslag.
6..Strafbaarheid verdachte
Een betekenisvolle invloed van het gebruik van methylfenidaat op het handelen van de verdachte kan gelet op al het vorenstaande naar het oordeel van de rechtbank niet worden vastgesteld. Het tenlastegelegde kan volledig aan hem worden toegerekend.
7..Motivering straf
8..Vordering benadeelde partij & schadevergoedingsmaatregel
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 10 (tien) jaren;
€ 17.500,00 (zegge: zeventienduizend vijfhonderd euro), aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 16 november 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam benadeelde] te betalen
€ 17.500,00(hoofdsom,
zegge: zeventienduizend vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 november 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 17.500,00 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
122 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.