Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.De procedure
- verzoekster;
- mevrouw [naam01] , werkzaam bij Sociale Dienst Drechtsteden (hierna: schuldhulpverlening);
- mevrouw [naam02] , dochter van verzoekster.
Rechtbank Rotterdam
Op 19 december 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoekster, een natuurlijke persoon, een verzoek heeft ingediend om een dwangakkoord te verkrijgen met haar schuldeiser, Island Finance (Curaçao) N.V. Verzoekster had eerder een schuldregeling aangeboden aan haar schuldeisers, waarbij zij 3,24% van haar totale schuldenlast van € 33.794,02 wilde aflossen. Vijf van de zes schuldeisers stemden in met deze regeling, maar Island weigerde. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster ontvankelijk is in haar verzoek en dat de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft, omdat verzoekster woonachtig is in Nederland. De rechtbank heeft de belangen van verzoekster en de overige schuldeisers afgewogen tegen de belangen van Island. Aangezien de meerderheid van de schuldeisers akkoord ging met de regeling en het voorstel goed gedocumenteerd was, heeft de rechtbank geoordeeld dat de belangen van verzoekster zwaarder wegen. De rechtbank heeft Island bevolen in te stemmen met de schuldregeling en heeft de kosten van de procedure op nihil vastgesteld, aangezien verzoekster niet door een advocaat was bijgestaan. Het verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling is afgewezen, omdat de rechtbank oordeelde dat de aangeboden regeling een gunstiger resultaat zou opleveren voor de schuldeisers.