ECLI:NL:RBDHA:2022:10377
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing verzoek tot oplegging van een dwangakkoord in een faillissementszaak met een Curaçaose schuldeiser
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 4 oktober 2022 uitspraak gedaan in een verzoek van [verzoekster] om een dwangakkoord op te leggen aan haar schuldeisers, waaronder MoRe Financieel Advies en Stichting Studiefinanciering Curaçao. [verzoekster] verkeert in een problematische schuldensituatie met een totale schuldenlast van € 44.975,70 aan 25 schuldeisers. Ondanks dat niet alle schuldeisers instemden met haar voorstel, heeft de rechtbank het verzoek toegewezen. De rechtbank oordeelde dat de schuldbemiddeling correct was uitgevoerd door de gemeente Krimpenerwaard en dat het voorstel van [verzoekster] het maximaal haalbare was, gezien haar omstandigheden als alleenstaande moeder met een uitkering. De rechtbank heeft de belangen van alle betrokken partijen afgewogen en geconcludeerd dat de weigering van MoRe en SSC om in te stemmen met het akkoord onredelijk was. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de rechtskracht van het dwangakkoord ook geldt voor de Curaçaose schuldeiser SSC, ondanks de verschillen in rechtssystemen binnen het Koninkrijk der Nederlanden. Het verzoek om toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) is afgewezen, omdat het dwangakkoord werd toegewezen. De beslissing is openbaar uitgesproken en partijen hebben de mogelijkheid om binnen acht dagen hoger beroep aan te tekenen.