ECLI:NL:RBROT:2022:11585

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
25 oktober 2022
Publicatiedatum
6 januari 2023
Zaaknummer
646499 / HA RK 22-1072
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een verschoningsverzoek in bestuursrechtelijke procedure

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 25 oktober 2022 een verzoek tot verschoning toegewezen van mr. S. Veling, rechter in de rechtbank Rotterdam, in een bestuursrechtelijke procedure. Het verzoek tot verschoning werd ingediend omdat de rechter de gemachtigde van de verwerende partij, mr. E. de Jong, persoonlijk kent en nauw met hem heeft samengewerkt. De rechter was van mening dat deze omstandigheden de onpartijdigheid in gevaar konden brengen. De rechtbank heeft vastgesteld dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die zwaarwegende aanwijzingen opleveren voor een mogelijke vooringenomenheid. In dit geval heeft de rechtbank geoordeeld dat de aangevoerde omstandigheden, in combinatie met het feit dat de rechter zelf een verzoek tot verschoning heeft ingediend, een zwaarwegende aanwijzing vormen dat de vrees voor een gebrek aan onpartijdigheid objectief gerechtvaardigd is. Daarom is het verzoek tot verschoning toegewezen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Meervoudige kamer voor verschoningszaken
Zaaknummer / rekestnummer : 646499 / HA RK 22-1072
Beslissing van 25 oktober 2022
op het verzoek van:
mr. S. Veling,
rechter in de rechtbank Rotterdam, team bestuur 1 (hierna: de rechter),
ertoe strekkende zich te mogen verschonen in de zaak van:
[naam eiser], eiser,
[adres] ,
gemachtigde mr. A. Güngörmez,
tegen
Stichting Urgentiebepaling Woningzoekenden Rijnmond, verweerder,
postbus 491, 3000 AL Rotterdam,
gemachtigde mr. E. de Jong.

1.Het procesverloop en de processtukken

1.1.
Bij deze rechtbank is in behandeling het door eiser ingestelde bestuursrechtelijke beroep tegen de beslissing van 24 november 2021 van verweerder, waarbij het bezwaar van eiser tegen het besluit van 30 augustus 2021 van verweerder ongegrond werd verklaard. Deze procedure heeft als kenmerk ROT 22 / 6393.
1.2.
Bij brieven van de griffier van 28 september 2022 zijn partijen uitgenodigd voor de behandeling van de zaak ter zitting van 28 oktober 2022, waarbij is meegedeeld dat de rechter het beroep op die zitting behandelt.
1.3.
Op 21 oktober 2022 heeft de rechter een schriftelijk verzoek tot verschoning gedaan.
1.4.
Aan de verschoningskamer is ter beschikking gesteld het dossier van de hierboven omschreven procedure.

2.Het verzoek

2.1.
Ter adstructie van het verzoek om verschoning heeft de rechter het volgende aangevoerd – verkort en zakelijk weergegeven – :
2.1.1.
De gemachtigde van de verwerende partij is mr. E. de Jong. De rechter kent de heer De Jong persoonlijk en hij heeft nauw met hem samengewerkt in het kader van een kerkelijke gemeente. Gelet hierop meent de rechter dat de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen leiden als hij deze zaak behandelt.

3.De beoordeling

3.1.
Verschoning is een middel ter verzekering van de onpartijdigheid van de rechter. Voorop dient te staan dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die zwaarwegende aanwijzingen opleveren voor het oordeel dat een rechter jegens een partij een vooringenomenheid koestert, althans dat de bij deze partij dienaangaande bestaande vrees objectief gerechtvaardigd is.
3.2.
Aan de door de rechter aangevoerde omstandigheden valt geen aanwijzing te ontlenen voor het oordeel dat de rechter - subjectief - niet onpartijdig is.
3.3.
Te onderzoeken staat vervolgens of de aangevoerde omstandigheden niettemin een zwaarwegende aanwijzing opleveren voor het oordeel dat de vrees dat de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden - objectief - gerechtvaardigd is.
3.4.
De door de rechter aangevoerde omstandigheid, in samenhang met het gegeven dat de rechter daarin aanleiding heeft gevonden zelf een verzoek in te dienen zich te mogen verschonen van de verdere behandeling van de zaak, levert naar het oordeel van de rechtbank op zichzelf een zwaarwegende aanwijzing als hiervoor onder 3.3 bedoeld op.
3.5.
Het verzoek wordt om deze reden toegewezen.

4.De beslissing

De rechtbank:
- wijst toe het verzoek van mr. S. Veling zich in de bestuursrechtelijke procedure met kenmerk ROT 21 / 6393 van [naam eiser] als eiser tegen Stichting Urgentiebepaling Woningszoekenden Rijnmond als verweerder te mogen verschonen.
Deze beslissing is gegeven door mr. W.J.J. Wetzels, voorzitter, mr. J.F. Koekebakker en
mr. W.P.M. Jurgens, rechters en door de voorzitter en J.A. Faaij, griffier ondertekend op
25 oktober 2022.