In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 7 december 2022 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1969, die beschuldigd werd van diefstal in vereniging. De verdachte was samen met zijn partner in een Albert Heijn in Schiedam en heeft daar acht flesjes Lipton Ice Tea weggenomen. De officier van justitie, mr. X.C. van Balen, eiste een gevangenisstraf van één maand met aftrek van voorarrest. De rechtbank heeft het bewijs tegen de verdachte beoordeeld, waarbij de verklaringen van de aangever en de medeverdachte zijn meegewogen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet geloofwaardig was in zijn verklaring dat hij de producten had teruggelegd. De rechtbank concludeerde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan winkeldiefstal, en dat er geen feiten of omstandigheden waren die de strafbaarheid van het feit of de verdachte uitsloten. De rechtbank legde een gevangenisstraf van één maand op, met aftrek van voorarrest, en verklaarde dat de tijd die de verdachte in voorlopige hechtenis had doorgebracht, in mindering zou worden gebracht op de opgelegde straf.