ECLI:NL:RBROT:2022:11447

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
26 juli 2022
Publicatiedatum
29 december 2022
Zaaknummer
9938314 VV EXPL 22-235
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst en schorsing werknemer in kort geding

In deze zaak heeft de kantonrechter te Rotterdam op 26 juli 2022 uitspraak gedaan in een kort geding tussen [eiser01] en Zero&Sano B.V. [eiser01] vorderde de opheffing van zijn schorsing en rectificatie van eerder verzonden berichtgeving door zijn werkgever, Zero&Sano, die hem op non-actief had gesteld wegens vermeend grensoverschrijdend gedrag. De procedure volgde op een verzoek van Zero&Sano tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst, dat gelijktijdig werd behandeld. De kantonrechter oordeelde dat er geen grond was voor de schorsing van [eiser01] en dat hij recht had op rectificatie van de negatieve berichtgeving aan zijn collega's. De rechter stelde vast dat [eiser01] niet verwijtbaar had gehandeld en dat zijn gedrag niet als grensoverschrijdend kon worden gekwalificeerd. De kantonrechter heeft Zero&Sano veroordeeld om de schorsing op te heffen en rectificatie te verzorgen, met een dwangsom voor het geval van niet-naleving. Tevens werd Zero&Sano in de proceskosten veroordeeld.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 9938314 VV EXPL 22-235
datum uitspraak: 26 juli 2022 (bij vervroeging)
vonnis in kort geding van de kantonrechter
in de zaak van
[eiser01] ,
wonende te [woonplaats01] ,
eiser,
gemachtigde: mr. M.H. de Lange, advocaat te Vlaardingen,
tegen
Zero&Sano B.V.,
gevestigd te Krimpen aan den IJssel,
gedaagde,
gemachtigde: mr. T.P.M.D. Jansen, advocaat te ’s-Hertogenbosch,
Partijen worden hierna ‘ [eiser01] ’ en ‘Zero&Sano’ genoemd.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 28 juni, met producties 1 tot en met 10;
  • de brief van 4 juli 2022 van Zero&Sano, met producties 1 tot en met 3.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 6 juli 2022. Daarbij is [eiser01] in persoon verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. M.H. de Lange Namens Zero&Sano zijn verschenen [naam01] en [naam02] (beiden bestuurder van Zero&Sano), bijgestaan door de gemachtigde van Zero&Sano, mr. T.P.M.D. Jansen.
1.3.
Zero&Sano heeft op 21 juni 2022 een verzoekschrift strekkende tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst bij de kantonrechter te Rotterdam ingediend. Deze zaak is bij de rechtbank Rotterdam bekend onder zaaknummer 9945254 VZ VERZ 22-8450. Beide procedures zijn gelijktijdig mondeling behandeld op 6 juli 2022.
1.4.
Partijen hebben ter zitting hun standpunten in beide procedures nader toegelicht, waarbij de gemachtigden van partijen gebruik hebben gemaakt van pleitaantekeningen. Deze pleitaantekeningen zijn aan het procesdossier toegevoegd. Met die pleitaantekeningen en hetgeen partijen overigens hebben toegelicht wordt in beide procedures rekening gehouden. Van hetgeen verder ter zitting is besproken heeft de griffier aantekeningen gemaakt.

2..De feiten

2.1.
Zero&Sano is een zorgverlener en een Safehouse en biedt zorg aan patiënten met geestelijke- en verslavingsproblematiek. Zero&Sano heeft zes locaties verspreid in Nederland.
2.2.
[eiser01] , geboren op [geboortedatum01], is op 1 juli 2016 op basis van een arbeidsovereenkomst in dienst getreden bij Zero&Sano in de functie van sociaal pedagogisch werker. In januari 2022 is [eiser01] werkzaamheden als Projectleider gaan verrichten op de locatie in Zwolle. Per maart 2022 is zijn functie in die zin formeel gewijzigd. Het salaris van [eiser01] bedraagt thans € 3.905,00 per maand (excl. 8% vakantietoeslag en een dertiende maand van 8,33% van het jaarsalaris).
2.3.
Op de arbeidsovereenkomst is de cao Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) (hierna: de cao) van toepassing. In artikel 19 de cao is – voor zover van belang – het volgende bepaald:
Artikel 19 schorsing
1. De werkgever kan de werknemer voor maximaal 1 week schorsen. Voorwaarde is dat de werkgever vindt dat er zo’n ernstige reden is dat het niet verantwoord is de werknemer nog te laten werken. De werkgever kan de schorsing met maximaal 1 week verlengen. De werkgever kan de schorsing niet gelijktijdig met het uitgespreken van de eerste schorsing verlengen.
2. De werkgever geeft schriftelijk de reden aan van de schorsing. Dit gebeurt direct en met een aangetekende brief.
3. De werknemer kan zich binnen 4 dagen na dagtekening van de schorsingsbrief tegenover de werkgever verantwoorden (zater-, zon- en feestdagen niet meegerekend). Hij kan een belangenbehartiger meenemen.
4. Als de werkgever inmiddels een ontslagprocedure heeft gestart, kan hij de schorsing verlengen tot de datum waarop de arbeidsovereenkomst eindigt.
(…)”
2.4.
Tevens zijn op de arbeidsovereenkomst de ‘Gedragscodes en- regels bij Zer&Sano’, ‘het Privacyreglement’ en de ‘Gedragscode grensoverschrijdend gedrag en seksuele contacten’ van Zero&Sano van toepassing.
2.5.
Op 19 januari 2022 hebben [naam01] (hierna: [naam01] ) en [eiser01] diverse sollicitatiegesprekken gevoerd. Een van die sollicitatiegesprekken is gevoerd met [naam03] , die daarna bij Zero&Sano als stagiaire op de locatie in Zwolle is gestart (hierna: [naam03] ). Na afloop van de sollicitatiegesprekken heeft tussen [naam01] en [eiser01] een gesprek plaatsgevonden. Tijdens dat gesprek heeft [eiser01] aan [naam01] verteld dat hij in 2017/2018 een date heeft gehad met een stagiaire genaamd [naam04] .
2.6.
Vanaf halverwege maart 2022 heeft [eiser01] zijn werkzaamheden op de locatie in Elst verricht. Op 10 maart 2022 heeft hij (formeel) zijn laatste dienst in Zwolle gedraaid. Om roostertechnische redenen heeft [eiser01] nog wel een aantal diensten in Zwolle vervuld, laatstelijk op 30 maart 2022.
2.7.
Op zondag 3 april 2022 heeft tussen [naam02] (hierna: [naam02] ) en [eiser01] een telefoongesprek plaatsgevonden. Tijdens dat gesprek heeft [eiser01] aan [naam02] gemeld dat hij twee dates met een collega heeft gehad en er iets moois tussen hen opbloeit, zonder dat [eiser01] daarbij de naam van die collega heeft genoemd.
2.8.
Vervolgens hebben op 4 en 6 april 2022 wederom gesprekken plaatsgevonden tussen Zero&Sano en [eiser01] . Tijdens een van die gesprekken heeft [eiser01] laten weten dat het om [naam03] gaat, maar dat de dates pas hebben plaatsgevonden toen [eiser01] al niet meer op de locatie in Zwolle werkzaam was.
2.9.
Ook op 11 april 2022 heeft over bovengenoemde kwestie een gesprek met [eiser01] plaatsgevonden. Tijdens dat gesprek heeft Zero&Sano [eiser01] medegedeeld dat hij met onmiddellijke ingang op non-actief wordt gesteld tot 2 mei 2022. Dit is bij brief van 11 april 2022 aan [eiser01] bevestigd. In die brief is verder – voor zover van belang – het volgende vermeld:
“(…)
Zoals u vandaag mondeling is medegedeeld bent u op non-actief gesteld vanwege het feit dat wij hebben vernomen dat u wederom een seksuele relatie heeft met een stagiaire van de organisatie, terwijl u een leidinggevende positie had ten opzichte van deze stagiaire. U heeft dit erkent, echter u geeft aan dat u pas gestart bent met deze seksuele relatie nadat u geen leiding meer had over de locatie waar deze stagiaire werkzaam is.
In 2017/2018 heeft u ook een seksuele relatie gehad met een andere stagiaire, [naam04] , van de organisatie. Hiervan hebben wij enkele maanden geleden pas kennis genomen en hierover hebben wij in januari een gesprek met u gevoerd. In dat gesprek is u te kennen gegeven dat het hebben van een seksuele relatie met een ondergeschikte stagiaire niet toelaatbaar is.
(…)
U heeft mondeling uw kant van het verhaal kenbaar gemaakt en wij dienen dit te verifiëren bij betrokken. Wij zullen dit dan ook verder onderzoeken gedurende de non-actiefstelling.
(…)
U dient er rekening mee te houden dat uw handelswijze kan leiden tot beëindiging van uw dienstverband, al dan niet op staande voet.(…)”
2.10.
Op 11 en 13 april 2022 heeft Zero&Sano de volgende berichten aan haar medewerkers gestuurd:
11 april 2022: BELANGRIJK BERICHT
“Beste collega’s,
Helaas moet ik jullie mededelen dat vanwege een ontoelaatbare situatie in de werksfeer, vandaag [eiser01] op non-actief is gesteld. Wij verzoeken jullie (werkgerelateerd) geen contact met hem op te nemen. Zijn account is om dezelfde reden geblokkeerd. (…)”
13 april 2022: Non actiefstelling [eiser01] en [naam03]
Beste collega’s,
Jullie hebben allemaal over de non-actiefstelling van onze collega [eiser01] kunnen lezen. Als bestuur betreuren wij deze situatie enorm. Om geruchten rondom deze situatie en eigen invulling geven aan de situatie te voorkomen hebben wij besloten het volgende met jullie te delen;
Binnen onze organisatie staan wij voor 100% veiligheid voor onze clienten. Dit geldt natuurlijk net zo voor medewerkers en stagiaires. Onze gedragscode is opgesteld vanuit de visie dat de relatie tussen medewerker(s) en cliënt(en) en medewerkers onderling altijd professioneel moet zijn. Relaties tussen leidinggevenden en medewerkers keuren wij om dezelfde reden, ten zeerste af. Helaas heeft [eiser01] onze visie hierop niet uitgedragen en is deze grens overgegaan.
‘Grensoverschrijdend gedrag en seksuele contacten met cliënten en/of medewerkers zijn binnen Zero&Sano ontoelaatbaar’.
(daar waar gesproken wordt over ‘cliënt(en)’ kan dit ook gelezen worden als ‘stagiaire(s)’
Indien er gevoelens ontstaan tussen medewerkers, zal dit, voor er daadwerkelijk actie wordt ondernomen, altijd besproken moeten worden met leidinggevende én bestuur waarna passende maatregelen zullen worden genomen. Dit om verstoorde werkrelaties te voorkomen.
In afwachting van nader onderzoek, hoor en wederhoor zijn beide betrokken collega’s op non-actief gesteld.
Wij rekenen er op dat jullie deze beslissing begrijpen en allemaal onze gedragscode(s) onderschrijven.”
2.11.
Bij brief van 18 april 2022 heeft [eiser01] op genoemde brief – voor zover van belang – als volgt gereageerd:
“(…) Tot op het gesprek van 11 april 2022 heb ik nog nooit een mondelinge of schriftelijke waarschuwing ontvangen. Ik ben daarom erg geschrokken dat jullie mij op non-actief hebben gesteld.(…)
Wat mij het meeste raakt in deze situatie, is dat ik vanaf het begin eerlijk ben geweest over alles. Ik heb op 3 april 2022 zelf contact opgenomen met jullie om te vertellen dat ik twee dates heb gehad met een (oud-) collega (medewerker en stagiair) die ik heb leren kennen op de locatie in Zwolle. Daar heb ik toentertijd mee gewacht tot ik niet meer in direct contact stond met deze collega om zo de professionaliteit te bewaken. Mijn eerste dat was op 27 maart 2022 en mijn laatste werkdag in Zwolle was op 10 maart 2022.
(…)
In het eerste gesprek met [naam02] en [naam01] op 6 april 2022 is mij verteld dat dit niet mijn baan zou gaan kosten en dat ik niet op non-actief zou worden gezet. Een week later, op 11 april 2022, blijkt het tegendeel en word ik toch op non-actief gezet.
(…)
Verder wil ik nog kenbaar maken dat ik het totaal ongepast vindt dat het gehele bedrijf op de hoogte wordt gesteld van mijn privé situatie. Uitgangspunt hoort te zijn dat een relatie privé is tenzij deze relatie aantoonbare problemen voor jullie oplevert. Daarvan was, ook ten tijde van het naar buiten brengen door jullie, geen sprake. Tijdens het gesprek van 11 april 2022 is mij verteld (er is geen toestemming gevraagd) dat de medewerkers op de hoogte gesteld worden dat ik voor meerdere weken niet bereikbaar zal zijn vanwege privéomstandigheden. De mail die vervolgens aan iedereen wordt verstuurd blijkt te vertellen dat ik op non-actief ben gezet omdat ik ontoelaatbaar gedrag heb vertoond.
(…)
Tot slot zou ik jullie graag willen vragen om de non-actief stelling in te trekken en in samenspraak met mij tot een oplossing te komen waarbij feiten worden gebruikt in plaats van invullingen om tot een definitief verhaal te komen zodat op basis daarvan een eerlijk en degelijk onderzoek kan plaatsvinden.(…)”
2.12.
Bij brief van 29 april 2022 heeft Zero&Sano aan [eiser01] bericht dat de non-actiefstelling krachtens artikel 18 van de cao wordt verlengd tot 23 mei 2022, omdat het onderzoek nog niet is afgerond.
2.13.
Bij brief van 15 mei 2022 heeft Zero&Sano aan [eiser01] bericht dat wat haar betreft de werkrelatie dermate is verstoord en dat zij in goed overleg met [eiser01] tot een ontbinding van de arbeidsovereenkomst wil zien te komen. Daarbij heeft Zero&Sano een beëindigingsvoorstel gedaan.
2.14.
Bij brief van 23 mei 2022 heeft de gemachtigde van [eiser01] op bedoelde brief gereageerd. Daarin heeft zijn gemachtigde onder meer verzocht om opheffing van de non-actiefstelling onder gelijktijdige rehabilitatie. Verder heeft zijn gemachtigde voorgesteld om zo spoedig als mogelijk een gesprek met een onafhankelijke mediator in te zetten om te bezien of de arbeidsrelatie nog hersteld kan worden.
2.15.
Bij brief van 7 juni 2022 heeft de gemachtigde van Zero&Sano een nieuw voorstel gedaan om tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst te komen. Het voorstel is door [eiser01] niet geaccepteerd.
2.16.
Bij e-mail van 8 juni 2022 heeft de gemachtigde van Zero&Sano aan (de gemachtigde van) [eiser01] – voor zover van belang het volgende bericht:
“Jammer te vernemen dat partijen er niet uit kunnen komen door middel van een minnelijke regeling. Gezien uw mail wens ik uitdrukkelijk te vermelden dat cliënte nimmer te kennen heeft gegeven dat zij geen mediation wenst in te zetten. Zoals nu reeds meermaals is geduld, heeft cliënte eerst getracht er samen met uw cliënt uite komen, alvorens zij izch over vervolgstappen heeft willen beraden en daarmee de juridische route zou gaan bewandelen.
Nu dat niet tot de mogelijkheden behoort, wenst cliënte door middel van mediation tot een oplossing te komen met uw cliënt. (…)
2.17.
Hierop heeft de gemachtigde van [eiser01] bij e-mail van 9 juni 2022 – voor zover van belang – als volgt gereageerd.
“(…) Pas nadat ik om uw verhinderdata verzocht om in kort geding opheffing en rehabilitatie te verzoeken, stelt uw cliënte mediation voor. Ik kan mij dan ook helaas niet aan de indruk onttrekken dat mediation thans wordt ingezet als een strategische (processuele) keuze zodat u als werkgever in ieder geval kunt berichten dat partijen hebben getracht het geschil middels mediation te beslechten. In dit verband stel ik dan ook voor dat partijen om tafel gaan met de mediator en uw cliënte tegelijkertijd de op non-actiefstelling opheft zodat cliënt in ieder geval op de werkvloer kan verschijnen. (…)”
2.18.
Bij e-mail van 9 juni 2022 heeft de gemachtigde van Zero&Sano aan de gemachtigde van [eiser01] – kort gezegd – laten weten niet in te stemmen met mediation onder de voorwaarde dat de non-actiefstelling wordt opgeheven. Zij heeft [eiser01] in die e-mail nogmaals verzocht om onvoorwaardelijke medewerking te verlenen aan mediation. Bij e-mail van 13 juni 2022 heeft de gemachtigde van [eiser01] laten weten dat [eiser01] zijn volledige medewerking aan mediation wil verlenen, onder gelijktijdige opheffing van de non-actiefstelling.
2.19.
Vervolgens heeft er diverse e-mailcorrespondentie tussen de gemachtigden van partijen plaatsgevonden. Dit heeft uiteindelijk niet tot mediation geleid.
2.20.
Op 17 juni 2022 heeft Zero&Sano aan [eiser01] per e-mail, onder gelijktijdige indiening van het verzoekschrift tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst, medegedeeld dat [eiser01] is geschorst en dat deze schorsing op grond van artikel 19 lid 4 van de cao wordt verlengd tot de arbeidsovereenkomst is geëindigd.

3..Het geschil

3.1.
[eiser01] vordert – na wijziging van eis – uitvoerbaar bij voorraad, Zero&Sano te veroordelen om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis de schorsing op te heffen en zorg te dragen voor rectificatie van eerder gezonden berichtgeving aan alle medewerkers, met een door [eiser01] aan te leveren tekst, door inzage te geven in alle geadresseerden van dit bericht en een gelijktijdige kopie te verstrekken van het bericht van de rectificatie en [eiser01] toe te laten om de overeengekomen werkzaamheden te verrichten, op straffe van een dwangsom van € 1.000,- per dag of per deel van een dag dat Zero&Sano in gebreke blijft aan dit vonnis te voldoen, onder veroordeling van Zero&Sano in de kosten van deze procedure. Daarnaast vordert [eiser01] om Zero&Sano te veroordelen tot het betalen aan [eiser01] van een voorschot op de schadevergoeding van € 5.768,49.
3.2.
[eiser01] baseert de vorderingen op het volgende.
Zero&Sano heeft [eiser01] aanvankelijk op onterechte gronden met ingang van 11 april 2022 op non-actief gesteld. Onder gelijktijdige indiening van het verzoekschrift heeft Zero&Sano per e-mail medegedeeld dat [eiser01] is geschorst totdat de arbeidsovereenkomst is geëindigd. Zero&Sano heeft zich net als bij de non-actiefstelling niet gehouden aan de voorgeschreven procedureregeling van de cao. Zero&Sano heeft verzuimd om [eiser01] van het besluit tot schorsing per aangetekende brief op de hoogte te stellen en om [eiser01] uit te nodigen om zich te kunnen verantwoorden. Het niet naleven van genoemde voorschriften door Zero&Sano dient tot nietigheid van de schorsing, openlijke rehabilitatie en schadevergoeding te leiden. Daarnaast kan de schorsing ook op inhoudelijke gronden niet in stand blijven, nu geen sprake is van een
‘zo’n ernstige reden dat het niet verantwoord zou zijn om werknemer nog te laten werken’,zoals genoemd in artikel 19 lid 1 van de cao. [eiser01] verwijst daarbij naar hetgeen hij in het ontbindingsverzoek van Zero&Sano heeft aangevoerd.
Voorts wenst [eiser01] rectificatie van eerdere berichtgeving door Zero&Sano aan haar medewerkers door het volgende bericht aan alle medewerkers te sturen:
“Eerder heeft Zero&Sano bekend gemaakt dat [eiser01] op non actief is gesteld vanwege grensoverschrijdend gedrag. Bij vonnis in kort geding van de rechtbank Rotterdam is Zero&Sano opgedragen om aan eenieder die op de hoogte was gesteld van deze situatie kenbaar te maken dat er:
1. geen grond was om [eiser01] op non-actief te stellen en
2. dat [eiser01] op zeer korte termijn zijn werkzaamheden op reguliere wijze zal hervatten.
Door het versturen van dit bericht willen wij aan dit vonnis voldoen.”
3.3.
Zero&Sano is het niet eens met de vorderingen en voert het volgende aan.
Ingeval van ontbinding van de arbeidsovereenkomst heeft [eiser01] geen belang meer bij zijn vordering tot opheffing van de schorsing. Bovendien is het gezien de verstoorde arbeidsverhouding onmogelijk om [eiser01] terug te laten keren op de werkvloer. Zero&Sano heeft e-mails aan haar medewerkers verzonden om de geruchten uit de wereld te helpen. Er was veel onrust op de werkvloer en er werden spookverhalen verteld. De e-mail die is verstuurd is neutraal van aard en beschrijft enkel de opvatting van Zero&Sano dat sprake is van ontoelaatbaar gedrag. Het bericht vermeldt geen onjuistheden. Rectificatie is dan ook niet aan de orde.

4..De beoordeling

4.1.
Een vordering in kort geding kan worden toegewezen als de partij die de voorziening vraagt hierbij zoveel spoed heeft dat hij de uitkomst van een gewone procedure niet hoeft af te wachten. Bij die beoordeling is van belang hoe aannemelijk het is dat de vordering in een gewone procedure zal worden toegewezen. Verder moet het belang van [eiser01] bij toewijzing van de vordering worden meegewogen en de gevolgen van toewijzing van de vordering voor Zero&Sano als deze uitspraak later wordt teruggedraaid. Als partijen een gewone procedure starten, is de rechter in die procedure niet gebonden aan deze uitspraak.
4.2.
Voldoende is gebleken dat [eiser01] een spoedeisend belang heeft bij zijn vorderingen. Daarbij heeft te gelden dat een vordering tot wedertewerkstelling naar zijn aard spoedeisend is.
opheffing schorsing en wedertewerkstelling
4.3.
[eiser01] vordert opheffing van de schorsing en wedertewerkstelling op straffe van een dwangsom.
4.4.
Heden is door de kantonrechter tevens uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer 9945254 VZ VERZ 22-8450 (hierna: de ontbindingsbeschikking). Daarbij is de arbeidsovereenkomst tussen partijen ontbonden met ingang van 1 oktober 2022, waarbij aan [eiser01] een billijke vergoeding is toegekend. Zero&Sano is op grond van artikel 7:686a lid 6 BW in de gelegenheid gesteld haar verzoek in te trekken. In het geval Zero&Sano van deze gelegenheid gebruik maakt, betekent dit dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen niet zal worden ontbonden en dus nog altijd voortduurt. In dat geval moet worden aangenomen dat [eiser01] belang heeft bij zijn vorderingen in de onderhavige procedure.
De kantonrechter overweegt in dat verband als volgt.
4.5.
In de ontbindingsbeschikking heeft de kantonrechter – kort gezegd – overwogen dat [eiser01] niet verwijtbaar heeft gehandeld en het gedrag van [eiser01] niet als grensoverschrijdend kan worden gekwalificeerd, aangezien [eiser01] zelf openheid van zaken aan Zero&Sano heeft gegeven van het feit dat hij zowel in het verleden als in het heden met een stagiaire heeft gedate, er verder niets in de gedragscodes is geregeld over het hebben van relaties tussen werknemers/stagiaires onderling, niet is gebleken dat hij hier eerder voor is gewaarschuwd en bovendien niet is gebleken van een relatie met een afhankelijke, jonge, onwetende stagiaire, zoals Zer&Sano heeft gesteld.
4.6.
Nu geen sprake is verwijtbare gedragingen door [eiser01] , is de kantonrechter van oordeel dat er ook geen sprake is van een situatie als bedoeld in artikel 19 lid 1 van de cao waarbij er ‘
zo’n ernstige reden is dat het niet verantwoord is de werknemer nog te laten werken’. Dit betekent dat, nog daargelaten of Zero&Sano de overige in die cao-bepaling genoemde voorschriften heeft nageleefd, Zero&Sano de schorsing dient op te heffen en [eiser01] weer toe te laten de overeengekomen werkzaamheden te verrichten.
4.7.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat, maar alleen voor het geval het ontbindingsverzoek door Zero&Sano wordt ingetrokken, de vordering tot opheffing van de schorsing en tot wedertewerkstelling van [eiser01] wordt toegewezen.
4.8.
In het geval Zero&Sano geen gebruik maakt van de haar geboden intrekkingstermijn en de arbeidsovereenkomst derhalve per 1 oktober 2022 eindigt als gevolg van de ontbindingsbeschikking bestaat voor toewijzing van de gevorderde wedertewerkstelling van [eiser01] naar het oordeel van de kantonrechter onvoldoende aanleiding. Toewijzing van de gevorderde wedertewerkstelling zou in dat geval enkel effect hebben voor de duur van de opzegtermijn en aangenomen moet worden dat in die situatie de belangen van Zero&Sano bij continuering van de non-actiefstelling zwaarder wegen dan de belangen van [eiser01] bij opheffing van de non-activiteit. De arbeidsovereenkomst eindigt in dat geval immer hoe dan ook per 1 oktober 2022.
rectificatie
4.9.
Zoals de kantonrechter in de ontbindingsbeschikking heeft overwogen, had van Zero&Sano als goed werkgever mogen worden verwacht dat zij haar medewerkers op een neutrale wijze had geïnformeerd over de afwezigheid van [eiser01] . Door de term
‘grensoverschrijdend gedrag’te gebruiken, heeft Zero&Sano een inbreuk gemaakt op de privacy en goede naam van [eiser01] . De kantonrechter is dan ook van oordeel dat [eiser01] belang heeft bij de door hem gevorderde rectificatie. De rectificatie zoals door [eiser01] geformuleerd zal worden toegewezen, met dien verstande dat de formulering onder punt 2 alleen toewijsbaar is in het geval Zero&Sano gebruik maakt van de haar geboden intrekkingstermijn in de ontbindingsbeschikking. In het geval Zero&Sano daarvan geen gebruik maakt en de arbeidsovereenkomst eindigt per 1 oktober 2022, zal [eiser01] immers niet terugkeren op de werkvloer.
4.10.
[eiser01] vordert tevens om Zero&Sano te veroordelen om inzage te geven in alle geadresseerden van dit bericht. Gelet op de privacy van de medewerkers en wegens het ontbreken van een deugdelijke grondslag en belang hiervoor, wordt dit deel van de vordering afgewezen.
dwangsom
4.11.
De gevorderde dwangsom wordt als onweersproken toegewezen, met dien verstande dat de dwangsom wordt gematigd tot € 100,- per dag met een maximum van € 5.000,00.
schadevergoeding
4.12.
[eiser01] vordert een bedrag van € 5.768,49 als voorschot op de schadevergoeding. Dit bedrag bestaat uit de kosten die de gemachtigde van [eiser01] bij hem in rekening heeft gebracht.
4.13.
Voor een volledige vergoedingsplicht, zoals door [eiser01] gevorderd, is alleen in ‘buitengewone omstandigheden’ plaats. Daarbij dient te worden gedacht aan misbruik van procesrecht.
4.14.
Van misbruik van procesrecht of onrechtmatig handelen is pas sprake als het instellen van de vordering c.q. het indienen van het verzoek, gelet op de evidente ongegrondheid ervan, in verband met de betrokken belangen van de wederpartij achterwege had behoren te blijven. Hiervan kan eerst sprake zijn als de verzoeker zijn vordering c.q. verzoek baseert op feiten en omstandigheden waarvan hij de onjuistheid kende dan wel behoorde te kennen of op stellingen waarvan hij op voorhand moest begrijpen dat deze geen kans van slagen hadden (HR 29 juni 2007, LJN BA3516, NJ 2007/353). Bij het aannemen van misbruik van procesrecht door het aanspannen van een procedure past terughoudendheid, gelet op het recht op toegang tot de rechter dat mede gewaarborgd wordt door art. 6 EVRM.
4.15.
Met het oog op vorengenoemde terughoudendheid en de uit vaste jurisprudentie volgende eis dat sprake moet zijn van evidente ongegrondheid van de vordering c.q. het verzoek, kan niet gezegd worden dat sprake is van misbruik van procesrecht aan de zijde van Zero&Sano, nu niet is komen vast te staan dat het ontbindingsverzoek van Zero&Sano evident ongegrond is. Dat de kantonrechter de standpunten van Zero&Sano in grote mate niet volgt, maakt niet dat sprake is van evidente onjuistheid in vorenbedoelde zin. Dat Zero&Sano niet heeft gehandeld als goed werkgever en zij ernstig verwijtbaar jegens [eiser01] heeft gehandeld, maakt evenmin dat sprake is van misbruik van procesrecht. Voor dat handelen wordt [eiser01] overigens middels de toegekende billijke vergoeding reeds gecompenseerd. Dit betekent dat het verzoek van [eiser01] tot vergoeding van zijn werkelijk gemaakte proceskosten wordt afgewezen.
proceskosten
4.16.
Zero&Sano wordt voor het grootste deel in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten betalen. De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van [eiser01] tot vandaag vast op € 131,18 aan dagvaardingskosten, € 86,- aan griffierecht en € 747,- aan salaris voor de gemachtigde. Dat is in totaal € 964,18.
uitvoerbaarheid bij voorraad
4.17.
Dit vonnis wordt, zoals gevorderd, uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

5..De beslissing

De kantonrechter:
voor het geval Zero&Sano het ontbindingsverzoek in de procedure met zaaknummer 9945254 VZ VERZ 22-8450 binnen de daarvoor gestelde termijn intrekt:
5.1.
veroordeelt Zero&Sano om binnen drie werkdagen na betekening van dit vonnis de schorsing van [eiser01] op te heffen, [eiser01] wederom toe te laten tot het verrichten van de overeengekomen werkzaamheden en om zorg te dragen voor rectificatie van eerder gezonden berichtgeving over de non-actiefstelling van [eiser01] aan alle medewerkers aan wie dat bericht verstuurd is, met de hieronder geciteerde tekst, en een gelijktijdige kopie te verstrekken van het bericht van de rectificatie aan [eiser01] , op straffe van een dwangsom van € 100,00 per dag of per deel van een dag dat Zero&Sano in gebreke blijft aan dit vonnis te voldoen tot een maximum van € 5.000,00;
“Eerder heeft Zero&Sano bekend gemaakt dat [eiser01] op non actief is gesteld vanwege grensoverschrijdend gedrag. Bij vonnis in kort geding van de rechtbank Rotterdam d.d. 26 juli 2022 is Zero&Sano opgedragen om aan eenieder die op de hoogte was gesteld van deze situatie kenbaar te maken:
1.
dat er geen grond was om [eiser01] op non-actief te stellen;
2.
dat [eiser01] op zeer korte termijn zijn werkzaamheden op reguliere wijze zal hervatten.
Door het versturen van dit bericht willen wij aan dat vonnis voldoen.”
voor het geval Zero&Sano het ontbindingsverzoek in de procedure met zaaknummer 9945254 VZ VERZ 22-8450 niet binnen de daarvoor gestelde termijn intrekt:
5.2.
veroordeelt Zero&Sano om binnen drie werkdagen na betekening van dit vonnis zorg te dragen voor rectificatie van eerder gezonden berichtgeving over de non-actiefstelling van [eiser01] aan alle medewerkers, aan wie dat bericht is verstuurd, met de hieronder geciteerde tekst, en een gelijktijdige kopie te verstrekken van het bericht van de rectificatie aan [eiser01] , op straffe van een dwangsom van € 100,00 per dag of per deel van een dag dat Zero&Sano in gebreke blijft aan dit vonnis te voldoen tot een maximum van € 5.000,00;
“Eerder heeft Zero&Sano bekend gemaakt dat [eiser01] op non actief is gesteld vanwege grensoverschrijdend gedrag. Bij vonnis in kort geding van de rechtbank Rotterdam d.d. 26 juli 2022 is Zero&Sano opgedragen om aan eenieder die op de hoogte was gesteld van deze situatie kenbaar te maken dat er geen grond was om [eiser01] op non-actief te stellen.
Door het versturen van dit bericht willen wij aan dat vonnis voldoen.”
ongeacht de vraag of Zero&Sano het ontbindingsverzoek in de procedure met zaaknummer 9945254 VZ VERZ 22-8450 al dan niet binnen de daarvoor gestelde termijn intrekt:
5.3.
veroordeelt Zero&Sano in de proceskosten, aan de kant van [eiser01] tot vandaag vastgesteld op € 964,18;
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af;
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J.J. Wetzels en in het openbaar uitgesproken.
37555