ECLI:NL:RBROT:2022:11330

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 december 2022
Publicatiedatum
23 december 2022
Zaaknummer
10103299 / CV EXPL 22-28720
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van koopsom voor schoenen met betrekking tot (pre-)contractuele informatieverplichtingen

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 23 december 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen Alektum Capital AG, eiseres, en een gedaagde die zelf procedeert. De zaak betreft een vordering tot betaling van een koopsom van € 38,65 voor schoenen die de gedaagde op 30 december 2021 bij Zalando heeft gekocht. De betalingstermijn van de factuur was veertien dagen na de factuurdatum. Zalando heeft haar vordering op de gedaagde overgedragen aan Zalando Payments GmbH, die deze op haar beurt heeft overgedragen aan Alektum.

Alektum vorderde in totaal € 79,18, bestaande uit de hoofdsom, rente en buitengerechtelijke incassokosten. De gedaagde erkende de hoofdsom, maar betwistte de bijkomende kosten, omdat zij het factuurbedrag op 24 maart 2022 aan Zalando had betaald en pas later van Alektum hoorde dat zij aan hen moest betalen. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde voldoende informatie had ontvangen over de openstaande vordering en dat zij had moeten weten aan wie zij moest betalen. De rechter concludeerde dat de gedaagde de buitengerechtelijke incassokosten en de wettelijke rente aan Alektum moest betalen.

De kantonrechter heeft de gedaagde ook veroordeeld in de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 309,22. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Alektum het vonnis kan laten uitvoeren, ook al is er nog geen definitieve uitspraak in hoger beroep gedaan. Dit vonnis is gewezen door mr. drs. D.L. Spierings en in het openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10103299 / CV EXPL 22-28720
datum uitspraak: 23 december 2022
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Alektum Capital AG,
gevestigd in Zug (Zwitserland),
eiseres,
gemachtigde: Van Lith Gerechtsdeurwaarders en Incasso te Eindhoven,
tegen
[gedaagde01],
wonende in [woonplaats01] ,
gedaagde,
die zelf procedeert.
De partijen worden hierna ‘Alektum’ en ‘ [gedaagde01] ’ genoemd.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 7 september 2021, met bijlagen;
  • het antwoord;
  • de repliek, met bijlagen;
  • de dupliek;
  • de aanvullende dupliek, met bijlagen.

2..De feiten

2.1.
[gedaagde01] heeft op of omstreeks 30 december 2021 schoenen gekocht bij Zalando voor € 38,65. Dit bedrag is bij factuur van 30 december 2021 (‘de factuur’) door Zalando bij [gedaagde01] in rekening gebracht. De betalingstermijn van de factuur is veertien dagen na de factuurdatum.
2.2.
Zalando heeft haar vordering op [gedaagde01] , met alle daaraan verbonden (neven)rechten, in eigendom overgedragen aan Zalando Payments GmbH. Zalando Payments GmbH heeft haar vordering op [gedaagde01] , met alle daaraan verbonden (neven)rechten, op haar beurt in eigendom overgedragen aan Alektum.

3..Het geschil

3.1.
Alektum eist samengevat:
  • [gedaagde01] te veroordelen aan haar te betalen € 79,18 met rente;
  • [gedaagde01] te veroordelen in de proceskosten;
  • het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
Het bedrag dat wordt geëist, bestaat uit de hoofdsom van € 38,65, rente van € 0,53 (berekend tot 7 september 2022) en buitengerechtelijke incassokosten van € 40,00.
3.2.
Alektum baseert de eis op het volgende. [gedaagde01] heeft de factuur niet binnen veertien dagen betaald. Alektum maakt daarom aanspraak op het factuurbedrag van € 38,65. Daarnaast maakt Alektum aanspraak op de wettelijke rente over het factuurbedrag, die € 0,53 berekend tot 7 september 2022 bedraagt. Tot slot maakt Alektum aanspraak op een vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten van € 40,00, omdat Alektum haar vordering door de wanbetaling van [gedaagde01] uit handen heeft moeten geven aan haar (incasso)gemachtigde.
3.3.
[gedaagde01] erkent dat zij de hoofdsom van € 38,65 nog moet betalen. [gedaagde01] is het echter niet eens met de bijkomende kosten. [gedaagde01] heeft het factuurbedrag op 24 maart 2022 aan Zalando betaald. Pas daarna kreeg [gedaagde01] van Alektum bericht dat zij aan Alektum moest betalen. [gedaagde01] had het bedrag op dat moment nog niet terugbetaald gekregen van Zalando. Alektum heeft daarop aangegeven dat [gedaagde01] moest wachten op bericht en dat als het betaalde bedrag wel door Zalando werd terugbetaald [gedaagde01] het aan Alektum moest betalen. Op 27 juni 2022 kreeg [gedaagde01] het bedrag ineens teruggestort van Zalando. Voor [gedaagde01] was het toen onduidelijk aan wie zij moest betalen. [gedaagde01] had ook geen betaalgegevens gekregen waarnaar zij het bedrag zou moeten overmaken. [gedaagde01] wachtte daarom bericht van Alektum af. [gedaagde01] kreeg vervolgens echter zonder nader bericht een dagvaarding.

4..De beoordeling

De (pre)contractuele informatieverplichtingen
4.1.
De eis van Alektum is gebaseerd op een overeenkomst die is gesloten op afstand tussen een handelaar en een consument. Bij het sluiten van dergelijke overeenkomsten moet vóór het sluiten van de overeenkomst aan de consument bepaalde informatie worden verstrekt en deze informatie moet aan de consument worden bevestigd op een duurzame gegevensdrager. De rechter moet ambtshalve beoordelen of sprake is van een schending van zo’n verplichting. Als sprake is van een voldoende ernstige schending dan moet de rechter de betalingsverplichting van de consument (gedeeltelijk) vernietigen. In dit geval is er geen sprake van een voldoende ernstige schending.
De hoofdsom
4.2.
[gedaagde01] erkent dat zij de hoofdsom van € 38,65 aan Alektum moet betalen. Dit bedrag is daarom toewijsbaar.
De buitengerechtelijke incassokosten en de wettelijke rente
4.3.
[gedaagde01] heeft aangevoerd dat het voor haar niet duidelijk was welk bedrag zij aan wie moest betalen en daarom is zij het niet eens met de bijkomende kosten. Naar het oordeel van de kantonrechter had [gedaagde01] moeten weten welk bedrag zij aan wie moest betalen. [gedaagde01] heeft immers niet weersproken dat zij per e-mail en per brief meerdere keren door Alektum is herinnerd aan de openstaande factuur (zie bijlagen 7, 8 en 9 bij repliek). Daarnaast heeft [gedaagde01] niet weersproken dat zij bij brief van 12 augustus 2022, dus ná de terugbetaling door Zalando, nog een zogenaamde veertiendagenbrief van Alektum heeft ontvangen. In al deze berichten staan het openstaande bedrag en de betaalgegevens van Alektum duidelijk vermeld. Als het voor [gedaagde01] ondanks al deze berichten niet duidelijk was welk bedrag zij aan wie moest betalen, had het op haar weg gelegen om naar aanleiding van de berichten contact op te nemen met Alektum (de afzender van de berichten). Door dit niet te doen, heeft [gedaagde01] de bijkomende kosten over zichzelf afgeroepen. Aangezien Alektum verder aan alle vereisten heeft voldaan om een vergoeding voor haar buitengerechtelijke incassokosten en de wettelijke rente te krijgen, is de kantonrechter van oordeel dat [gedaagde01] de buitengerechtelijke incassokosten en de wettelijke rente aan Alektum moet betalen.
De proceskosten
4.4.
[gedaagde01] krijgt ongelijk en moet daarom de proceskosten betalen. De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van Alektum tot vandaag vast op € 107,22 aan dagvaardingskosten, € 128,00 aan griffierecht en € 74,00 aan salaris voor de gemachtigde (twee punten x € 37,00). Dit is in totaal € 309,22. Voor kosten die Alektum maakt na deze uitspraak moet [gedaagde01] een bedrag betalen van € 18,50. Hier kan nog een bedrag bijkomen voor de betekening van de uitspraak. In dit vonnis hoeft hierover geen aparte beslissing te worden genomen (zie de uitspraak van de Hoge Raad van 10 juni 2022, gepubliceerd onder ECLI:NL:HR:2022:853).
Uitvoerbaarheid bij voorraad
4.5.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

5..De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt [gedaagde01] om aan Alektum te betalen € 79,18 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over een bedrag van € 38,65 vanaf 7 september 2022 tot de dag van volledige betaling;
5.2.
veroordeelt [gedaagde01] in de proceskosten, aan de kant van Alektum tot vandaag vastgesteld op € 309,22;
5.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. drs. D.L. Spierings en in het openbaar uitgesproken.
38671