ECLI:NL:RBROT:2021:8615

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
1 september 2021
Publicatiedatum
2 september 2021
Zaaknummer
C/10/604540 / HA ZA 20-907
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • mr. drs. J. van den Bos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid architect voor tekortkomingen bij woningbouw en uitleg van de overeenkomst

In deze zaak vordert de eiseres, een consument, schadevergoeding van de architect, [gedaagde 1], wegens tekortkomingen in de uitvoering van de bouw van haar woning. De eiseres heeft de architect ingeschakeld voor het ontwerp en de begeleiding van de bouw, maar stelt dat de uitvoering niet naar behoren is verlopen. De rechtbank heeft de procedure in eerste aanleg behandeld, waarbij de eiseres haar vorderingen heeft onderbouwd met diverse producties en getuigenissen. De architect heeft betwist dat hij tekort is geschoten en heeft aangevoerd dat hij niet verantwoordelijk is voor de fouten van de aannemers die door de eiseres zijn ingeschakeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de overeenkomst tussen partijen niet de rol van directievoerder of bouwbegeleider voor de architect impliceert. De rechtbank concludeert dat de architect niet tekort is geschoten in zijn verplichtingen en wijst de vorderingen van de eiseres af. Tevens wordt de eiseres veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/604540 / HA ZA 20-907
Vonnis van 1 september 2021
in de zaak van
[eiseres],
wonende te [woonplaats eiseres] ,
eiseres,
advocaat mr. R.J. de Boer te Amsterdam,
tegen

1..[gedaagde 1] , VOORHEEN H.O.D.N. [naam bedrijf 1] ,

wonende te [woonplaats gedaagde 1] ,
2.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde 2],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
gedaagden,
advocaat mr. H.J. Delhaas te Amsterdam.
Partijen zullen hierna [eiseres] , [gedaagde 1] en de BV genoemd worden.

1..De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 11 september 2020, met producties 1 tot en met 56;
  • de conclusie van antwoord, met producties 1 tot en met 12;
  • de aanvullende producties 57 tot en met 60 van [eiseres] ;
  • de spreekaantekeningen van [eiseres] ;
  • de spreekaantekeningen (“voorbereiding mondelinge behandeling”) van [gedaagde 1] en de BV;
  • de mondelinge behandeling van 25 mei 2021 en de voortzetting op 15 juni 2021, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2..De feiten

2.1.
[gedaagde 1] is architect. Vanaf 1 oktober 2010 voerde hij zijn werkzaamheden uit binnen zijn eenmanszaak [gedaagde 2] . Inmiddels is de eenmanszaak uitgeschreven uit het handelsregister en sinds 3 december 2019 voert [gedaagde 1] zijn werkzaamheden uit binnen de BV. De website van [gedaagde 2] (uit een schermprint van de website blijkt geen onderscheid tussen de eenmanszaak en de BV) vermeldt over de dienstverlening onder meer:
“Van initiatief naar ontwerp, tot oplevering”
en
“(…) We adviseren u graag in uw keuzes en begeleiden u van globaal idee tot de oplevering van de woning.”
[productie 3 van [eiseres] ]
2.2.
Via Mc-Home B.V. (Mc-Home) is [eiseres] bij [gedaagde 1] terechtgekomen in verband met een voor haar te ontwerpen nieuwbouwwoning. Dit heeft geresulteerd in een op 26 januari 2016 door ondertekening geaccepteerde offerte (de overeenkomst). De overeenkomst luidt, voor zover relevant:
“Zoals besproken ontvangt u hierbij de offerte voor de architectenwerkzaamheden voor uw nieuwbouwwoning te Amsterdam. Binnen onze werkwijze streven we ernaar een volledig pakket aan te bieden, dat betekent van gesprek over wensen en schetsontwerp werken naar een compleet definitief ontwerp dat al aan uw eisen voldoet, daarna de vergunningaanvraag, begeleiding bij de keuze van aannemer en controle tijdens de bouw tot en met de oplevering. Op deze manier hoeft u zich nergens zorgen om te maken en weet u waar u aan toe bent. (…)
Keuze aannemer
Zodra de vergunning goedgekeurd is worden de tekeningen opgewaardeerd tot bestekstekeningen, een technische omschrijving waarin alle materialen en werkwijzen beschreven staan en kleuren- ruimte- en kozijnstaten. Deze documenten worden gebruikt om een aannemer te vinden. Op basis van uw wensen wordt een keuze voor een aannemer gemaakt. Door de technische omschrijving en gedetailleerde tekeningen weet de aannemer precies wat hij moet maken. Deze stukken gelden daarna als contractstuk met de aannemer waardoor tijdens de bouw geen discussie kan ontstaan over wat afgesproken is.
Uitvoering
Zodra de aannemer bekend is, wordt er begonnen met bouwen. Hiervoor worden enkele extra werktekeningen gemaakt voor gebruik tijdens de bouw. In reguliere bouwvergaderingen zullen we de kwaliteit en uitgangspunten van het ontwerp bewaken en de voortgang bijhouden. Bij eventuele zelfbouw zullen we adviseren in de uitvoering. Ook worden tijdens de uitvoering eventuele productietekeningen van bijvoorbeeld stalen elementen, vloeren of kozijnen gecontroleerd.
(…)
OFFERTE
(…)
WERKZAAMHEDEN
TARIEF
Schetsontwerp
GRATIS
(….)
Voorlopig ontwerp / voorlopige aanvraag welstand
€ 2.000,00
(…)
Definitief ontwerp / vergunningaanvraag
€ 3.750,00
- Detaillering van het ontwerp met definitief voorstel
- Tussentijdse besprekingen
- Plattegronden, doorsneden en gevelaanzichten 1:50
- 3D sfeerimpressies en Virtual Reality beelden van definitief ontwerp
- Details schaal 1:5
- Definitieve voorstellen materialen, kleuren, lichtplan, techniek
- Communicatie constructeur en eventuele overige adviseurs
Vergunningaanvraag
(…)
Keuze aannemer
€ 1.750,00
- Tekeningen uitwerken tot bestektekeningen
- Technische omschrijving van het ontwerp
- Keuze en communicatie aannemers en beoordeling van offerte
Uitvoering
€ 2.000,00
- Tekeningen uitwerken tot werktekeningen
- Deelname aan bouwvergaderingen met aannemer, opdrachtgever
- Controle van productietekeningen derden
- Bewaking van de ontwerpuitgangspunten
- Regelmatig bezoek aan de bouwplaats
- Oplevering
Totaal alle fasen(Exclusief BTW)
€ 9.500,00
Uitsluitingen:
In deze aanbieding zijn de volgende producten/diensten niet meegenomen:
- Constructieve berekeningen en -tekeningen. Wel zullen we u adviseren en begeleiden bij de [de] keuze van een constructeur en de communicatie met de constructeur voeren zodat u dit zelf niet hoeft te doen.
(…)
Algemene Voorwaarden
Een eventuele opdracht wordt aanvaard onder de voorwaarden zoals omschreven in de DNR 2011. De DNR 2011 zijn standaardvoorwaarden die de rechtsverhouding tussen opdrachtgever – architect, ingenieur en adviseur regelt. Een exemplaar van de DNR 2011 kunt u inzien via
(…)dnr2011.” [er is zichtbaar dat een – kennelijk volledig – webadres is vermeld, maar dit is in het overgelegde afschrift onleesbaar, opmerking rechtbank]
[productie 4 van [eiseres] , vet in origineel]
2.3.
Artikel 15 van de toepasselijke algemene voorwaarden vermeldt, voor zover van belang:
“1 De door de adviseur te vergoeden schade is naar keuze van partijen per opdracht beperkt tot een bedrag gelijk aan de advieskosten met een maximum van € 1.000.000 of tot een bedrag gelijk aan driemaal de advieskosten met een maximum van € 2.500.000.
2 Indien partijen geen keus bepaalden betreffende de omvang van de door de adviseur te vergoeden schade, is deze per opdracht beperkt tot een bedrag gelijk aan de advieskosten met een maximum van € 1.000.000.
3 In aanvulling op de voorgaande twee leden geldt dat ingeval de opdrachtgever een consument is, de in die twee leden genoemde beperkingen niet lager kunnen zijn dan € 75.000.”
[productie 37 van [eiseres] ]
2.4.
[eiseres] heeft ervoor gekozen om niet met één hoofdaannemer te werken. Zij heeft zelf, met bemiddeling van [gedaagde 1] , voor diverse onderdelen van de uitvoering van de bouw overeenkomsten gesloten met diverse individuele partijen die ieder een deel van het bouwproject voor hun rekening zouden nemen. FM Vastgoed B.V. (FM Vastgoed) zou zich bezighouden met het betonwerk en staalframe, [naam bedrijf 2] ( [naam bedrijf 2] ) werd gecontracteerd voor het plaatsen van kozijnen, de heer [naam persoon 1] h.o.d.n. [naam bedrijf 3] ( [naam bedrijf 3] ) werd als installateur ingeschakeld en met [naam bedrijf 6] ( [naam bedrijf 6] ) werd een overeenkomst ten aanzien van de afbouwwerkzaamheden gesloten. Laatstgenoemde werkzaamheden werden in de praktijk uitgevoerd door de heer [naam persoon 2] h.o.d.n. [naam bedrijf 4] en de heer [naam persoon 3] .
2.5.
Daarnaast heeft [eiseres] [naam bedrijf 5] . ( [naam bedrijf 5] ) ingeschakeld. De door [eiseres] geaccepteerde offerte van 18 januari 2017 vermeldt over de rol van [naam bedrijf 5] , voor zover van belang:
“Bijgaand ontvangt u de offerte voor het projectmanagement ten behoeve van de realisatie van uw woning te Diemen.
Omschrijving van de werkzaamheden;
Voor start bouw;
  • Inhoudelijk beoordelen van tekenwerk architect/constructeur op compleetheid zodat alle toeleveranciers vanaf dit tekenwerk hun productietekeningen kunnen maken. (…);
  • Inhoudelijk beoordelen van de contracten van de partners zodat er geen “open eindjes” zitten in de realisatie.
  • Vaststellen termijnschema met partners en het vrijgeven van deze termijnen op basis van de geleverde prestatie conform termijnregeling.
  • Maken processchema om voortgang in tekenwerk en uitvoering te borgen en te bewaken.
  • Overleg met bouwpartners om bouwproces op een juiste wijste te laten verlopen.
  • (…)
Tijdens de uitvoering;
 Zorgdragen voor een tijdige start van de diverse partners conform schema;
Te coördineren partners zijn:
 FM Bouw te Bunschoten – Spakenburg;
 [naam bedrijf 3] te Lelystad;
 [naam bedrijf 7] te Zaandam;
 [naam bedrijf 2] bv te Deurne
  • Beoordelen dat de partners hun werkzaamheden uitvoeren conform de overeenkomst;
  • Kwaliteitscontrole tijdens de uitvoering;
  • Frequente terugkoppeling aan opdrachtgever inzake voortgang project en vaststelling kwaliteit en eventuele onvoorziene situaties;
  • Definitieve oplevering;
  • (…);
Totaalbedrag: € 9.600,= inclusief BTW. (…)
[productie 12 van [eiseres] , vet in origineel]
2.6.
In april 2017 is de bouw van de woning gestart. De bouw is vervolgens niet verlopen zoals [eiseres] zich had voorgesteld.
2.7.
Op 5 augustus 2017 is door [gedaagde 1] een proces-verbaal “Woning niet gereed met sleutelverklaring” opgesteld. Het proces-verbaal geeft een handgeschreven overzicht van diverse tekortkomingen van de woning en vermeldt verder, voor zover van belang:
“Sleutelverklaring
In aanmerking nemende dat:
1. Op de door de aannemer aangekondigde datum zijnde 5 augustus 2017 is geconstateerd dat de woning niet geheel voor bewoning gereed is;
2. De woning derhalve niet is opgeleverd;
Komen partijen overeen als volgt:
1. Opdrachtgever ontvangt per heden de sleutel(s) van de woning en de aannemer verleent onvoorwaardelijke toestemming aan opdrachtgever om de woning in gebruik te nemen;
2. Het overhandigen van de sleutel(s) en het in gebruik nemen van de woning betekent niet dat de woning als opgeleverd is te beschouwen;
3. De woning (met ondergrond en toebehoren) blijft derhalve voor risico van de aannemer tot de dag waarop de woning daadwerkelijk geheel voor bewoning gereed wordt opgeleverd;
4. De aannemer zal zo spoedig mogelijk aan opdrachtgever een nieuwe datum en een nieuw tijdstip van oplevering voorstellen met inachtneming van hetgeen in de aannemingsovereenkomst is vermeld[.]”
[productie 21 van [eiseres] ]
Het proces-verbaal is door de heer [naam persoon 3] ondertekend voor [naam bedrijf 4] .
2.8.
Per e-mail van 24 augustus 2017 heeft [eiseres] het volgende aan Mc-Home bericht:
“(…)
Vanaf het begin is er niks maar dan niks goed gegaan. Het begon al met FM Bouw waar ik tot op heden last van heb. (…) FM Bouw heeft zich [er] de kantjes vanaf gelopen. Dit bedrijf is niet geschikt om dit soort werkzaamheden uit te voeren. [naam persoon 4] is erg onkundig gebleken. [naam persoon 1] , ook een partij die door jullie wordt aangedragen, heeft enorme fouten gemaakt waardoor het proces enorm vertraagd is. (…) [naam persoon 5] weer een partij uit jullie koker. Zeer onkundig. (…)
(…) Ik ben nu door een aantal partijen benaderd die soortgelijke ervaringen hebben via MC Home en ernstig financieel benadeeld zijn. Allemaal uit de koker van McHome.
(…) Want ja je hebt allemaal louche partijen aangedragen die mij getild hebben. Als jullie menen ervaring te hebben en mensen, jullie klanten, zeggen te begeleiden dan hebben jullie in dit proces hele grote steken laten vallen. Op zijn minst hadden jullie bij de overeenkomsten kunnen adviseren tijdslijnen op te nemen en boeteclausules op te nemen.”
[productie 1 van [gedaagde 1] ]
2.9.
Medio september 2017 zijn de werkzaamheden aan de woning stil komen te liggen.
2.10.
[eiseres] is ontevreden over de door de aannemers verrichte werkzaamheden. Tussen [eiseres] en FM Bouw bestaat discussie over de vraag of de werkzaamheden van FM Bouw zijn opgeleverd. [eiseres] heeft de overeenkomst met [naam bedrijf 2] buitengerechtelijk ontbonden wegens geconstateerde gebreken. Met [naam bedrijf 6] , de heer [naam persoon 2] en de heer [naam persoon 3] is zij verwikkeld in een gerechtelijke procedure bij het Gerechtshof Amsterdam met betrekking tot een geschil over de afbouwwerkzaamheden.
2.11.
ZNEB Expertise en Taxatie B.V. (ZNEB) heeft een groot aantal gebreken in de (af)bouwwerkzaamheden van de onder 2.4 genoemde partijen geconstateerd en daarover op 17 november 2017 rapport uitgebracht. ZNEB begroot de kosten voor herstel van de gebreken op € 83.570,-. [eiseres] heeft de herstelkosten niet volledig op de betreffende partijen verhaald of kunnen verhalen.
2.12.
Op 26 januari 2018 heeft [eiseres] [gedaagde 1] schriftelijk aansprakelijk gesteld.
2.13.
Per e-mail van 6 februari 2019 heeft [eiseres] aan FM Bouw bericht:
“Nogmaals dank dat jullie in de woning zijn geweest op 28 januari.
Weten jullie al wat meer ten aanzien van de constructie aan de achterzijde van de woning?
Willen jullie ook bevestigen dat voor de slaapkamers aan de terraszijde de beste oplossing is om de deuren te vervangen? Dit omdat er kennelijk met de maatvoering geen rekening is gehouden met een dakgoot (wat overigens niet ingetekend is op de tekening).”
Per e-mail van 13 februari 2019 heeft FM Bouw als volgt gereageerd:
“Aan de achterzijde zijn warmgewalste stalen liggers HEB260 toegepast (zie bijlage: constructietekening revisie F d.d. 10-03-2017).
In mijn optiek maakt dat het verlagen van het terras een uiterst ingrijpende zaak.
Het niveau van het staal en staalframe binnen en buiten is gelijk, er is in het ontwerp dus niet voorzien in een verlaging van het terras.
[gedaagde 1] heeft dit opgelost dmv een gootje tpv de pui (zie bijlage: detail V-09).”
[productie 23 van [eiseres] ]
2.14.
Op 3 oktober 2019 heeft de door [eiseres] ingeschakelde vennootschap AdViDex Expertisediensten B.V. (Advidex) rapport uitgebracht van de op 29 augustus 2019 verrichte opname van de woning. Advidex begroot de herstelkosten, inclusief de reeds door ZNEB begrote kosten, op € 160.917,-. De meerwerkkosten om de woning in overeenstemming met het Bouwbesluit te brengen (sloop en heropbouw van de 1e verdieping) worden geraamd op € 200.000,-. Bijkomende kosten voor onder meer tijdelijke woonruimte voor een jaar, bouwbegeleiding en in-, uit,- en opruimen woning worden begroot op € 84.072,15. Het rapport vermeldt verder, voor zover van belang:

6 Bevindingen expert
De algehele indruk is dat de oorzaak van een groot gedeelte van de fouten te wijten zijn aan maatvoering fouten. Ondanks dat maatvoering altijd in het werk moeten worden gecontroleerd. Dit behoort tot de taken van een bouwkundig toezicht.
Nadat deze maatvoering fouten werden ontdekt is er door partij 2 [ [gedaagde 1] , opmerking rechtbank] niet ingegrepen maar heeft hij ingestemd dat de constructie, details werden aangepast om het probleem op te lossen. (Fout over fout)
(…)
Wil je de woning aanpassen aan de geëiste en door de architect voorgeschreven maatvoering zal de gehele 1e verdieping inclusief vloer moeten worden gesloopt en opnieuw moeten worden opgebouwd.
De afbouw uitgevoerd door partij 3 [ [naam bedrijf 7] , opmerking rechtbank] is ondermaats.
(…)”
[productie 27 van [eiseres] , vet in origineel]
2.15.
Op 10 februari 2020 heeft de expertisedienst van de aansprakelijkheidsverzekeraar van [gedaagde 1] een (contra)expertiserapport uitgebracht nadat haar expert de woning op 17 december 2019 heeft beschouwd. Het rapport vermeldt, voor zover van belang:

Onderdeel “Uitvoering”
(…)
C4) (…) Op de eerste verdieping is de gemeten vrije hoogte tussen vloer en plafond circa 2,57 meter. Volgens ZNEB – Advidex zou dat volgens het Bouwbesluit 2,6 meter moeten zijn. Volgens verzekerde is bij particulier opdrachtgeverschap 2,6 meter vrije hoogte geen dwingende eis. De enige wél dwingende eis volgens het bestemmingsplan was destijds de dakrandhoogte. Om binnen die eis te blijven is de verticale hoogtemaatvoering in het ontwerp krap getekend. Overigens is volgens de werktekeningen een vrije plafondhoogte van 2,618 meter getekend (zie details WT-905 V-05 en V-06). Uit de peilmaten en maten in de detailtekening kan dit worden afgeleid.
(…)
Resumé beoordeling aansprakelijkstelling, rapportages ZNEB en Advidex
De verwijten aan het adres van verzekerde zijn deels gebaseerd op een merkwaardige (onjuiste) interpretatie van de overeenkomst tussen verzekerde en wederpartij als zou dat een resultaatsverplichting zijn geweest.
Uit de rapporten en overige beschikbare informatie blijkt dat verzekerde ruimschoots heeft voldaan aan zijn inspanningsverplichting die op basis van de overeenkomst van hem mocht worden verlangd. Dat een ingeschakelde installateur failliet ging, en dat andere bedrijven hun contractuele verplichtingen ten opzichte van wederpartij niet nakwamen, was niet te wijten aan verzekerde. Verzekerde had hierin geen contractuele relatie met deze bedrijven.
Verzekerde had geen opdracht om directie te voeren, noch een coördinerende rol als bouwmanager. Daarvoor had verzekerde geadviseerd om een bouwprojectmanager aan te stellen.
In het rapport van Advidex wordt gesteld dat er sprake zou zijn van maatvoeringsfouten, adviesfouten en/of ontwerpfouten. Bij nadere beschouwing van de daarover beschreven onderdelen blijken deze stellingen onjuist en/of niet onderbouwd te zijn. Het merendeel van de aan verzekerde toegeschreven klachten bestaan uit uitvoeringsfouten waarvoor niet verzekerde, maar de ingeschakelde bedrijven (contractueel) verantwoordelijk zijn. Daar waar het gaat om vermeende gestelde advies- of ontwerpfouten worden de gestelde fouten niet onderbouwd of gaat het om discussiepunten die naar mijn mening niet betiteld kunnen worden als ontwerp- of adviesfout.
Schade
(…)
Er is naar mijn mening
geenschade die concreet kan worden toegeschreven aan vermeende advies- of ontwerpfouten van verzekerde.”
[productie 34 van [eiseres] , vet en onderstreept in origineel]
2.16.
Met verwijzing naar het onder 2.15 bedoelde schaderapport heeft de aansprakelijkheidsverzekeraar van [gedaagde 1] aansprakelijkheid van de hand gewezen.
2.17.
[eiseres] woont in de woning met daarin nog steeds diverse gebreken.

3..Het geschil

3.1.
[eiseres] vordert dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
Primair:
I. voor recht verklaart dat [gedaagde 1] in ernstige mate toerekenbaar tekortgeschoten is in de nakoming van de verplichtingen die voortvloeien uit de overeenkomst;
II. voor recht verklaart dat [gedaagde 1] bij de nakoming van zijn verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst, in ernstige mate de zorgplicht die een goed opdrachtnemer ex artikel 7:401 BW dient te betrachten heeft geschonden;
III. [gedaagde 1] veroordeelt om aan [eiseres] te betalen een schadevergoeding van € 464.989,15, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 26 januari 2018, althans vanaf een door de rechtbank te bepalen datum tot aan de dag der algehele voldoening, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag;
IV. [gedaagde 1] veroordeelt om aan [eiseres] te betalen € 10.000,- aan immateriële schadevergoeding, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag;
V. [gedaagde 1] veroordeelt om aan [eiseres] te betalen € 2.922,15 aan expertisekosten voor de vaststelling en de begroting van de schadevergoeding, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag;
VI. [gedaagde 1] veroordeelt tot betaling aan [eiseres] van de door haar gemaakte juridische kosten, waaronder de kosten van het gelegde conservatoire beslag;
VII. [gedaagde 1] veroordeelt tot terugbetaling aan [eiseres] van het bedrag dat zij aan [gedaagde 1] heeft betaald voor de door hem verrichte werkzaamheden voortvloeiende uit de overeenkomst;
VIII. [gedaagde 1] veroordeelt in de kosten van de procedure;
Subsidiair:
de primair onder I tot en met VIII gevorderde verklaringen voor recht en veroordelingen integraal uitspreekt ten aanzien van de BV.
3.2.
[eiseres] legt het volgende aan haar vorderingen ten grondslag.
3.2.1.
[gedaagde 1] heeft zich ertoe verbonden [eiseres] volledig te ontzorgen. Hij heeft de rol van directievoerder dan wel bouwbegeleider op zich genomen en is vanuit die rol verantwoordelijk voor een deugdelijke oplevering van de woning. De gehele uitvoering van de bouw van de woning komt als het ware voor zijn rekening en risico. [gedaagde 1] heeft onvoldoende toezicht gehouden op en sturing gegeven aan de uitvoering van het werk door de aannemers en verzuimd tijdig in te grijpen. Ook heeft [gedaagde 1] tegenstrijdige tekeningen afgeleverd en ondeugdelijke contracten opgesteld ter vastlegging van afspraken met bij de bouw betrokken aannemers. De schade die [eiseres] als gevolg van zijn tekortkomingen heeft geleden, dient [gedaagde 1] te vergoeden.
3.2.2.
Indien en voor zover door omzetting van de eenmanszaak naar een besloten vennootschap de BV schuldenaar is, moeten de vorderingen jegens de BV worden toegewezen.
3.3.
[gedaagde 1] en de BV concluderen tot afwijzing van de vorderingen, met veroordeling van [eiseres] in de nakosten van € 157,- (zonder betekening) of € 239,- (met betekening), te vermeerderen met de wettelijke rente.
3.3.1.
[gedaagde 1] en de BV voeren aan dat [gedaagde 1] noch als bouwbegeleider, noch als directievoerder is aangesteld. Hij is architect en vanuit dat perspectief moet de overeenkomst worden gezien. [gedaagde 1] is niet verantwoordelijk voor de fouten die derden bij de bouw hebben gemaakt. [eiseres] moet haar schade rechtstreeks op hen verhalen. Van risicoaansprakelijkheid en/of een opleveringsgarantie van [gedaagde 1] is geen sprake.
3.3.2.
[gedaagde 1] betwist dat de door hem gemaakte tekeningen niet deugen. Nu hij ook op dat punt geen fout heeft gemaakt, is van enige tekortkoming en verplichting om schade te vergoeden geen sprake. Als wel sprake zou zijn van schadeplichtigheid, dan volgt uit de toepasselijke algemene voorwaarden dat de verplichting tot schadevergoeding is beperkt.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4..De beoordeling

De overeenkomst tussen [eiseres] en [gedaagde 1]

Uitleg van de overeenkomst: directievoerder of bouwbegeleider?
4.1.
[eiseres] heeft aangevoerd dat in het onderdeel “uitvoering” van de overeenkomst impliciet te lezen is dat [gedaagde 1] de rol van directievoerder dan wel bouwbegeleider en daarmee verantwoordelijkheid voor de volledige uitvoering op zich heeft genomen. Dat volgt volgens haar ook uit de onder 2.1 aangehaalde tekst op de website. Ook het onbetwiste feit dat [gedaagde 1] op de bouw en tijdens bouwvergaderingen (als voorzitter) aanwezig was en bemiddelde tussen en communiceerde met de onderaannemers leidt er volgens [eiseres] toe dat hij de taak van directievoerder dan wel bouwbegeleider op zich heeft genomen.
4.2.
De rechtbank stelt voorop dat tussen partijen niet in geschil is dat zij een overeenkomst van opdracht hebben gesloten. Partijen verschillen echter van mening over de vraag welke verbintenissen uit die overeenkomst voortvloeien en of die verbintenissen zijn nagekomen. Bij de uitleg van de overeenkomst komt het aan op hetgeen partijen over en weer hebben verklaard en op de zin die zij in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan die verklaringen en de in die overeenkomst vervatte bedingen mochten toekennen. Daarbij kan mede van belang zijn tot welke maatschappelijke kringen partijen behoren en welke rechtskennis van hen kan worden verwacht.
4.3.
De partij die zich op het rechtsgevolg van bepaalde feiten en omstandigheden beroept, moet deze stellen en (in geval van gemotiveerde betwisting) bewijzen. Nu [eiseres] rechtsgevolgen verbindt aan de betwiste stelling dat [gedaagde 1] als directievoerder dan wel bouwbegeleider is aangesteld, ligt het op haar weg om die stelling te concreet te maken.
4.3.1.
[eiseres] heeft zich als particulier tot [gedaagde 1] in zijn professionele hoedanigheid van architect gewend. Vanuit dat perspectief moet worden beoordeeld wat [eiseres] redelijkerwijs van [gedaagde 1] mocht verwachten.
4.3.2.
Anders dan in een door [eiseres] aangehaalde uitspraak (rechtbank ’sGravenhage 19 december 2012, ECLI:NL:RBSGR:2012:BY7544), blijkt uit de geaccepteerde offerte niet dat het aansporen en aanspreken van aannemers tot het takenpakket van [gedaagde 1] behoort, evenmin als dat hij de verantwoordelijkheid draagt voor de planning van het bouwproject. In de tekst van overeenkomst komen de woorden “directievoering” en “bouwbegeleiding” simpelweg niet voor en ook de werkzaamheden die zijn beschreven onder het kopje “uitvoering” duiden daar niet op. Niet gebleken is dat partijen bij het aangaan van de overeenkomst voor ogen hebben gehad om een dergelijke rol aan [gedaagde 1] toe te kennen.
4.3.3.
Wellicht heeft [gedaagde 1] verdergaande werkzaamheden verricht dan op grond van de overeenkomst strikt noodzakelijk was, maar daaruit kan niet worden afgeleid dat hij alsnog een rol op zich heeft genomen (a) die niet past bij een architect (primair een ontwerper, geen uitvoerder) en (b) waar geen tegenprestatie van [eiseres] tegenover staat (er is immers nooit een andere prijs afgesproken). Om een dergelijke van het reguliere werk als architect afwijkende rol met verstrekkende verantwoordelijkheid als overeengekomen aan te nemen, moet sprake zijn van concrete afspraken op dat punt.
4.3.4.
Uit het feit dat [naam bedrijf 5] vanaf de start van de bouw – op advies van [gedaagde 1] , omdat [eiseres] ervoor koos om niet met een hoofdaannemer te werken – als externe bouwbegeleider/coördinator is aangesteld, had [eiseres] eens te meer moeten begrijpen dat [gedaagde 1] die rol niet wilde aannemen. Uit de onder 2.5 aangehaalde omschrijving blijkt ook dat controle en coördinatie van het bouwproces, inclusief controle van de tekeningen van [gedaagde 1] als architect, tot de voornaamste taken van [naam bedrijf 5] behoorden.
4.3.5.
Het takenpakket van [gedaagde 1] bestond daarentegen voornamelijk uit het ontwerpen en tekenen van de woning en (in)direct daarmee verband houdende werkzaamheden; ook zijn aanwezigheid op de bouw moet in dat verband worden gezien. De stelling van [eiseres] dat [naam bedrijf 5] door [gedaagde 1] is aangedragen en dat zij gezamenlijk het bouwproces zouden begeleiden en/of coördineren, is in het licht van de gemotiveerde betwisting door [gedaagde 1] onvoldoende onderbouwd. Zonder nadere toelichting, die niet is gegeven, is onbegrijpelijk waarom een tweede bouwbegeleider aangesteld zou moeten worden en gelet op zijn primaire functie, architect, ligt het optreden van [gedaagde 1] als bouwbegeleider ook niet voor de hand.
4.3.6.
Nu die functie ook niet volgt uit de overeenkomst, kan [eiseres] er zelf redelijkerwijs niet vanuit zijn gegaan dat [gedaagde 1] als bouwbegeleider zou optreden, terwijl [naam bedrijf 5] juist expliciet voor die rol is aangesteld. Dat de overeenkomst met [naam bedrijf 5] op enig moment door [eiseres] wegens vermeend disfunctioneren van [naam bedrijf 5] is beëindigd, maakt zonder concrete nadere afspraken op dit punt tussen [eiseres] en [gedaagde 1] , waarvan niet is gebleken, niet dat [gedaagde 1] die rol heeft overgenomen.
4.3.7.
[gedaagde 1] heeft onbetwist gesteld dat de tekst over het ontzorgen van de klant op zijn website pas na het sluiten van de overeenkomst is geplaatst, zodat alleen al daarom deze tekst niet kan worden betrokken bij de uitleg van de overeenkomst. Tussen [gedaagde 1] en de onder 2.4 genoemde partijen bestaat ook geen contractuele rechtsverhouding. Er is met hen geen coördinatieovereenkomst gesloten en de overeenkomst met [eiseres] verplicht [gedaagde 1] daar ook niet toe. De middelen die [gedaagde 1] heeft om sturing te geven aan die partijen zijn, wegens het ontbreken van remedies ingeval zijn aanwijzingen niet zouden worden opgevolgd, dan ook beperkt. Eigen bevoegdheden heeft [gedaagde 1] op dat punt niet en niet is gesteld dat hij door [eiseres] op enig moment is gemachtigd als haar vertegenwoordiger op te treden.
4.3.8.
Daarentegen is [eiseres] zelf wel overeenkomsten aangegaan met de betreffende partijen, die haar in staat stellen om de daaruit volgende verbintenissen van die partijen af te dwingen. Dat [eiseres] dat niet of met onvoldoende succes heeft gedaan, is haar eigen verantwoordelijkheid.
4.4.
Nu [gedaagde 1] noch als directievoerder, noch als bouwbegeleider is aan te merken, kan hij niet wegens een gebrek aan sturing en controle verantwoordelijk worden gehouden voor alles wat bij de bouw van de woning is misgegaan.
De overige verwijten
Keuze en contracten aannemers
4.5.
[eiseres] stelt dat [gedaagde 1] onzorgvuldig heeft gehandeld door incompetente aannemers aan te dragen en de contracten met die partijen niet goed uit te onderhandelen. Zo zou [gedaagde 1] hebben nagelaten afspraken over opleverdata op te nemen. Omdat de keuze van aannemers tot zijn takenpakket behoort, is [gedaagde 1] verantwoordelijk voor de gebreken in hun prestaties, aldus [eiseres] .
4.6.
De rechtbank verwerpt dit standpunt van [eiseres] . Veel van de door [eiseres] jegens [gedaagde 1] gemaakte verwijten betreffen fouten in de uitvoering van de bouw. Uit hetgeen de rechtbank onder 4.2 tot en met 4.4 heeft overwogen volgt reeds dat [gedaagde 1] niet als directievoerder of bouwbegeleider verantwoordelijk kan worden gehouden voor fouten in de uitvoering. Uit de overeenkomst blijkt ook niet dat [gedaagde 1] met de onder “keuze aannemer” genoemde taakomschrijving ook de verantwoordelijkheid voor de uitvoering door die aannemers op zich heeft genomen. De door die partijen gemaakte fouten behoeven met het oog op de vermeende aansprakelijkheid van [gedaagde 1] dan ook geen bespreking. Niet [gedaagde 1] , maar [eiseres] zelf is de overeenkomsten met de onderaannemers – die volgens haar onder 2.8 aangehaalde e-mail niet eens door [gedaagde 1] , maar door McHome zijn aangedragen – aangegaan.
4.7.
[eiseres] laat op het punt van de contracten met aannemers na om concreet te maken welke verbintenis [gedaagde 1] heeft geschonden en tot welke concrete schade die schending heeft geleid. Enig verband tussen het niet opnemen van opleverdata en de vermeende schade is gesteld noch gebleken. [eiseres] stelt dat haar huis slecht gebouwd is, maar dat heeft met een opleverdatum niets te maken. De wet biedt de mogelijkheden om, als termijnen niet zijn overeengekomen, fatale nakomingstermijnen te stellen aan aannemers en ook om hen aan te spreken op slecht werk. Als consument geniet [eiseres] voorts tegenover aannemers een zekere bescherming tegen oneerlijke bedingen in algemene voorwaarden. Deze wettelijke middelen staan [eiseres] ter beschikking, los van enige verbintenis van [gedaagde 1] .
Ontwerp van de woning en bewaking ontwerpuitgangspunten
4.8.
[eiseres] verwijt [gedaagde 1] fouten in de maatvoering te hebben gemaakt, onderling tegenstrijdige tekening te hebben afgeleverd en de ontwerpuitgangspunten onvoldoende te hebben bewaakt.
4.9.
De rechtbank verwerpt deze verwijten, omdat [eiseres] die verwijten niet concreet heeft gemaakt.
4.9.1.
In het licht van de gemotiveerde betwisting door [gedaagde 1] – tegenstrijdigheid zou zich slechts voordoen ten opzichte van voor de bouw niet gebruikte bestektekeningen en niet de voor de bouw gehanteerde werktekeningen – had het ten minste op de weg van [eiseres] gelegen om toe te lichten op welk punt van welke tekening zich tegenstrijdigheden voordoen en tot welk specifieke gevolg dat heeft geleid. Dit heeft zij niet gedaan.
4.9.2.
Evenmin is gesteld of gebleken dat onder “bewaking van de ontwerpuitgangspunten” moet worden verstaan dat [gedaagde 1] continu de uitvoering van de bouw controleert en waar nodig bijstuurt. [gedaagde 1] heeft dit standpunt van [eiseres] gemotiveerd door aan te voeren dat met die term niet meer wordt bedoeld dan binnen zijn functie van architect na te gaan of het beoogde ontwerp van de woning wordt gerealiseerd. [eiseres] heeft in reactie hierop onvoldoende gesteld om aan te kunnen nemen dat dat betekent dat elke centimeter moet worden nagemeten door [gedaagde 1] .
4.10.
[eiseres] verwijt [gedaagde 1] ook dat de zijgevel van haar woning niet is afgebouwd. Doordat die gevel te dicht op die van de buren is getekend, is het ontwerp volgens haar praktisch onuitvoerbaar.
4.10.1.
Ook dit verwijt treft naar het oordeel van de rechtbank geen doel. [eiseres] laat na concreet te maken wat [gedaagde 1] precies verkeerd heeft gedaan. Uit de stellingen van [eiseres] volgt weliswaar dat [gedaagde 1] met de architect van de buren heeft gecorrespondeerd, maar niet wat de strekking van die correspondentie was (de bewuste stukken zijn niet in het geding gebracht), laat staan dat [gedaagde 1] bij het ontwerp een fout heeft gemaakt en/of wat hij bij het maken van tekeningen of het bewaken van de uitgangspunten op dit punt anders had moeten doen. Als het al zo is dat beide woningen te dicht op elkaar zijn gebouwd om de afwerking te kunnen voltooien, betekent dat niet zonder meer dat dat het gevolg is van een gebrekkige taakvervulling van [gedaagde 1] . [eiseres] heeft onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld om die conclusie te rechtvaardigen.
4.11.
De stelling van [eiseres] dat aan gebrekkige tekeningen van [gedaagde 1] te wijten is dat het plafond niet voldoet aan de eisen die het bouwbesluit daaromtrent stelt, is in het licht van de betwisting door [gedaagde 1] – de plafondhoogte is op 2,618 meter ingetekend – onvoldoende onderbouwd. Nu [eiseres] tegen het gemotiveerde verweer van [gedaagde 1] niets heeft ingebracht gaat de rechtbank ervan uit dat zij haar stellingen ten aanzien van de vermeende gebrekkige hoogte niet langer handhaaft. Of de feitelijke hoogte van het plafond de oorzaak is van de gestelde lekkage, is voor de beoordeling van de aansprakelijkheid van [gedaagde 1] dan ook niet van belang. De vraag of de in het Bouwbesluit vermelde bouwhoogte van minimaal 2,6 meter tegenover particulieren bindend is of niet, behoeft niet te worden beoordeeld.
Constructiefouten
4.12.
Ten aanzien van de gestelde constructiefouten geldt dat, zoals de rechtbank onder 4.2 tot en met 4.4 heeft geoordeeld, [gedaagde 1] niet verantwoordelijk is voor zover die fouten het de uitvoering van het werk van de aannemers betreffen. De in de dagvaarding onder randnummer 77 opgesomde “fouten” behoeven voor wat betreft de aansprakelijkheid van [gedaagde 1] , behoudens het volgende, dan ook geen beoordeling.
4.13.
Voor zover [eiseres] wijst op het feit dat door [gedaagde 1] niet is voorzien in een verlaagd terras (zie de onder 2.13 aangehaalde email) en dit als constructiefout aanmerkt, heeft zij die stelling onvoldoende concreet gemaakt. In het algemeen heeft een architect bij het ontwerp de keuze uit verschillende alternatieven, tenzij een specifieke constructie is overeengekomen. Niet gesteld of gebleken is dat een verlaagd terras aan de achterzijde is overeengekomen of dat dit de enige deugdelijke constructie zou zijn. Evenmin is gesteld of gebleken dat de door [gedaagde 1] kennelijk gekozen oplossing, een gootje ter plaatse van de pui, constructief niet deugt. Ook hier wijst de rechtbank erop dat uitvoering en constructie verschillende verantwoordelijkheden betreffen. Zonder nadere toelichting, die niet is gegeven, kan de gekozen constructie dan ook niet als ondeugdelijk worden beschouwd. Het verwijt dat [gedaagde 1] een constructiefout heeft gemaakt faalt.
Zorgplicht
4.14.
Uit artikel 7:401 BW volgt dat een opdrachtnemer bij de uitoefening van zijn werkzaamheden de zorg van een goed opdrachtnemer in acht dient te nemen. Anders dan [eiseres] heeft gesteld, betekent dat gelet op rechtsoverwegingen 4.2 tot en met 4.4 niet dat van [gedaagde 1] de zorg van een goede directievoerder of bouwbegeleider, maar die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend architect in gelijke omstandigheden, mag worden verwacht. Niet gebleken is dat [gedaagde 1] in die zorg tekort is geschoten.
4.15.
Een en ander leidt tot de conclusie dat [gedaagde 1] niet is tekortgeschoten in de nakoming van zijn uit de overeenkomst voorvloeiende verplichtingen. Dit leidt ertoe dat de op de overeenkomst gebaseerde vorderingen worden afgewezen. Nu er geen grond is voor aansprakelijkheid, behoeft de geldigheid en reikwijdte van het exoneratiebeding in de DNR geen bespreking.
De positie van de BV
4.16.
Alle vorderingen zijn gegrond op de overeenkomst. Nu de BV daarbij geen partij is, en ook geen feiten of omstandigheden zijn gesteld op basis waarvan de verbintenissen van [gedaagde 1] overgegaan zijn op de BV, worden de subsidiaire vorderingen wegens gebrek aan grondslag afgewezen.
Proceskosten
4.17.
[eiseres] zal als de in het ongelijk gestelde partij ambtshalve in de proceskosten worden veroordeeld. Deze worden aan de zijde van [gedaagde 1] en de BV (gezamenlijk) begroot op:
- griffierecht € 1.639,-
- salaris advocaat
€ 6.428,-(2 punten × tarief VII van € 3.214,-)
Totaal € 8.067,-
4.18.
De nakosten worden toegewezen als gevorderd.

5..De beslissing

De rechtbank
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt [eiseres] tot betaling van de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde 1] en de BV gezamenlijk tot op heden begroot op € 8.067,-,
5.3.
veroordeelt [eiseres] in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 157,- aan salaris advocaat, te vermeerderen met een bedrag van € 82,‑ aan salaris advocaat indien niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis is voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de nakosten met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening.
Dit vonnis is gewezen door mr. drs. J. van den Bos. Het is ondertekend door de rolrechter en op 1 september 2021 uitgesproken in het openbaar.
3268/1407