Op 20 juli 2021 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige], die onder toezicht is gesteld en waarvoor een machtiging gesloten jeugdhulp is aangevraagd. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de GI (gecertificeerde instelling) en de ouders van de minderjarige aanwezig waren. De GI heeft verzocht om de minderjarige in een gesloten accommodatie op te nemen voor een periode van zes maanden, omdat er zorgen zijn over zijn ontwikkeling en gedrag. De minderjarige verblijft momenteel op een gesloten groep in Rotterdam, waar hij positieve stappen maakt, maar er zijn nog zorgen over zijn emotieregulatie en gedrag.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de machtiging noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de minderjarige ernstig belemmeren. De kinderrechter heeft de positieve ontwikkelingen van de minderjarige op de groep meegewogen, maar ook de kwetsbaarheid en de noodzaak voor verdere stabilisatie. De ouders werken mee aan de ingezette hulpverlening en er is een persoonlijkheidsonderzoek gestart om meer duidelijkheid te krijgen over de onderliggende problematiek van de minderjarige.
De kinderrechter heeft de machtiging gesloten jeugdhulp verleend, met ingang van 3 augustus 2021 tot uiterlijk 3 februari 2022. De beschikking is gegeven door mr. A.C. Enkelaar, kinderrechter, en is openbaar uitgesproken. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld door de verzoekers en andere belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.