ECLI:NL:RBROT:2021:7200
Rechtbank Rotterdam
- Verschoning
- Rechtspraak.nl
Toewijzing verzoek tot verschoning van een rechter in een familierechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 11 maart 2021 een verzoek tot verschoning toegewezen. Het verzoek werd ingediend door mr. C.C.B. Boshouwers, rechter-plaatsvervanger, die zich wilde verschonen in een familierechtelijke procedure tussen een vrouw en een man. De reden voor het verzoek was dat de advocaat van de man, mr. C.L.F.A. van der Vegt-Boshouwers, een familielid van de rechter is. De rechter gaf aan dat hij en zijn familielid regelmatig met elkaar te maken hebben in hun hoedanigheid als advocaat bij hun familierechtkantoren, wat hem het gevoel gaf niet onpartijdig te kunnen oordelen in deze zaak.
De rechtbank heeft de omstandigheden van het verzoek beoordeeld en vastgesteld dat, hoewel een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, er in dit geval sprake was van uitzonderlijke omstandigheden. De rechtbank concludeerde dat de vrees voor een gebrek aan onpartijdigheid objectief gerechtvaardigd was, gezien de nauwe persoonlijke en professionele banden tussen de rechter en de advocaat van de man. Daarom werd het verzoek tot verschoning toegewezen, zodat de rechter zich niet verder met de zaak zou bemoeien.
De beslissing is ondertekend door de voorzitter en twee andere rechters, en de griffier heeft de beslissing verzonden. De zaak betreft een civielrechtelijke procedure met het kenmerk C/10/600658 / FA RK 20-5345, die gepland stond voor een mondelinge behandeling op 16 maart 2021.