Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 juli 2021 in de zaak tussen
[naam eiser], te [woonplaats eiser], eiser
Procesverloop
Overwegingen
28 juli 2020 heeft verweerder telefonisch contact opgenomen met eiser. Naar aanleiding van dat gesprek heeft verweerder eiser een brief gestuurd per gewone post en per e-mail, waarin wordt gevraagd om de volgende gegevens uiterlijk 4 augustus 2020 in te leveren:
- Het formulier ‘opgave verblijf- en slaapadressen’ van 27 juli 2020 tot en met
- Het arbeidscontract van de laatste werkgever;
- Het ontslagbewijs van de laatste werkgever;
- Alle afschriften van alle betaal- en spaarrekeningen van 1 mei 2020 tot en met
6 augustus 2020, waarin wordt gevraagd om dezelfde gegevens uiterlijk op
13 augustus 2020 in te leveren, waaronder het formulier ‘opgave verblijf- en slaapadressen’, nu tot en met 13 augustus 2020, en de bankafschriften tot en met 6 augustus 2020. Eiser betwist de ontvangst van deze brief. De gevraagde gegevens zijn niet binnen de termijn ingeleverd. Naar aanleiding van een telefoongesprek met een medewerker van Humanitas ([naam]), is nogmaals een hersteltermijn geboden tot 24 augustus 2020. De brief om dit te bevestigen dateert van 18 augustus 2020 en bevat onder andere het verzoek om het formulier ‘opgave verblijf- en slaapadressen’ in te leveren, ditmaal tot en met 24 augustus 2020, en de bankafschriften tot en met 18 augustus 2020. Eiser betwist ook de ontvangst van deze brief. Op 19 augustus 2020 is eiser naar de Vraagwijzer gegaan. Vervolgens heeft een medewerker van de Vraagwijzer per e-mail de bankafschriften van 1 mei 2020 tot en met 18 augustus 2020 ingeleverd bij verweerder, evenals een loonstrook met daarop vermeld de datum uit dienst. Het arbeidscontract, ontslagbewijs en het formulier ‘opgave verblijf- en slaapadressen’ zijn niet ingeleverd binnen de gegeven termijn. Vervolgens is het primaire besluit genomen.
18 augustus 2020 niet heeft ontvangen. Bovendien heeft eiser noch [naam] noch iemand anders van het wijkteam of Humanitas gemachtigd om namens hem op te treden richting verweerder. Eiser is wel zelf naar de Vraagwijzer gegaan om te vragen hoe zijn aanvraag ervoor stond, maar dat was niet naar aanleiding van een brief. Vraagwijzer kan zelf zien welke besluiten er zijn genomen. Zij hebben eiser op 19 augustus 2020 verteld welke gegevens er nog ingeleverd moesten worden. Daarom heeft eiser zijn bankafschriften verstrekt tot en met 18 augustus 2020. Met de mededeling van de Vraagwijzer is de inhoud van het besluit van 18 augustus 2020 echter niet op de juiste wijze aan eiser bekendgemaakt, aangezien dat schriftelijk dient te gebeuren en eiser de brief niet heeft ontvangen.
Beslissing
mr. C.I. Kieviet, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 19 juli 2021.