ECLI:NL:RBROT:2021:3527
Rechtbank Rotterdam
- Tussenuitspraak
- Rechtspraak.nl
Herziening van bijstandsrecht en kostendelersnorm in het kader van de Participatiewet
In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 21 april 2021, staat de herziening van het recht op bijstand van eiseres centraal. Eiseres, die samenwoont met haar twee meerderjarige dochters, heeft bezwaar gemaakt tegen de besluiten van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, die haar bijstandsrecht heeft herzien en een terugvordering heeft ingesteld van € 7.397,36. De rechtbank behandelt de vraag of de bijdragen van de dochters aan de vaste lasten als middelen in de zin van de Participatiewet (Pw) moeten worden aangemerkt. De rechtbank oordeelt dat de bijdragen van de dochters aan de vaste lasten niet als middelen kunnen worden beschouwd, omdat eiseres niet vrijelijk over deze gelden kan beschikken. De rechtbank wijst erop dat de kostendelersnorm is toegepast, maar dat de situatie van eiseres en haar dochters niet voldoende is meegewogen in de besluitvorming van verweerder. De rechtbank stelt verweerder in de gelegenheid om de gebreken in het bestreden besluit te herstellen en houdt verdere beslissingen aan tot de einduitspraak. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging van de omstandigheden van de betrokkenen bij de toepassing van de kostendelersnorm.