ECLI:NL:RBROT:2021:1668
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
WOZ-waardering van een dagverblijf voor kinderen; levensduurverlenging en restwaarde
In deze zaak gaat het om de WOZ-waardering van een dagverblijf voor kinderen en jongeren met een licht verstandelijke beperking en gedragsproblemen, gelegen in Capelle aan den IJssel. De heffingsambtenaar van de gemeente heeft de waarde van de onroerende zaak voor het belastingjaar 2019 vastgesteld op € 415.000,-. Eiseres heeft hiertegen bezwaar gemaakt, dat door de verweerder ongegrond is verklaard. Eiseres heeft vervolgens beroep ingesteld tegen dit besluit. Tijdens de zitting op 10 december 2020 is de zaak behandeld, waarbij eiseres werd vertegenwoordigd door een gemachtigde en de verweerder door zijn gemachtigde en taxateur.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de waarde van de onroerende zaak op de waardepeildatum moet worden bepaald op basis van de gecorrigeerde vervangingswaarde, waarbij de Taxatiewijzer Onderwijs als uitgangspunt wordt genomen. De partijen zijn het erover eens dat de waarde inclusief BTW moet worden bepaald. De discussie betreft voornamelijk de levensduur van de onroerende zaak, waarbij eiseres stelt dat de waarde te hoog is vastgesteld en verweerder van mening is dat de waarde correct is. De rechtbank concludeert dat verweerder zijn correctie voor technische veroudering aannemelijk maakt en dat de overige onderdelen van de waardering niet in geschil zijn.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de vastgestelde WOZ-waarde van € 415.000,- wordt gehandhaafd. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan op 26 februari 2021 en partijen kunnen binnen zes weken hoger beroep instellen bij het gerechtshof Den Haag.