ECLI:NL:RBROT:2021:13562
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van AIO-uitkering na overlijden echtgenoot
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 29 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een gepensioneerde vrouw, en de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb) over de terugvordering van een te veel ontvangen AIO-uitkering na het overlijden van haar echtgenoot. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Svb op 3 februari 2020 een bedrag van € 3.206,59 van eiseres heeft teruggevorderd, omdat er te veel AIO-uitkering was uitbetaald na het overlijden van haar partner. Eiseres heeft tegen deze terugvordering beroep ingesteld, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat de terugvordering terecht was. De rechtbank overwoog dat eiseres als erfgename van haar overleden partner verantwoordelijk is voor de terugbetaling van de onverschuldigd betaalde uitkeringen. Eiseres voerde aan dat de terugvordering niet proportioneel was gezien haar persoonlijke omstandigheden, maar de rechtbank oordeelde dat er geen dringende redenen waren om van de terugvordering af te zien. De rechtbank concludeerde dat eiseres in staat was om de terugvordering te voldoen, mede omdat haar zoon een betalingsregeling had getroffen met de Svb. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.