ECLI:NL:RBROT:2021:13561
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van het verzoek om dubbele kinderbijslag op basis van intensieve zorg voor een kind met diverse aandoeningen
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 29 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiseres en de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb) over de afwijzing van een aanvraag voor dubbele kinderbijslag. Eiseres had op 10 december 2019 een aanvraag ingediend voor dubbele kinderbijslag voor haar dochter, die bekend is met verschillende aandoeningen, waaronder astma, eczeem, en autisme. De Sociale verzekeringsbank heeft echter vastgesteld dat er geen recht op dubbele kinderbijslag bestaat, omdat de zorgscore, die is vastgesteld door het Centrum Indicatiestelling zorg (CIZ), onvoldoende was. De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat het aan de aanvrager is om aannemelijk te maken dat de omstandigheden voor inwilliging van de aanvraag zich voordoen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiseres niet voldoende bewijs heeft geleverd dat haar dochter intensieve zorg nodig heeft, zoals vereist volgens de Algemene Kinderbijslagwet (AKW). De rechtbank heeft de argumenten van eiseres, waaronder de financiële situatie en de zorgbehoefte van haar dochter, niet overtuigend geacht. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep ongegrond is en dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling.