Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..De verdere procedure
- de beschikking van 26 januari 2021;
- de rapportage van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (hierna: de GI), van 15 oktober 2021;
- de berichten van de vrouw van 2 november 2021 en van 9 december 2021;
- het rapport van de raad voor de kinderbescherming Rotterdam-Dordrecht (hierna: de raad) van 19 november 2021.
- de man, bijgestaan door zijn advocaat, waarbij de advocaat van de man is gehoord via beeld- en geluidverbinding overeenkomstig de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid;
- de GI, vertegenwoordigd door [naam vertegenwoordiger 1] , [naam vertegenwoordiger 2] en [naam vertegenwoordiger 3] ;
- de raad voor de kinderbescherming Rotterdam-Dordrecht (hierna: de raad), vertegenwoordigd door [naam vertegenwoordiger 4] .
2. De beoordeling
[naam minderjarige], geboren op [geboortedatum minderjarige] 2018 te [geboorteplaats minderjarige] , aangehouden in afwachting van de ontwikkelingen binnen de ondertoezichtstelling met betrekking tot het contactherstel tussen de man en de minderjarige. De rechtbank verwijst naar en neemt over wat ten aanzien van die onderwerpen is opgenomen in die beschikking.
Ten tweede het zelfstandige verzoek van de vrouw tot verkrijging van het eenhoofdig gezag over de minderjarige.
- omgang ernstig nadeel zou opleveren voor de ontwikkeling van het kind,
- de ouder kennelijk ongeschikt of kennelijk niet in staat moet worden geacht tot omgang of
- omgang anderszins in strijd is met zwaarwegende belangen van het kind.
Begin 2020 heeft de politie een inval gedaan bij partijen en bleek dat in hun loods hennep werd geteeld. De vrouw stelt dat zij niets van de hennepplantage afwist, omdat de man alles rond de loods regelde. De man stelt dat de loods verhuurd was en dat ook hij niets met de hennepplantage te maken had. De vrouw gelooft dit niet. De man wordt vervolgd en de strafrechtelijke procedure loopt nog.
3..De beslissing
1 september 2022 PRO FORMA;