Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..De procedure
2..De feiten
€ 281.128,57. De heer [schuldenaar] en mevrouw [persoon A] waren ten tijde van de toelating tot de schuldsaneringsregeling gehuwd in gemeenschap van goederen.
7 augustus 2018:
- vastgesteld dat de heer [schuldenaar] en mevrouw [persoon A] niet toerekenbaar tekortgeschoten zijn in de nakoming van een of meer uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen;
- bepaald dat de toepassing van de schuldsaneringsregeling (hierna: formele looptijd) eindigt nadat de slotuitdelingslijst verbindend is geworden maar dat de uit de schuldsaneringsverplichtingen van de heer [schuldenaar] en mevrouw [persoon A] eindigen op 20 juli 2018 (materiele looptijd);
- aan de heer [schuldenaar] en mevrouw [persoon A] de schone lei verleend.