ECLI:NL:RBROT:2021:11295

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3

Parketnummers: 10-198487-21 en 10-168563-21 (gev. ttz)

Datum uitspraak: 17 november 2021

Tegenspraak (art. 279 Sv)

Verkort vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de gevoegde zaken tegen de verdachte:

[naam verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats verdachte] ( [geboorteland verdachte] ) op [geboortedatum verdachte] ,

[adres verdachte] te [postcode verdachte] [woonplaats verdachte] ,

verblijvende in de Penitentiaire Inrichting Rotterdam, locatie Hoogvliet,

gemachtigd raadsman, mr. W.H.J.W. de Brouwer, advocaat te Rotterdam.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 3 november 2021.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaardingen. De teksten van de tenlasteleggingen zijn als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie, mr. E.M. Loppé, heeft gevorderd:

bewezenverklaring van het ten laste gelegde, met uitzondering van de vernieling vermeld onder 6. van de tenlastelegging onder parketnummer 10-198487-21;
met betrekking tot het onder parketnummer 10-198487-21 ten laste gelegde: veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 117 dagen met aftrek van voorarrest;
met betrekking tot het onder parketnummer 10-168563-21 ten laste gelegde:

toepassing van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr).

4..Waardering van het bewijs

4.1.

Bewijswaardering

4.1.1.

Standpunt verdediging

Vernielingen

De raadsman heeft partiële vrijspraak bepleit, nu er voor het grootste gedeelte van de vernielingen onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is. Hiertoe is kort gezegd aangevoerd dat niet kan worden vastgesteld dat de vernielingen waarvan enkel een aangifte in het dossier zit, door de verdachte in de ten laste gelegde periode zijn begaan.

Wapenbezit

De raadsman heeft voorts vrijspraak bepleit, nu de onder de verdachte in beslag genomen messen niet zijn bedoeld om letsel aan personen toe te brengen of om te dreigen. Hiertoe is kort gezegd aangevoerd dat het keukenmes in papier was gewikkeld en dus geen letsel kon aanrichten. Het zakmes droeg de verdachte bij zich, omdat hij op straat zwerft en eerder op straat is lastiggevallen. De verdachte durft niet op straat te slapen zonder de garantie dat hij zichzelf kan verdedigen.

4.1.2.

Beoordeling

Vernielingen

De verdachte wordt onder parketnummer 10-198487-21 van 104 vernielingen beschuldigd. Van al deze vernielingen is door (rechts)personen aangifte gedaan. Het gaat – kort gezegd – in bijna alle gevallen om het bekrassen van een of meerdere auto’s van de desbetreffende aangevers in de periode van 19 tot en met 24 juli in Hoek van Holland. Het gros van de aangiftes heeft betrekking op het aanbrengen van krassen in de nacht van 23 op 24 juli 2021. Een eveneens substantieel gedeelte van de aangiftes heeft betrekking op de nacht van 22 op 23 juli 2021.

Uit het dossier blijkt dat de politie ter plaatse is gegaan naar aanleiding van een melding van een vernieling van een auto in de nacht van 23 op 24 juli 2021. Bij die gelegenheid hebben verbalisanten van zestien voertuigen die op de tenlastelegging staan vermeld in verschillende straten in Hoek van Holland, geconstateerd dat deze zijn bekrast.

Het dossier bevat een beschrijving van diverse camerabeelden in de ten laste gelegde periode. Op camerabeelden van het voertuig met kenteken [kentekennummer 1] (een Tesla) is te zien dat op 20 juli 2021 omstreeks 04:20 uur een man met getinte huidskleur in een lichte korte broek op knielengte met geel/oranje jas bij de auto loopt. Voorts is op de beelden te zien dat hij een scherp voorwerp in zijn rechterhand heeft. Dit voorwerp pakt hij beet met zijn linkerhand, hij draait vervolgens met zijn lichaam naar de motorkap van het voertuig, klapt het voorwerp uit dat hij in zijn hand heeft en maakt twee bewegingen. Later blijkt dat er een kruis op de motorkap van de auto is gekrast.

Uit de aangifte van [naam slachtoffer 1] van de vernieling van dit voertuig blijkt dat het voertuig op voornoemde datum stond geparkeerd op de Harwichweg te Hoek van Holland. Ook is een ander voertuig van dezelfde aangever bekrast in de nacht van 23 op 24 juli.

Voorts is op camerabeelden van 24 juli 2021 omstreeks 02:30 uur van een woning gelegen aan de Schoolstraat te Hoek van Holland het volgende te zien. Achter een voertuig, waarvan de eigenaar van de camerabeelden heeft verklaard dat dit het voertuig met kenteken [kentekennummer 2] betreft, loopt een man gekleed in een lichtgekleurde korte broek en jas. Verder draagt de man een tas van de Action. Deze man gaat met zijn rechterhand van achter naar voren langs het voertuig hetgeen op het bekrassen van het voertuig lijkt. Uit de aangifte van [naam slachtoffer 2] blijkt dat het voertuig met kenteken [kentekennummer 2] in de nacht van 23 op 24 juli is bekrast.

Op andere camerabeelden van 24 juli 2021 omstreeks 01:25 uur en 02:40 uur van de Planciusstraat en de Midden Scheepvaartstraat in Hoek van Holland is te zien dat een donkergetinte man met fors postuur, een oranje jas met capuchon en een witte Action tas, langs geparkeerde voertuigen loopt en bewegingen maakt bij die voertuigen. Uit onderzoek blijkt dat deze voertuigen de voertuigen met kentekens [kentekennummer 3] en [kentekennummer 4] betreffen ten aanzien waarvan aangifte van vernieling in de nacht van 23 op 24 juli 2021 is gedaan.

Op 24 juli 2021 wordt de verdachte aangetroffen op de Prins Hendrikstraat te Hoek van Holland. Hij wordt door de verbalisanten omschreven als veertigjarige getinte, forse man met een gele jas. De verdachte past daarmee in het signalement van de man die op voornoemde camerabeelden voertuigen bekrast. De verdachte wordt hierop aangehouden en in zijn fouillering wordt een klapmes aangetroffen en in beslag genomen. De verbalisanten zien dat er witte en gekleurde schilfers aan de snijkant van het klapmes zitten.

Dat de vernielingen van de hiervoor besproken vier voertuigen wettig en overtuigend kunnen worden bewezen, staat niet ter discussie. Hetgeen ter discussie staat is of wettig en overtuigend bewezen kan worden dat alle overige ten laste gelegde vernielingen door de verdachte zijn begaan. Daartoe overweegt de rechtbank als volgt.

De bewijsmiddelen (de aangiftes en camerabeelden) met betrekking tot ieder van de vernielingen waarvan camerabeelden in het dossier zitten, vertonen op essentiële punten overeenkomsten. Er is sprake van een specifiek patroon in het gedrag van de verdachte (de zogenoemde modus operandi). Kenmerkend voor de werkwijze van de verdachte is dat in slechts vijf dagen tijd in Hoek van Holland (een klein dorp) beschadigingen op voertuigen zijn toegebracht door met een scherp voorwerp krasschade aan te richten. Deze modus operandi is eveneens herkenbaar aanwezig in de aangiftes van de vernielingen ten aanzien waarvan geen camerabeelden voorhanden zijn. Op grond daarvan is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend kan worden bewezen dat de verdachte alle ten laste gelegde vernielingen heeft gepleegd, met uitzondering van de vernielingen vermeld onder nummers 6 (betreft pleegplaats Rotterdam) en 68 (ligt buiten de ten laste gelegde periode).

Wapenbezit

De verdachte heeft bekend op 28 juni 2021 een keukenmes met een lemmet van achttien centimeter en een zakmes met een lemmet van zeven centimeter bij zich te hebben gedragen. De verdachte heeft verklaard dat hij deze voorwerpen bij zich droeg omdat hij op straat zwerft en zich moet kunnen verdedigen.

De rechtbank is gelet op die verklaring van oordeel dat de in beslag genomen messen voorwerpen zijn waarvan, gelet op de aard of de omstandigheden waaronder deze werden aangetroffen, redelijkerwijs kon worden aangenomen dat deze voor geen ander doel waren bestemd dan om letsel aan personen toe te brengen, of te dreigen, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, categorie IV, onder 7º, van de Wet wapens en munitie.

4.1.3.

Conclusie

De ten laste gelegde vernielingen en het ten laste gelegde wapenbezit kunnen wettig en overtuigend worden bewezen.

4.2.

Bewezenverklaring

Wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:

Onder parketnummer 10-198487-21

hij in de periode van 20 juli 2021 tot en met 24 juli 2021 te Hoek van Holland, gemeente Rotterdam,

meermalen,

telkens opzettelijk meerdere personenauto’s en bestelauto’s en een kampeerwagen,

telkens toebehorende aan de hierna te noemen (rechts)personen, te weten:

1. [naam slachtoffer 3] . en/of [naam slachtoffer 4] , betreffende een personenauto (merk Opel, type Astra Sports To, [kentekennummer 5] ) (pagina 145) en

2. [naam slachtoffer 5] betreffende een personenauto (merk Tesla, type Model 3, [kentekennummer 1] ) (pagina 218 en 220), en

3. [naam slachtoffer 6] ., betreffende een personenauto (merk Volvo, type XC90,

[kentekennummer 6] ) (pagina 177) en

4. [naam slachtoffer 7] , betreffende een personenauto (merk Volvo, type V60, [kentekennummer 7] ) (pagina 157) en

5. [naam slachtoffer 8] , betreffende een personenauto (merk Seat, type Ateca, [kentekennummer 8] ) (pagina 239) en

7. [naam slachtoffer 9] , betreffende een personenauto (merk Opel, type Astra, [kentekennummer 9] ) (pagina 233) en

8. [naam slachtoffer 10] ., betreffende een personenauto (merk Renault, type Clio,

[kentekennummer 10] (pagina 139) en

9. [naam slachtoffer 11] ., betreffende een personenauto (merk Mini, type Countryman Coop,

[kentekennummer 11] ) (pagina 126) en

10. [naam slachtoffer 12] , betreffende een personenauto (merk Toyota, type Verso-S, [kentekennummer 12] ) (pagina 267) en

11. [naam slachtoffer 13] , betreffende een personenauto (merk Renault, type Clio, [kentekennummer 13] ) (pagina 122) en

12. [naam slachtoffer 14] ., betreffende een personenauto (merk Volkswagen, type Golf,

[kentekennummer 14] ) (pagina 108) en

13. [naam slachtoffer 15] . de, betreffende een personenauto (merk Citroen, type Berlingo, [kentekennummer 15] ) (pagina 231) en

14. [naam slachtoffer 16] ., betreffende een personenauto (merk Kia, type Picanto, [kentekennummer 16] ) (pagina 126) en

15. [naam slachtoffer 17] , betreffende personenauto’s (merk Citroën, type C5 Aircross, [kentekennummer 17] ) en (merk Opel, type Astra-G-Cc; Z1, [kentekennummer 18] (pagina 181) en

16. [naam slachtoffer 18] , betreffende een personenauto (merk Nissan, type Qashqai, [kentekennummer 19] ) (pagina 94) en

17. [naam slachtoffer 19] , betreffende een personenauto (merk Mercedes-Benz, type C 180,

[kentekennummer 20] 183) en

18. [naam slachtoffer 20] , betreffende een personenauto en

19. [naam slachtoffer 21] , betreffende een personenauto (merk Jaguar, type S-Type 4,

[kentekennummer 21] ) (pagina 171) en

20. [naam slachtoffer 22] , betreffende een personenauto (merk Opel, type Astra Sports To,

[kentekennummer 22] ) (pagina 186) en

21. [naam slachtoffer 23] ., betreffende een personenauto (merk Suzuki, type Swift, [kentekennummer 23] ) (pagina 70) en

22. [naam slachtoffer 24] ., betreffende een personenauto (merk Toyota, type Aygo, [kentekennummer 24] ) (pagina 237) en

23. [naam slachtoffer 25] ., betreffende een personenauto (merk Audi, type A1, [kentekennummer 25] ) (pagina 194) en

24. [naam slachtoffer 26] ., betreffende een personenauto (merk BMW, type 730D Xdrive,

[kentekennummer 26] ) (pagina 167) en

25. [naam slachtoffer 27] ., betreffende een personenauto (merk Citroën, type C4 Cactus, [kentekennummer 27] ) (pagina 114) en

26. [naam slachtoffer 28] ., betreffende een personenauto (merk Peugeot, type 107, [kentekennummer 28] ) (pagina 143) en

27. [naam slachtoffer 2] , betreffende een bestelauto (merk Chevrolet, type Avalanche, [kentekennummer 2] ) (pagina 90) en

28. [naam slachtoffer 29] ., betreffende een personenauto (merk Dacia, type Duster, [kentekennummer 29] ) (pagina 245) en

29. [naam slachtoffer 30] , betreffende een personenauto (merk Peugeot, type 5008, [kentekennummer 30] ) (pagina 116) en

30. [naam slachtoffer 31] , betreffende een personenauto (merk Kia, type Niro, [kentekennummer 31] ) (pagina 163) en

31. [naam slachtoffer 32] , betreffende een personenauto (merk Kia, type Carens, [kentekennummer 32] ) (pagina 84) en

32. [naam slachtoffer 33] , betreffende een personenauto (merk Peugeot, type 306 Gti 2.o 16v,

[kentekennummer 33] ) (pagina 253) en

33. [naam slachtoffer 34] ., betreffende een personenauto (merk Volkswagen, type Transporter Dou, [kentekennummer 34] ) (pagina 259) en

34. [naam slachtoffer 35] , betreffende een personenauto (merk Volkswagen, type Golf, [kentekennummer 35] ) (pagina 197) en

35. [naam slachtoffer 36] betreffende een personenauto (merk Kia, type Sportage, [kentekennummer 36] ) (pagina 100) en

36. [naam slachtoffer 37] ., betreffende een personenauto (merk Volkswagen, type Up!, [kentekennummer 37] ) (pagina 194) en

37. [naam slachtoffer 38] , betreffende een personenauto (merk Kia, type Picanto, [kentekennummer 38] ) (pagina 82) en

38. [naam slachtoffer 39] ., betreffende een personenauto (merk Toyota, type Rav4, [kentekennummer 39] ) (pagina 255) en

39. [naam slachtoffer 40] ., betreffende een personenauto (merk Renault, type Clio,

[kentekennummer 40] (pagina 82) en

40. [naam slachtoffer 41] ., betreffende een personenauto (merk BMW, type I I3, [kentekennummer 41] ) (pagina 155) en

41. [naam slachtoffer 42] , betreffende een personenauto (merk Volkswagen, type Golf, [kentekennummer 42] ) (pagina 271) en

42. [naam slachtoffer 43] , betreffende een personenauto (merk Ford, type Kuga,

[kentekennummer 43] ) (pagina 284) en

43. [naam slachtoffer 44] , betreffende een personenauto (merk Audi, type A4, [kentekennummer 44] ) (pagina 72) en

44. [naam slachtoffer 45] ., betreffende een personenauto (merk Kia, type Venga, [kentekennummer 45] ) (pagina 86) en

45. [naam slachtoffer 46] ., betreffende een personenauto (merk Toyota, type Aygo, [kentekennummer 46] ) (pagina 265) en

46. [naam slachtoffer 47] ., betreffende een personenauto (merk Ford, type Fiësta, [kentekennummer 47] ) (pagina 133) en

47. [naam slachtoffer 48] ., betreffende een personenauto (merk Opel, type Astra GTC; Z18x,

[kentekennummer 48] ) (pagina 131) en

48. [naam slachtoffer 49] ., betreffende een personenauto (merk Opel, type Crossland X, [kentekennummer 49] ) (pagina 80) en

49. [naam slachtoffer 50] ., betreffende een personenauto (merk Toyota, type C-Hr, [kentekennummer 50] ) (pagina 147) en

50. [naam slachtoffer 51] , betreffende een personenauto (merk Opel, type Insignia Sports,

[kentekennummer 51] ) (pagina 149) en

51. [naam slachtoffer 52] ., betreffende een personenauto (merk Renault, type Captur, [kentekennummer 52] (pagina 92 en 282) en

52. [naam slachtoffer 53] , betreffende een personenauto (merk Kia, type Niro, [kentekennummer 53] ) (pagina 124) en

53. [naam slachtoffer 54] ., betreffende een personenauto (merk Volvo, type XC60, [kentekennummer 54] pagina 179) en

54. [naam slachtoffer 55] ., betreffende een personenauto (merk Ford, type Mondeo, [kentekennummer 55] ) (pagina 106) en

55. [naam slachtoffer 56] betreffende een personenauto (merk Peugeot, type 308, [kentekennummer 56] (pagina 141) en

56. [naam slachtoffer 57] ., betreffende een bestelauto en een personenauto (merk Volkswagen, type Caddy 77 Kw Bes, [kentekennummer 57] ) en (merk Toyota, type Yaris Hy, [kentekennummer 58] ) (pagina 104) en

57. [naam slachtoffer 58] , betreffende een personenauto (merk Toyota, type Yaris, [kentekennummer 59] ) (pagina 279) en

58. [naam slachtoffer 59] , betreffende een personenauto (merk Volkswagen, type Polo,

[kentekennummer 60] (pagina 102) en

59. [naam slachtoffer 60] , betreffende een personenauto (merk Toyota, type Yaris, [kentekennummer 61] ) (pagina 175) en

60. [naam slachtoffer 61] , betreffende een personenauto (merk Seat, type Exeo, [kentekennummer 62] ) (pagina 118) en

61. [naam slachtoffer 62] , betreffende een personenauto (merk Toyota, type Auris, [kentekennummer 63] ) (pagina 153) en

62. [naam slachtoffer 63] , betreffende een personenauto (merk Toyota, type Auris,

[kentekennummer 64] ) (pagina 251) en

63. [naam slachtoffer 64] ., betreffende een bestelwagen (merk Volkswagen, type Transporter, [kentekennummer 65] ) (pagina 273) en

64. [naam slachtoffer 65] , betreffende een personenauto (merk Opel, type Corsa, [kentekennummer 66] ) (pagina 247) en

65. [naam slachtoffer 66] ., betreffende een personenauto (merk Peugeot, type 307; Sw 1.6 16V,

[kentekennummer 67] ) (pagina 165) en

66. [naam slachtoffer 67] , betreffende een personenauto (merk Toyota, type C-Hr, [kentekennummer 68] ) (pagina 76) en

67. [naam slachtoffer 68] ., betreffende een personenauto (merk Mitsubishi, type Asx,

[kentekennummer 69] ) (pagina 263) en

69. [naam slachtoffer 69] ., betreffende een personenauto (merk Alfa Romeo, type Giulia,

[kentekennummer 70] ) (pagina 241) en

70. [naam slachtoffer 70] , betreffende een personenauto (merk Volkswagen, type Golf,

[kentekennummer 71] ) (pagina 110) en

71. [naam slachtoffer 71] , betreffende een personenauto (merk Lexus, type Nx300h, [kentekennummer 72] ) (pagina 261) en

72. [naam slachtoffer 72] ., betreffende een personenauto (merk Citroën, type C5 Aircross,

[kentekennummer 73] ) (pagina 161) en

73. [naam slachtoffer 73] ., betreffende een personenauto (merk Ford, type Fiësta, [kentekennummer 74] ) (pagina 199) en

74. [naam slachtoffer 74] , betreffende een personenauto (merk Volvo, type V70, [kentekennummer 75] ) (pagina 173) en

75. [naam slachtoffer 75] ., betreffende een personenauto (merk Volkswagen, type Polo,

[kentekennummer 76] ) (pagina 269) en

76. [naam slachtoffer 76] , betreffende een personenauto (merk Honda, type Civic 3dr; 1.4i, [kentekennummer 77] ) (pagina 249) en

77. [naam slachtoffer 77] , betreffende een personenauto (merk Skoda, type Kamiq, [kentekennummer 78] ) (pagina 235) en

78. [naam slachtoffer 78] . en/of [naam slachtoffer 79] ., betreffende een personenauto (merk Mazda, type MX-5, [kentekennummer 79] ) (pagina 96) en

79. [naam slachtoffer 80] , betreffende een personenauto (merk Opel, type Insignia Sports,

[kentekennummer 80] ) (pagina 112) en

80. [naam slachtoffer 81] ., betreffende een personenauto (merk Opel, type Karl/Viva, [kentekennummer 81] ) (pagina 66) en

81. [naam slachtoffer 82] , betreffende een personenauto (merk Toyota, type Rav4; 1,

[kentekennummer 82] ) (pagina 82) en

82. [naam slachtoffer 83] ., betreffende een personenauto (merk Suzuki, type Wagon R, [kentekennummer 3] ) (pagina 6) en

83. [naam slachtoffer 84] , betreffende een personenauto (merk Kia, type Niro, [kentekennummer 83] ) (pagina 68) en

84. [naam slachtoffer 85] , betreffende een personenauto (merk Renault, type Clio, [kentekennummer 84] (pagina 137) en

85. [naam slachtoffer 86] , betreffende een personenauto (merk Volkswagen, type T-Roc,

[kentekennummer 85] ) (pagina 135) en

86. [naam slachtoffer 87] , betreffende een personenauto (merk Renault, type Clio, [kentekennummer 86] (pagina 88) en

87. [naam slachtoffer 88] ., betreffende een personenauto (merk Ford, type Ecosport, [kentekennummer 87] ) (pagina 120) en

88. [naam slachtoffer 89] ., betreffende personenauto’s (merk Volkswagen, type Golf Cabriolet, [kentekennummer 88] ) en(merk Skoda, type Octavia, [kentekennummer 89] ) (pagina 151) en

89. [naam slachtoffer 90] ., betreffende een personenauto (merk Mercedes-Benz, type A 140,

[kentekennummer 90] ) (pagina 188) en

90. [naam slachtoffer 91] , betreffende een kampeerwagen (merk Volkswagen, type California; Kam, [kentekennummer 91] ) (pagina 286) en

91. [naam slachtoffer 92] , betreffende een personenauto (merk Jeep, type Compass,

[kentekennummer 92] ) (pagina 275) en

92. [naam slachtoffer 93] ., betreffende een personenauto (merk BMW, type 320I, [kentekennummer 93] ) (pagina 159) en

93. [naam slachtoffer 94] ., betreffende een personenauto (merk Kia, type Picanto, [kentekennummer 94] ) (pagina 183) en

94. [naam slachtoffer 95] ., betreffende een personenauto (merk Peugeot, type 208, [kentekennummer 95] ) (pagina 98) en

95. [naam slachtoffer 96] , betreffende een personenauto (merk Hyundai, type I10, [kentekennummer 96] ) (pagina 190) en

96. [naam slachtoffer 97] , betreffende personenauto’s (merk Subaru, type Legacy; 2.0 Lx, [kentekennummer 97] ) en (merk Renault, type Captur, [kentekennummer 98] ) (pagina 169)

97. [naam slachtoffer 98] , betreffende een personenauto (merk Hyundai, type Santa Fe, [kentekennummer 99] ) (pagina 74) en

98. [naam slachtoffer 99] , betreffende een personenauto (merk Volkswagen, type Polo,

[kentekennummer 100] ) (pagina 257) en

99. [naam slachtoffer 100] , betreffende een personenauto (merk Citroën, type C3, [kentekennummer 101] )

(pagina 129) en

100. [naam slachtoffer 101] , betreffende een personenauto (merk Volvo, type S60, [kentekennummer 102] ) (pagina 76) en

101. [naam slachtoffer 102] ., betreffende een personenauto (Alfa Romeo, type Alfa Giulietta,

[kentekennummer 103] ) (pagina 243) en

102. [naam slachtoffer 103] , betreffende een personenauto (merk Citroën, type C3 Aircross,

[kentekennummer 104] ) (pagina 62) en

103. [naam slachtoffer 104] ., betreffende een personenauto (merk Opel, type Crossland X, [kentekennummer 105] ) (pagina 64) en

104. [naam slachtoffer 105] ., betreffende een personenauto (merk Citroën, type C3, [kentekennummer 4] ) (pagina 12),

heeft beschadigd.

Onder parketnummer 10-168563-21

hij op 28 juni 2021 te Rotterdam

een wapen van categorie IV, onder 7 van de Wet wapens en munitie,

te weten een zakmes en een mes,

zijnde een voorwerp waarvan, gelet op zijn aard en/of de omstandigheden waaronder het werd aangetroffen, redelijkerwijs kon worden aangenomen dat het bestemd was om letsel aan personen toe te brengen en/of te dreigen

heeft gedragen.

Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

De overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan is gegrond op de redengevende inhoud van het voorgaande en op de inhoud van de wettige bewijsmiddelen, houdende tot bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Het vonnis zal in die gevallen waarin de wet dit vereist worden aangevuld met een later bij dit vonnis te voegen bijlage met daarin de inhoud dan wel de opgave van de bewijsmiddelen.

5..Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:

onder parketnummer 10-198487-21

opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, beschadigen, meermalen gepleegd,

onder parketnummer 10-168563-21

handelen in strijd met artikel 27, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, meermalen gepleegd.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. De feiten zijn dus strafbaar.

6..Strafbaarheid verdachte

6.1.

Standpunt verdediging

Ten aanzien van het onder parketnummer 10-198487-21 bewezenverklaarde feit heeft de raadsman aangevoerd dat de verdachte dient te worden ontslagen van alle rechtsvervolging. Het ten laste gelegde is begaan onder invloed van een psychose, althans van een psychotisch toestandsbeeld. De raadsman heeft hierbij onder meer verwezen naar de stukken met betrekking tot de verdachte die zich in het dossier bevinden van de aanvraag van de zorgmachtiging.

6.2.

Beoordeling

De rechtbank stelt vast dat de verdachte niet heeft willen meewerken aan het opstellen van een pro-justitiarapportage. Uit het dossier en verhandelde ter terechtzitting is gebleken van psychiatrische problematiek, maar zijn geen feiten en omstandigheden gebleken op grond waarvan vastgesteld kan worden dat de verdachte deze strafbare feiten onder zodanige invloed van een psychische stoornis (of een psychogeriatrische aandoening of verstandelijke handicap) heeft gepleegd dat deze hem niet kunnen worden toegerekend.

6.3.

Conclusie

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7..Motivering straf

7.1.

Algemene overweging

De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.

7.2.

Feiten waarop de straf is gebaseerd

De verdachte heeft binnen vijf dagen tijd meer dan honderd voertuigen beschadigd door deze met een scherp voorwerp te bekrassen. Dit is een ergerlijk en overlastgevend feit voor de vele gedupeerden. De wetenschap dat iemand daarmee bezig is, zorgt bovendien voor maatschappelijke onrust, omdat mensen zich met recht afvragen of zij hun auto – een kostbaar bezit – wel langs de weg kunnen laten staan.

Voorts heeft de verdachte een klapmes en een keukenmes bij zich gedragen, die geen andere bestemming kunnen hebben gehad dan minst genomen de bedreiging met deze wapens. Dit is een zorgelijk feit, zeker gelet op het oplopende aantal steekincidenten in het land.

7.3.

Persoonlijke omstandigheden van de verdachte

De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van

23 september 2021, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.

7.4.

Conclusies van de rechtbank

Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.

Gezien het grote aantal beschadigde voertuigen en de daaruit voortvloeiende financiële schade, kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. Bij de bepaling van de duur van de gevangenisstraf heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in soortgelijke zaken plegen te worden opgelegd. De rechtbank zal overeenkomstig de eis van de officier van justitie een gevangenisstraf opleggen die gelijk is aan de duur van het reeds ondergane voorarrest.

Ten aanzien van het bij zich dragen van de messen zal de rechtbank de verdachte schuldig verklaren, maar geen straf of maatregel opleggen. Dit gelet op de relatief beperkte ernst van die overtreding in het licht van de gepleegde zaaksbeschadigingen – misdrijven – en de straf die daarvoor zal worden opgelegd.

Bij het bepalen van de soort en de duur van de op te leggen straf, is rekening gehouden met de ten aanzien van de verdachte verleende zorgmachtiging.

Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straf passend en geboden.

8..Vorderingen benadeelde partijen

Ter zake van het onder parketnummer 10-198487-21 ten laste gelegde feit, hebben zich 36 personen als benadeelde partij in het geding gevoegd. Zij vorderen de navolgende bedragen:

[naam benadeelde 1], heeft geen schadebedrag ingevuld op het verzoek tot schadevergoeding,

[naam benadeelde 2], heeft geen schadebedrag ingevuld op het verzoek tot schadevergoeding,

[naam benadeelde 3], vordert een bedrag van € 1.100,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 4], vordert een bedrag van € 650,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 5], vordert een bedrag van € 679,91 aan materiële schade,

[naam benadeelde 6], vordert een bedrag van € 1.700,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 7], vordert een bedrag van € 849,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 8], vordert een onbekend bedrag aan materiële schade,

[naam benadeelde 9], vordert een bedrag van € 225,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 10], vordert een bedrag van € 834,90 aan materiële schade,

[naam benadeelde 11], vordert een bedrag van € 280,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 12] ., vordert een bedrag van € 800,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 13], vordert een bedrag van € 1.000,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 14], vordert een bedrag van € 805,80 aan materiële schade,

[naam benadeelde 15], vordert een bedrag van € 150,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 16], vordert een bedrag van € 594,18 aan materiële schade,

[naam benadeelde 17], vordert een bedrag van € 745,64 aan materiële schade,

[naam benadeelde 18], vordert een bedrag van € 900,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 19], vordert een bedrag van € 978,73 aan materiële schade,

[naam benadeelde 20], vordert een bedrag van € 572,81 aan materiële schade,

[naam benadeelde 21], vordert een bedrag van € 500,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 22], vordert een bedrag van € 500,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 23], vordert een bedrag van € 500,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 24] ., vordert een bedrag van € 1.236,50 aan materiële schade,

[naam benadeelde 25] ., vordert een bedrag van € 650,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 26], vordert een bedrag van € 21,04 aan materiële schade,

[naam benadeelde 27], vordert een bedrag van € 400,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 28], vordert een bedrag van € 1.000,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 29], vordert een bedrag van € 750,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 30], vordert een bedrag van € 599,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 31], vordert een bedrag van € 456,87 aan materiële schade,

[naam benadeelde 32], vordert een bedrag van € 850,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 33], vordert een bedrag van € 800,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 34], heeft geen schadebedrag ingevuld op het verzoek tot schadevergoeding,

[naam benadeelde 35], vordert een bedrag van € 250,- aan materiële schade,

[naam benadeelde 36], vordert een bedrag van € 721,- aan materiële schade.

8.1.

Standpunt officier van justitie

De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partijen die de voegingsformulieren niet (of niet volledig) hebben ingevuld of niet hebben onderbouwd, niet-ontvankelijk dienen te worden verklaard in hun vordering.

De vorderingen van de volgende benadeelde partijen dienen te worden toegewezen met daarbij oplegging van de schadevergoedingsmaatregel:

[naam benadeelde 5] , [naam benadeelde 10] , [naam benadeelde 13] , [naam benadeelde 15] , [naam benadeelde 16] ,

[naam benadeelde 17] , [naam benadeelde 19] , [naam benadeelde 20] , [naam benadeelde 24] [naam benadeelde 25] . , [naam benadeelde 26] , [naam benadeelde 30] en [naam benadeelde 31] .

8.2.

Standpunt verdediging

De raadsman heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de benadeelde partijen niet-ontvankelijk dienen te worden verklaard in hun vorderingen, gelet op het bepleite ontslag van alle rechtsvervolging.

De raadsman heeft zich subsidiair op het standpunt gesteld dat de benadeelde partijen niet-ontvankelijk dienen te worden verklaard in hun vorderingen, omdat de behandeling ervan een onevenredige belasting van het strafproces oplevert. Het gaat immers om een groot aantal vorderingen met een groot aantal complicaties. Zo dient per vordering te worden bezien of kan worden aangetoond dat de verdachte degene is geweest die een onrechtmatige handeling heeft gepleegd. Enkel de vernielingen die zijn vastgelegd op camera of die gekoppeld kunnen worden aan de op het in beslag genomen mes aangetroffen lakresten komen eventueel voor toewijzing in aanmerking. Voorts zijn niet alle vorderingen met bewijsstukken onderbouwd, ontbreekt bewijs van vertegenwoordigingsbevoegdheid van de personen die namens benadeelde rechtspersonen een vordering hebben ingediend of zijn er vragen aangaande mogelijke door de verzekeringen uitgekeerde vergoedingen.

8.3.

Beoordeling

De benadeelde partij
[naam benadeelde 6]staat niet op de tenlastelegging vermeld. Deze benadeelde partij zal in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, nu niet is komen vast te staan dat de schade waarvan vergoeding wordt gevorderd rechtstreeks verband houdt met het bewezenverklaarde feit.

De verdachte zal worden vrijgesproken van de vernieling van de auto van de benadeelde partij
[naam benadeelde 23]. Deze benadeelde partij zal in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard.

Ten aanzien van de niet-ingevulde en evident niet-onderbouwde vorderingen, of ten aanzien waarvan is gebleken dat de schade is verzekerd, oordeelt de rechtbank dat deze benadeelde partijen niet-ontvankelijk zullen worden verklaard in hun vorderingen. Dit betreffen de benadeelde partijen
[naam benadeelde 1] , [naam benadeelde 2] , [naam benadeelde 3] , [naam benadeelde 4] ,

[naam benadeelde 7] , [naam benadeelde 8] , [naam benadeelde 11] , [naam benadeelde 12] , [naam benadeelde 14] , [naam benadeelde 18] , [naam benadeelde 21] , [naam benadeelde 22] , [naam benadeelde 26] , [naam benadeelde 27] , [naam benadeelde 28] ,

[naam benadeelde 29] , [naam benadeelde 32] , [naam benadeelde 33] , [naam benadeelde 34] , [naam benadeelde 35] en [naam benadeelde 36] .

De behandeling van deze vorderingen van de benadeelde partijen leveren een onevenredige belasting van het strafgeding op en kunnen slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.

De rechtbank overweegt ten aanzien van de vertegenwoordigingsbevoegdheid ter zake van de benadeelde partijen
[naam benadeelde 24]. en
[naam benadeelde 25] .het volgende.

In het geval van
[naam benadeelde 24]. heeft [persoon A] aangifte gedaan namens deze rechtspersoon en is het verzoek tot schadevergoeding ingediend door een ander persoon die niet in het dossier voorkomt, te weten [persoon B] . [persoon B] is volgens het voegingsformulier bevoegd om namens de B.V. op te treden. Een uittreksel uit de Kamer van Koophandel waaruit dit kan blijken ontbreekt echter bij het voegingsformulier.

In het geval van
[naam benadeelde 25] .heeft [persoon C] zowel aangifte gedaan als het verzoek tot schadevergoeding ingediend namens deze rechtspersoon. [persoon C] is volgens het voegingsformulier bevoegd om namens de B.V. op te treden. Een uittreksel uit de Kamer van Koophandel waaruit dit kan blijken ontbreekt echter bij het voegingsformulier.

De verdediging voert feitelijk verweer tegen de vertegenwoordigingsbevoegdheid van

[persoon B] en [persoon C] namens [naam benadeelde 24] . respectievelijk [naam benadeelde 25] . De vraag naar de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de desbetreffende personen ziet op de interne vertegenwoordigingsregeling van de vennootschap. De interne vertegenwoordigingsregeling van de rechtspersoon strekt ter bescherming van de belangen van de rechtspersoon zelf. Op grond daarvan, en in aanmerking genomen dat de verdediging het verweer met betrekking tot de vertegenwoordigingsbevoegdheid van [persoon B] en

[persoon C] niet concreet heeft onderbouwd, wijst de rechtbank het verweer af.

Nu is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 24] .door het bewezenverklaarde strafbare feit rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de gevorderde schadevergoeding de rechtbank ook overigens niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt, zal deze vordering worden toegewezen.

Nu is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 25] .door het bewezenverklaarde strafbare feit rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de gevorderde schadevergoeding de rechtbank ook overigens niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt, zal deze vordering worden toegewezen.

Nu is komen vast te staan dat aan de benadeelde partijen
[naam benadeelde 5] , [naam benadeelde 9] ,

[naam benadeelde 10] , , [naam benadeelde 15] , [naam benadeelde 16] , [naam benadeelde 17] , [naam benadeelde 19] , [naam benadeelde 20] , [naam benadeelde 30] en [naam benadeelde 31]door het bewezenverklaarde strafbare feit, rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de vorderingen genoegzaam zijn onderbouwd, zullen deze, ondanks de betwisting door de verdediging, worden toegewezen. Ten aanzien van de vordering van [naam benadeelde 13] geldt hetzelfde, maar zal de rechtbank het gevorderde bedrag toewijzen tot het bedrag van

€ 934,66 dat op de overgelegde pro-forma factuur is vermeld en voor het overige afwijzen.

De benadeelde partijen hebben gevorderd het te vergoeden bedrag te vermeerderen met wettelijke rente.

De rechtbank bepaalt dat het te vergoeden schadebedrag aan de benadeelde partijen

[naam benadeelde 10] , [naam benadeelde 17] , [naam benadeelde 24] [naam benadeelde 25] . en [naam benadeelde 31] vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 23 juli 2021.

De rechtbank bepaalt dat het te vergoeden schadebedrag aan de benadeelde partijen

[naam benadeelde 5] , [naam benadeelde 9] , [naam benadeelde 13] , [naam benadeelde 15] , [naam benadeelde 16] , [naam benadeelde 19] , [naam benadeelde 20] en [naam benadeelde 30] vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 24 juli 2021.

Nu de vorderingen van de benadeelde partijen
[naam benadeelde 5] , [naam benadeelde 9] , [naam benadeelde 10] , [naam benadeelde 13] , [naam benadeelde 15] , [naam benadeelde 16] , [naam benadeelde 17] ,

[naam benadeelde 19] , [naam benadeelde 20] , [naam benadeelde 24] [naam benadeelde 25] .,

[naam benadeelde 30] en [naam benadeelde 31]zullen worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partijen gemaakt, tot op heden begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.

Nu de benadeelde partijen
[naam benadeelde 6] , [naam benadeelde 23],
[naam benadeelde 1] ,

[naam benadeelde 2] , [naam benadeelde 3] , [naam benadeelde 4] , [naam benadeelde 7] , [naam benadeelde 8] ,

[naam benadeelde 11] , [naam benadeelde 12] , [naam benadeelde 14] , [naam benadeelde 18] , [naam benadeelde 21] ,

[naam benadeelde 22] , [naam benadeelde 26] , [naam benadeelde 27] , [naam benadeelde 28] , [naam benadeelde 29] ,

[naam benadeelde 32] , [naam benadeelde 33] , [naam benadeelde 34] , [naam benadeelde 35] en

[naam benadeelde 36]niet-ontvankelijk zullen worden verklaard, zullen zij worden veroordeeld in de kosten door de verdachte ter verdediging van de vordering gemaakt, die tot op heden worden begroot op nihil.

8.4.

Conclusie

De verdachte moet aan de volgende benadeelde partijen een schadevergoeding betalen van de navolgende bedragen:
1. [naam benadeelde 5] :€ 679,91,

2. [naam benadeelde 9] :€ 862,09,

3. [naam benadeelde 10] :€ 834,90,

4. [naam benadeelde 13] :€ 934,66,

5. [naam benadeelde 15] :€ 150,-,

6. [naam benadeelde 16] :€ 594,18,

7. [naam benadeelde 17] :€ 745,64,

8. [naam benadeelde 19] :€ 978,73,

9. [naam benadeelde 20] :€ 572,81,

10. [naam benadeelde 24] .:€ 1.236,50,

11. [naam benadeelde 25] .:€ 650,-,

12. [naam benadeelde 30] :€ 599,-, en

13. [naam benadeelde 31] :€ 456,87.

Alle bedragen worden vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld.

Tevens wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht.

9..Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 36f, 57, 60a, 62 en 350 van het Wetboek van Strafrecht.

10..Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

11..Beslissing

De rechtbank:

verklaart bewezen dat de verdachte de ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;

verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;

stelt vast dat het bewezenverklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;

verklaart de verdachte strafbaar;

bepaalt dat ten aanzien van het onder parketnummer 10-168563-21 bewezenverklaarde feit geen straf of maatregel wordt opgelegd;

veroordeelt de verdachte ten aanzien van het onder parketnummer 10-198487-21 tot een
gevangenisstraf voor de duur van 106 (honderdzes) dagen;

beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;

heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte, die bij eerdere beslissing is geschorst;

Niet-ontvankelijkheid benadeelde partijen

verklaart de benadeelde partijen
[naam benadeelde 6] , [naam benadeelde 23] , [naam benadeelde 1] ,

[naam benadeelde 2] , [naam benadeelde 3] , [naam benadeelde 4] , [naam benadeelde 7] , [naam benadeelde 8] ,

[naam benadeelde 11] , [naam benadeelde 12] , [naam benadeelde 14] , [naam benadeelde 18] , [naam benadeelde 21] ,

[naam benadeelde 22] , [naam benadeelde 26] , [naam benadeelde 27] , [naam benadeelde 28] , [naam benadeelde 29] ,

[naam benadeelde 32] , [naam benadeelde 33] , [naam benadeelde 34] , [naam benadeelde 35] en

[naam benadeelde 36]niet-ontvankelijk in de vorderingen en bepaalt dat deze vorderingen slechts kunnen worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;

Toegewezen vorderingen benadeelde partijen

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 5], te betalen een bedrag van
€ 679,91 (zegge: zeshonderdnegenenzeventig euro en éénennegentig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 24 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 9], te betalen een bedrag van
€ 862,09 (zegge: achthonderdtweeënzestig euro en negen cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 24 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 10], te betalen een bedrag van
€ 834,90, (zegge: achthonderdvierendertig euro en negentig cent),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 23 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 13], te betalen een bedrag van
€ 934,66, (zegge: negenhonderdvierendertig euro en zesenzestig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 24 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening en wijst af het meer of anders gevorderde;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 15], te betalen een bedrag
van € 150,-, (zegge: honderdvijftig euro),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf

24 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 16], te betalen een bedrag van
€ 594,18 (zegge: vijfhonderdvierennegentig euro en achttien cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 24 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 17], te betalen een bedrag van
€ 745,64 (zegge: zevenhonderdvijfenveertig euro en vierenzestig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 23 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 19], te betalen een bedrag van
€ 978,73 (zegge: negenhonderdachtenzeventig euro en drieënzeventig cent),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 24 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 20], te betalen een bedrag van
€ 572,81 (zegge: vijfhonderdtweeënzeventig euro en éénentachtig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 24 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 24]te betalen een bedrag van
€ 1.236,50 (zegge: éénduizend tweehonderdzesendertig euro en vijftig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 23 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 25]., te betalen een bedrag van
€ 650,- (zegge: zeshonderdvijftig euro),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 23 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 30], te betalen een bedrag van
€ 599,- (zegge: vijfhonderdnegennegentig euro), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 24 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 31], te betalen een bedrag
van € 456,87 (zegge: vierhonderdzesenvijftig euro en zevenentachtig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 23 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

Proceskosten

veroordeelt de benadeelde partijen
[naam benadeelde 23] , [naam benadeelde 1] , [naam benadeelde 2] ,

[naam benadeelde 3] , [naam benadeelde 4] , [naam benadeelde 7] , [naam benadeelde 8] , [naam benadeelde 11] , [naam benadeelde 12] , [naam benadeelde 14] , [naam benadeelde 18] , [naam benadeelde 21] , [naam benadeelde 22] ,

[naam benadeelde 26] , [naam benadeelde 27] , [naam benadeelde 28] , [naam benadeelde 29] , [naam benadeelde 32] ,

[naam benadeelde 33] , [naam benadeelde 34] , [naam benadeelde 35] en [naam benadeelde 36]in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, en begroot deze kosten op nihil;

veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partijen
[naam benadeelde 5] , [naam benadeelde 9] , [naam benadeelde 10] , [naam benadeelde 13] , [naam benadeelde 15] , [naam benadeelde 16] , [naam benadeelde 17] , [naam benadeelde 19] , [naam benadeelde 20] , [naam benadeelde 24] [naam benadeelde 25] ., [naam benadeelde 30] en [naam benadeelde 31]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;

Schadevergoedingsmaatregelen

legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van
[naam benadeelde 5]te betalen
€ 679,91(hoofdsom,
zegge: zeshonderd negenenzeventig euro en éénennegentig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 juli 2021 tot aan de dag van de algehele voldoening;

bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
13 (dertien) dagen;