In deze zaak heeft de kantonrechter te Rotterdam op 9 november 2020 uitspraak gedaan in een kort geding tussen [eiseres] en Elysium B.V. De eiseres, die sinds 29 november 2018 arbeidsongeschikt is, heeft een loonstop opgelegd gekregen door haar werkgever Elysium, omdat zij haar re-integratiewerkzaamheden zou hebben gestaakt. De eiseres heeft betoogd dat de loonstop onterecht was, omdat zij zich ziek had gemeld vanwege pestgedrag op de werkvloer. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de loonstop is ingesteld op basis van het niet nakomen van re-integratieverplichtingen, maar dat de eiseres zich niet in staat achtte om te werken door de omstandigheden op de werkvloer. De rechter heeft geoordeeld dat de loonstop onterecht was, omdat de eiseres niet in staat was om haar werkzaamheden te verrichten door een arbeidsconflict. De rechter heeft Elysium veroordeeld tot betaling van het achterstallige loon over de periode van 26 augustus 2020 tot 10 september 2020, met wettelijke verhoging en rente. De vordering van de eiseres met betrekking tot de opheffing van de loonstop en de betaling van andere kosten werd afgewezen. De uitspraak benadrukt de verplichtingen van werkgevers in re-integratietrajecten en de noodzaak om werknemers de ruimte te geven om zich aan te passen aan hun werk.