ECLI:NL:RBROT:2020:8074
Rechtbank Rotterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vordering tot ontruiming van winkelpand en betaling van achterstallige huur in kort geding
In deze zaak heeft de kantonrechter te Rotterdam op 20 augustus 2020 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een eiser, vertegenwoordigd door mr. R. Moghni, en een gedaagde die niet in de procedure is verschenen. De eiser vorderde ontruiming van een winkelpand en betaling van achterstallige huur. De huurovereenkomst was aangegaan voor de duur van één jaar, maar de gedaagde had een huurachterstand van vijf maanden laten ontstaan, wat resulteerde in een totaalbedrag van € 8.500,00 aan achterstallige huur. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde in gebreke is gebleven en dat er een spoedeisend belang is voor de eiser om de ontruiming te vorderen. De kantonrechter heeft de vordering tot ontruiming toegewezen, met een termijn van veertien dagen voor de gedaagde om het pand te ontruimen. Tevens is de gedaagde veroordeeld tot betaling van € 6.800,00 aan achterstallige huur, vermeerderd met wettelijke rente. De kantonrechter heeft de gedaagde ook veroordeeld in de proceskosten van de eiser. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.