Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verdere verloop van de procedure
- het tussenvonnis van 22 februari 2019 en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- de akte zijdens [eiser] ;
- de akte houdende opgave getuige zijdens RMO;
- het proces-verbaal van het op 1 juli 2019 aan beide zijden gehouden getuigenverhoor;
- het proces-verbaal van het op 28 augustus 2019 aan beide zijden voortgezette getuigenverhoor;
- de brief van 20 september 2019 van RMO;
- de conclusie na enquête van RMO, met een productie;
- de conclusie na enquête van [eiser] , met een productie;
- de antwoordconclusie na enquête van RMO;
- de conclusie na enquête van [eiser] .
2..De verdere beoordeling
gezegd dat [eiser] op voorspraak van de directeur van RST(een klant van RMO, toev. ktr.)
voor zijn normale uren een hoger uurloon mocht ontvangen. Ik heb ook gezegd dat zijn overwerk op het cao-uurloon bleef. U vraagt me of ik deze uitsplitsing ook verteld heb aan [eiser] . Ik kan me dat niet herinneren. Maar ik kan me ook niet voorstellen dat ik dit zo tegen [eiser] heb gezegd. (…) Ik kan me niet herinneren dat ik met [eiser] die uitsplitsing heb besproken tussen zijn normale uren en zijn overwerkuren. (…) Ik heb niet specifiek tegen [eiser] gezegd dat dat hogere uurloon niet gold voor overwerk. U zegt dat ik nu iets anders zeg dan wat ik in het begin heb verklaard. Ik weet niet meer wat ik tegen [eiser] heb gezegd, maar voor mij is het logisch dat hij het hogere uurloon niet voor overwerk kreeg. (…) Ik kan het me allemaal niet meer goed herinneren. Het leek mij logisch dat [eiser] het hogere uurloon kreeg voor zijn dagelijkse werkzaamheden en dat zijn verloning voor het overige bleef zoals het was. (…)”
“deze berekening moet nog aangevuld worden met de loonstrook van januari 2014”. Het verweer van RMO dat onduidelijk is wat [eiser] met het onder II. gevorderde bedoeld is dan ook onnavolgbaar. Nu RMO niet heeft betwist dat [eiser] niet over de salarisstrook van januari 2014 beschikt en niet gesteld noch gebleken is dat RMO bedoelde salarisstrook (tijdens de procedure) heeft verstrekt, beschikt [eiser] niet over de gegevens om te berekenen hoeveel overuren (en tegen welk overwerkpercentage) hij in die periode heeft gewerkt en dus welk bedrag RMO over de maand januari 2014 te weinig aan hem heeft betaald.