In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, heeft eiser, vertegenwoordigd door mr. J.P. Sanchez Montoto, een kort geding aangespannen tegen gedaagde, vertegenwoordigd door mr. D.J. Brugge, met als doel schadevergoeding en betaling van een factuur voor liftreparaties. Eiser, een vennoot van een vennootschap onder firma, heeft een huurovereenkomst voor een restaurant met gedaagde, die eigenaar is van de bedrijfsruimte. De lift van het restaurant viel op 9 september 2019 uit, waardoor het restaurant gesloten moest worden. Eiser stelt dat gedaagde verantwoordelijk is voor de lift en vordert een schadevergoeding van € 60.000,00 en betaling van € 11.500,00 voor de liftreparatie. Gedaagde betwist de aansprakelijkheid en voert aan dat eiser in privé optreedt, terwijl de schade door de vennootschap is geleden. De voorzieningenrechter oordeelt dat eiser niet namens de vennootschap kan optreden en dat de vordering om die reden moet worden afgewezen. Daarnaast wordt het beroep op verrekening door gedaagde gehonoreerd, omdat er een eerder vonnis is waarin eiser en de vennootschap zijn veroordeeld tot betaling van een bedrag aan gedaagde. De vorderingen van eiser worden afgewezen en hij wordt veroordeeld in de proceskosten.