ECLI:NL:RBROT:2020:12285

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
24 december 2020
Publicatiedatum
31 december 2020
Zaaknummer
FT RK 20.536
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen faillietverklaring van DAKKAPELPAKKET.NL B.V. en de rechtsgeldigheid van de oproep voor de zitting

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 24 december 2020 uitspraak gedaan in het verzet van DAKKAPELPAKKET.NL B.V. tegen de faillietverklaring die op 9 december 2020 was uitgesproken. Verzoekster, vertegenwoordigd door mr. P.A. Visser, betwistte de faillietverklaring en stelde dat zij niet deugdelijk was opgeroepen voor de zitting van 8 december 2020. De rechtbank oordeelde dat verzoekster op de juiste wijze was opgeroepen, zowel aangetekend als niet aangetekend, en dat het niet afhalen van de aangetekende oproep voor rekening en risico van verzoekster kwam.

De rechtbank beoordeelde vervolgens of het vorderingsrecht van de verweerster, TRANSPORTBEDRIJF HOOGLAND B.V., summierlijk bleek te bestaan. De verweerster, vertegenwoordigd door mr. J.P.J. Botterblom, voerde aan dat verzoekster opdrachten had gegeven en dat er voldoende bewijs was van openstaande vorderingen. De rechtbank concludeerde dat verzoekster inderdaad opdrachten had gegeven aan verweerster en dat er sprake was van pluraliteit van schuldeisers, wat de faillietverklaring rechtvaardigde.

Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het verzet ongegrond, waarmee de faillietverklaring van DAKKAPELPAKKET.NL B.V. in stand bleef. De uitspraak benadrukt het belang van de rechtsgeldigheid van oproepen en de noodzaak voor verzoeksters om hun stellingen goed te onderbouwen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team insolventie
verzet ongegrond
insolventienummer [Nummer]
uitspraakdatum: 24 december 2020
Vonnis op het verzoekschrift van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DAKKAPELPAKKET.NL B.V.,
tevens handelend onder de naam Dakkapel4You,
gevestigd aan de Industrieweg 39,
2712 LA Zoetermeer,
Statutair gevestigd te Berkel en Rodenrijs,
verzoekster,
advocaat: mr. P.A. Visser,
strekkende tot vernietiging van het vonnis van deze rechtbank van 9 december 2020, waarbij zij op verzoek van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TRANSPORTBEDRIJF HOOGLAND B.V.,
statutair gevestigd te Amersfoort,
verweerster,
advocaat: mr. J.P.J. Botterblom
in staat van faillissement is verklaard met benoeming van mr. W.J. Don tot rechter-commissaris en met aanstelling van mr. E.H.J. van de Velde als curator.

1.De procedure

Het verzetschrift is per e-mail op 17 december 2020 ter griffie ontvangen.
Bij bericht van 21 december 2020 heeft de curator zijn bevindingen aan de rechtbank doen toekomen.
Door verweerster zijn op 22 december 2020 nadere stukken aan de rechtbank verzonden. Op 21 december 2020 heeft de rechtbank eveneens nadere stukken van verzoekster ontvangen.
Het verzoekschrift is ter zitting van 22 december 2020 behandeld. Daarbij is verzoekster, vertegenwoordigd door haar advocaat, mr. P.A. Visser, verschenen. Voorts zijn verweerder, vertegenwoordigd door haar advocaat, mr. J.P.J. Botterblom, en de curator verschenen.
Ter terechtzitting zijn door mr. P.A. Visser spreekaantekeningen overgelegd. Tevens is ter terechtzitting door mr. J.P.J. Botterblom pleitaantekeningen en productie 6 overgelegd.
De uitspraak is bepaald op heden.
2.
De standpunten
Standpunten van verzoekster
Verzoekster heeft in het verzetrekest aangevoerd dat zij meent dat de faillietverklaring ten onrechte is uitgesproken nu zij niet is gehoord en evenmin verkeert in de situatie van te hebben opgehouden te betalen zoals wordt bedoeld in artikel 1 van de Faillissementswet. Verzoekster was niet op de hoogte van de zitting. Zij is daartoe voor zover haar bekend, niet deugdelijk bij exploot of anderszins opgeroepen en is daarom niet op het faillissementsverzoek gehoord.
Verzoekster heeft in het verzetrekest betwist dat er sprake is van enige vordering van aanvrager. Tussen verzoekster en verweerster is nimmer een overeenkomst tot stand gekomen en evenmin heeft verweerster werkzaamheden of anderszins voor verzoekster verricht zodat verzoekster niet gehouden is enige vordering voor verweerster te voldoen. Er is dus, volgens verzoekster, geen sprake van een vordering die summierlijk blijkt op grond waarvan het faillissement kan worden uitgesproken.
Voorts verkeert verzoekster evenmin in de toestand van de hebben opgehouden te betalen zoals bedoeld in art. 1 Fw. En voor zover verzoeker bekend, is er geen sprake van een steunvordering. Er is derhalve geen sprake van pluraliteit.
Mr. Visser heeft namens verzoekster op 21 december 2020 aanvullende producties overgelegd. Ter terechtzitting heeft mr. Visser verwezen naar de aanvullende producties 4, 5 en 6, waaruit blijkt dat de besloten vennootschap DKP B.V. prefab dakkapellen maakte die als pakket werden verkocht. DKP B.V. had in het verleden als bestuurder Ozzie B.V. (die op haar beurt als enig aandeelhouder en bestuurder had de heer [naam 1] ). De heer [naam 1] is woonachtig in [woonplaats 1] . DKP B.V. is failliet gegaan bij vonnis van d.d. 9 april 2019. Het concept van het Dakkapelpakket is op voorspraak van de heer [naam 1] overgenomen door de heren [naam 2] en [naam 3] . Zij hebben vervolgens de vennootschap opgericht onder de naam Dakkapelpakket.nl. Er is onderzocht of [naam 1] eventueel op provisiebasis verkoopwerkzaamheden zou kunnen doen. [naam 1] zou niet in dienst treden bij de desbetreffende vennootschap en zou op geen enkele wijze bevoegd zijn overeenkomsten of rechtshandelingen aan te gaan voor de vennootschap. Dakkapelpakket.nl is opgericht op 1 december 2018, gevestigd te Berkel en Rodenrijs. Eerst op het adres van de heer [naam 2] , later op de Industrieweg. Het businessmodel bestond uit het verkopen van kant en klare dakkapellen die bij derden kant en klaar werden ingekocht.
De facturen staan op het adres Nijverheidsweg 4b te Harmelen, waar de vennootschap nimmer is gevestigd. Mogelijk heeft bestuurder [naam 1] van DKP B.V. afspraken gemaakt met deze onderneming. De werkzaamheden zijn nimmer uitgevoerd voor verzoekster. Mochten deze werkzaamheden uitgevoerd zijn voor verzoekster, heeft verzoekster daar nimmer toestemming voor gegeven. De vordering wordt derhalve betwist.
Tot slot heeft mr. Visser ter terechtzitting verzocht het vonnis tot faillietverklaring te vernietigen.
Standpunten van verweerster
Mr. Botterblom heeft ter terechtzitting verzocht het verzetschrift ongegrond te verklaren. Mr. Botterblom heeft gesteld dat verzoekster voor de terechtzitting van 8 december 2020 deugdelijk is opgeroepen door de rechtbank en door het uitgebrachte exploot van
23 november 2020.
Verder heeft hij aangevoerd dat verweerder aan verzoeker voor elke openstaande factuur een herinnering heeft gestuurd, een tweede herinnering en een derde aanmaning. Daarnaast heeft BBU Juristen & Incasso’s verzoekster veelvoudig aangeschreven op diverse adressen en diverse e-mailadressen. Ook de bestuurders zijn aangeschreven. Waarop een reactie is uitgebleven. Het merendeel van de opdrachten, die door verzoeker aan verweerster zijn gegeven, zijn mondeling/telefonisch gegeven. Bij e-mail van 3 juli 2019 die als productie is overgelegd blijkt dat verzoekster aan verweerster een adres heeft opgegeven om door middel van en kraan een dakkapel te plaatsen op 4 juli 2019. Voor deze werkzaamheden is een factuur uitgebracht d.d. 10 juli 2019. Hieruit volgt dat verzoeker een opdracht heeft gegeven aan verweerster.
Tevens is gebleken dat verzoekster op 16 mei 2019 € 6.500,00 betaald heeft gekregen van Athene Palace Wateringen B.V. Aan dit bedrijf is een omgevingsvergunning afgegeven voor het plaatsen van twee dakkapellen op 16 april 2019. Uit de facturen van verweerster d.d. 21 mei 2019 volgt dat zij op 13, 14 en 15 mei 2019 ten behoeve van dit adres transport hebben geregeld. Ook hieruit volgt dat verzoekster opdrachten heeft gegeven aan verweerster.
Ter terechtzitting heeft mr. Botterblom tevens aangevoerd dat op de website van Dakkapel4You, handelsnaam van verzoekster, het adres te Harmelen genoemd staat (Nijverheidsweg 4b, 2481 MB Harmelen). De facturen van verweerster aan verzoeker zijn aan voornoemd adres verzonden. De stelling dat verzoekster daar niet gevestigd is, is onvoldoende aannemelijk gemaakt.
Tot slot heeft mr. Botterblom aangevoerd dat het vorderingsrecht van verweerster summierlijk is gebleken en heeft, bij productie 5 en 6, een steunvordering overgelegd bestaande uit een vonnis d.d. 17 december 2019 van Verdouw Gouda Bouwprodukten B.V. en onderliggende facturen gericht aan Dakkapel4You gevestigd aan de Nijverheidsweg 4b, 3481 MB te Harmelen. Ook is een e-mail van 21 december 2020 overgelegd van Bierens Incasso Advocaten aan BBU Juristen & Incasso’s waarin is verklaard dat er betalingstoezeggingen zijn gedaan door verschillende personen. Telefonisch door de heer [naam 1] en schriftelijk door de heer [naam 2] , onder andere, namens Dakkapelpakket.nl.
Rapportage van de curator
De curator heeft bij bericht van 21 december 2020 zijn rapportage kenbaar gemaakt. In zijn bericht heeft de curator te kennen gegeven dat het adres van failliet een ander adres is dan het adres van de website. De facturen zijn verstuurd naar het adres van de website (Harmelen). Alleen de aanzegging van de faillissementsaanvraag is naar het adres in Zoetermeer gestuurd. Aan het adres in Harmelen is ingeschreven D&J Dakkapellen vof, welke is ingeschreven op 30 april 2020. De facturen gericht aan het adres aldaar dateren van voor 30 april 2020. Uit de bankmutaties volgt een overboeking van D&J Dakkapellen op 12 juni 2020.
Tevens heeft de curator in zijn bericht te kennen gegeven dat na faillietverklaring de volgende crediteuren zich hebben gemeld:
- Slootjes Kraanbedrijf B.V. ad € 1.47,28;
- Verdouw Gouda Bouwproducten B.V. ad € 3.490,47.
De curator heeft opgemerkt dat beide schuldeisers facturen hebben gericht aan Dakkapel4You (handelsnaam van failliet) en dat bovendien het in de facturen opgenomen adres van Dakkapel4You afwijkend is van de bekende zijnde adressen in het handelsregister van de Kamer van Koophandel (Nijverheidsweg 4b, 2481 MB Harmelen). Ook op de website van Dakkapel4You is voornoemd adres opgenomen.
Tot slot heeft de curator in zijn bericht gemeld dat in het faillissementsrekest twee facturen zijn overgelegd die betrekking hebben op een locatie te Wateringen. De gemeente Westland heeft op 16 april 2019 een omgevingsvergunning afgegeven voor het plaatsen van twee dakkapellen. Deze vergunning is verleend aan Athene Palace Wateringen B.V. Deze vennootschap heeft op 16 mei 2019 € 6.500,00 aan verzoekster betaald. Naar het oordeel van de curator is voldoende bewijs aanwezig om het bewijsvermoeden te rechtvaardigen dat verzoekster wel degelijk opdrachten aan verweerster heeft verstrekt.

3.De beoordeling

Nu het verzet tijdig is ingesteld, is verzoekster ontvankelijk in haar verzoek.
Verzoekster heeft gesteld dat zij ondeugdelijk is opgeroepen voor de terechtzitting van
8 december 2020 waardoor zij niet is gehoord op het faillissementsrekest. Gebleken is dat verzoekster zowel aangetekend als niet aangetekend, bij brief van de griffier, op het opgegeven adres zoals vermeld in het handelsregister van de Kamer van Koophandel op een deugdelijke manier is opgeroepen. Dat verzoekster de aangetekende oproep niet heeft afgehaald bij PostNL is voor rekening en risico van verzoekster. Tevens is gebleken dat verzoekster bij exploot van 23 november 2020, die in een gesloten envelop is achtergelaten op het adres zoals vermeld in het handelsregister van de Kamer van Koophandel, deugdelijk is opgeroepen. De rechtbank is van oordeel dat verzoekster op de juiste wijze is opgeroepen om te worden gehoord op het faillissementsrekest.
Ingevolge het arrest van de Hoge Raad van 5 juni 2015 (ECLI:NL:HR:2015:1473) overweegt de rechtbank als volgt. Het rechtsmiddel van verzet heeft de strekking dat het geding op tegenspraak in dezelfde instantie wordt voortgezet en biedt de niet-verschenen gedaagde alsnog de gelegenheid zijn belangen te verdedigen. Gelet op die strekking en de ingrijpende gevolgen van een faillietverklaring kan ingevolge dit arrest de gefailleerde die in verzet komt baat hebben bij het verweer dat de vordering van de aanvrager niet, of niet langer, bestaat.
Tegen deze achtergrond en gelet op het verweer van verzoekster dient de rechtbank te beoordelen of het vorderingsrecht van verweerster summierlijk blijkt te bestaan. Ter terechtzitting heeft verweerster voldoende (summierlijk) aangetoond dat zij vorderingen heeft op verzoekster op grond van de overgelegde stukken waaronder diverse facturen en aanmaningen gericht aan de handelsnamen van verzoekster te weten Dakkapelpakket.nl B.V. en Dakkapel4You aan het adres Nijverheidsweg 4b, 3481 MB te Harmelen. Door verweerster is onvoldoende gemotiveerd weersproken de stelling dat voornoemd adres op de website van verzoekster Dakkapel4you vermeld staat.
Daar komt bij dat vanaf het e-mailaccount Dakkapel4you.nl (dat toebehoort aan verzoekster) door mevrouw [naam 4] op 3 juli 2019 een e-mail aan verweerster betreffende de transportopdracht is verzonden. In voornoemde e-mail aan verweerster is een adres genoemd waar de opdracht uitgevoerd moet worden.
Verder is door de curator gerapporteerd dat verzoekster op 16 mei 2019 € 6.500,00 betaald heeft gekregen van Athene Palace Wateringen B.V. Aan dit bedrijf is een omgevingsvergunning afgegeven voor het plaatsen van twee dakkapellen op 16 april 2019. Uit de bij het faillissementsrekest overgelegde facturen van verweerster d.d. 21 mei 2019 volgt dat zij op 13, 14 en 15 mei 2019 ten behoeve van dit adres transport hebben verzorgd.
Verder stelt verzoekster dat zij in het voorjaar van 2019, voorafgaand aan het faillissement op 9 april 2019 de commerciële activiteiten van DKP B.V. heeft overgenomen. DKP B.V. heeft haar activiteiten moeten staken. Dat betekent dat verzoekster sedertdien de activiteiten, waaronder het sluiten van transportovereenkomsten, heeft voort gezet.
De rechtbank is van oordeel dat hieruit volgt dat verzoekster opdrachten heeft gegeven aan verweerster.
Voorts is de rechtbank van oordeel dat sprake is van pluraliteit van schuldeisers nu door verweerster een steunvordering is overgelegd, op grond van een vonnis van 17 december 2019 waaruit blijkt dat verzoekster is veroordeeld tot betaling van € 3.064,38 vermeerderd met de proceskosten. Ook zijn bij de curator, sinds zijn betrokkenheid bij het faillissement, andere schuldeisers bekend geworden.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat is summierlijk gebleken van feiten en omstandigheden die aantonen dat verzoekster verkeert in de toestand van te hebben opgehouden te betalen. De rechtbank zal daarom het verzet ongegrond verklaren.

4.De beslissing

De rechtbank:
- verklaart het verzet ongegrond.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Aukema, rechter, en in aanwezigheid van J. Hillen-Huizer, griffier, in het openbaar uitgesproken op 24 december 2020. [1]
De griffier is buiten staat
dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Tegen deze uitspraak kan degene aan wie de Faillissementswet dat recht toekent, gedurende acht dagen na de dag van deze uitspraak, hoger beroep instellen. Het hoger beroep kan uitsluitend door een advocaat worden ingesteld bij een verzoekschrift, in te dienen ter griffie van het gerechtshof dat van deze zaak kennis moet nemen.