Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 28 april 2020, met producties 1 tot en met 14;
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens van eis in voorwaardelijke reconventie, met producties 1 tot en met 3;
- de conclusie van antwoord in voorwaardelijke reconventie, met producties 15 en 16;
- nadere producties 4 en 5 van CGI;
- de brief van de rechtbank van 24 juni 2020 waarmee partijen zijn opgeroepen voor een mondelinge behandeling;
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 23 september 2020;
- het email-bericht van 6 oktober van CGI met een reactie op het proces-verbaal.
2..De feiten
- this signature page;
- the General terms and conditions for Software Supply Service Corner TandC’s Sept 2016 [hierna: algemene voorwaarden, opmerking rechtbank];
- the Proposal ServiceCorner v.25 [hierna: proposal, opmerking rechtbank];
- the SLA;
- the Propriety Software License Service Corner.
8 Price and payment
(…)
8.3 If the Client fails to pay any sum due under this Agreement the Client is in default (“verzuim”). In such event
6.1 Overall planning
The total duration will be around 5 months of work.
Invoicing between parties will start on the first day of acceptance and signing of the contract (received contract with signature at CGI’s side). All other invoicing will be done upfront for each phase according to the following schedule:
1. Analysis Phase 20%
(…)
(…)
Graag ontvangen wij hier een creditnota voor omdat deze op [naam eiseres] verstuurd moet worden en niet op [naam bedrijf] .
- Oorspronkelijke nota crediteren
- Gegevens aanpassen
- Nieuwe factuur sturen”
Milestone #1: Solution Design (20% van het totaal)
# Action Who When / Status(…)
bank guarantee”
Zou jij zo vriendelijk willen zijn om de complete ondertekende PM en het solution design toe te willen sturen (digitaal)
“Zit in een meeting, maar ik kan je vertellen dat van de week we de bankgarantie wel geregeld hebben. De kosten hiervoor vallen mee.”
Werkzaamheden:(…)
Issues en aandachtspunten:
€ 49.852,- inclusief btw en vervaldatum 1 juli 2017. De respectieve facturen vermelden verder, voor zover van belang het volgende:
Milestone #2: Afronding fase Analyse (20% van het totaal)
Van 09-01-2017 t/m 24-06-2017
(…)
Betaaltermijn: Netto binnen 30 dagen”
Milestone #3: Coordinatie (ATM – Acquirer / Processor_(20% van het totaal)
(…)
€ 149.872,09, zijnde de som van de drie facturen, vermeerderd met vertragingsrente.
Tevens is [naam eiseres] niet voornemens CGI te betalen voor het werk dat CGI in de afgelopen maanden (Factuur EU1650087548 & EU1650087549) heeft uitgevoerd.
3..Het geschil
In conventie
€ 99.704,-, welk bedrag CGI onder zich heeft, uitsluitend voor het geval in rechte komt vast te staan dat CGI voor wat betreft de twee facturen d.d. 1 juni 2017, de bankgarantie niet had mogen aanspreken, met veroordeling van [naam verweerster] in de kosten van de procedure.
4..De beoordeling
In conventie
NJ2015/351 (
ABN AMRO/Rabobank)). Uit de aard en functie van de abstracte bankgarantie vloeit ook voort dat bij de uitleg daarvan groot gewicht toekomt aan de strikt te lezen bewoordingen van de garantie (eveneens
ABN AMRO/Rabobanken HR 14 december 2018, ECLI:NL:HR:2018:2297,
NJ2019/19 (
Rabobank/Rollecate)). Indien het betalingsverzoek voldoet aan de in de bankgarantie gestelde voorwaarden, dan is de bank, behoudens specifieke uitzonderingsgevallen waarin de redelijkheid en billijkheid anders vergt, zoals bedrog of willekeur, gehouden te betalen.
milestone, die in artikel 8.2 van het proposal is opgenomen, te weten de “
Analysis Phase”, volgens het weekoverzicht en het Milestone-overzicht op 23 juni 2017 is afgerond. De betreffende werkzaamheden waren gefactureerd in de tweede factuur. CGI heeft voorts gemotiveerd gesteld dat de vierde
milestonedie in artikel 8.2 van het proposal is genoemd, te weten “
Project Management”, op 9 juni 2017 is afgerond en opgeleverd, welke werkzaamheden waren gefactureerd in de derde factuur. CGI wijst in dit kader voorts op de onder 2.19 weergegeven email van CGI aan de stuurgroep leden waarin CGI schrijft dat twee facturatiemijlpalen na 30 juni 2017 komen te liggen. Deze mededeling onderbouwt het verweer dat de eerste drie mijlpalen voor 30 juni 2017 waren afgerond. CGI wijst er tot slot op dat de weekoverzichten waren opgenomen in de wekelijkse stuurgroepverslagen, waar [naam 4] , die als afgevaardigde voor Payment Factory door [naam eiseres] ter beschikking is gesteld, deel van uit maakte. Volgens CGI hebben [naam 4] , noch een ander lid van de stuurgroep, bezwaren geuit tegen de juistheid van de planning, zoals opgenomen in de stuurgroepverslagen. Gelet op dit gemotiveerde verweer van CGI had het op de weg van [naam eiseres] gelegen om concrete feiten en omstandigheden aan te voeren ter onderbouwing van de juistheid van haar stelling dat de gefactureerde werkzaamheden niet zijn verricht, althans zijn afgerond. Hieraan heeft [naam eiseres] echter niet voldaan. Zij stelt – kort samengevat – enkel dat uit de door CGI overgelegde stukken niet kan worden afgeleid dat werkzaamheden zijn uitgevoerd nu dit enkel prognoses zijn. [naam eiseres] geeft echter geen verdere onderbouwing waaruit kan worden afgeleid dat de werkzaamheden van de tweede en derde factuur niet zijn verricht door CGI. Haar stelling zal daarom als onvoldoende gemotiveerd gehandhaafd worden gepasseerd. De rechtbank zal er dan ook in rechte van uitgaan dat [naam eiseres] de in de tweede en derde factuur gefactureerde bedragen verschuldigd was.
to stop work’ ingeval van het niet-nakomen van de betalingsverplichtingen van haar cliënt. Dat artikel laat echter andere “
rights and remedies” onverlet. CGI heeft ter zitting aangevoerd dat in dat geval artikel 7:408 BW van toepassing zou zijn, hetgeen [naam eiseres] bij dagvaarding ook heeft gesteld zodat daarover kennelijk geen verschil van mening bestaat.
€ 3.414,00(2 punten × tarief V € 1.707,00)