Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de meervoudige kamer van 8 november 2019 in de zaken tussen
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep van eiseres ongegrond;
- verklaart het beroep van eisers ongegrond.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 8 november 2019 uitspraak gedaan in een geschil over de toekenning van bijstand op basis van de Participatiewet. Eiseres, de grootmoeder van de kinderen, had aanvragen om bijstand ingediend voor haarzelf en haar kleinkinderen. De gemeente Rotterdam had eerder de aanvragen afgewezen, maar na bezwaar werd aan eiseres bijstand toegekend als gift. De kinderen kregen echter geen bijstand, omdat de gemeente stelde dat er geen procesbelang was, aangezien de grootmoeder al bijstand ontving.
Eiseres en de kinderen hebben beroep ingesteld tegen de besluiten van de gemeente. Tijdens de zitting op 18 april 2019 is het onderzoek geschorst, omdat de gemeente bereid was eerdere besluiten te heroverwegen. Uiteindelijk heeft de gemeente alsnog bijstand toegekend aan de oudste kleinkinderen, maar eiseres was van mening dat de bijstand te laag was en dat er recht was op bijstand met terugwerkende kracht.
De rechtbank oordeelde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die het rechtvaardigden om bijstand met terugwerkende kracht toe te kennen. De rechtbank stelde vast dat eiseres niet tijdig een aanvraag had ingediend en dat de door haar aangevoerde omstandigheden niet als bijzonder konden worden aangemerkt. De beroepen van eiseres en de kinderen werden ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.