ECLI:NL:RBROT:2019:3309

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
26 maart 2019
Publicatiedatum
25 april 2019
Zaaknummer
10/691114-12
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde met psychische stoornissen

Op 26 maart 2019 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde, die in de inrichting De Woenselse Poort te Eindhoven verblijft. De terbeschikkingstelling was oorspronkelijk gelast ter zake van diefstal, voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen personen, en is op 11 april 2013 ingegaan. De rechtbank had de terbeschikkingstelling voor het laatst verlengd op 11 april 2017 met twee jaar. Op 15 februari 2019 heeft het openbaar ministerie een vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling ingediend, waarop de rechtbank op 26 maart 2019 een openbare zitting heeft gehouden.

Tijdens deze zitting zijn de ter beschikking gestelde, zijn raadsman mr. D.W.H.M. Wolters, en deskundige M.W.J. de Haas gehoord. Het advies van de inrichting, gedateerd 4 februari 2019, adviseerde om de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, gezien de psychotische stoornis en antisociale persoonlijkheidsstoornis van de ter beschikking gestelde, alsook het risico op herhaling van gewelddadig gedrag. De officier van justitie heeft eveneens geconcludeerd tot verlenging, terwijl de ter beschikking gestelde zich hiertegen heeft verzet.

De rechtbank heeft op basis van het advies van de inrichting en de verhandelingen ter zitting geoordeeld dat de veiligheid van anderen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar wordt verlengd. De ter beschikking gestelde vertoont nog steeds een gebrekkige ontwikkeling van geestvermogens en is kwetsbaar, met onvoldoende copingvaardigheden. De rechtbank heeft besloten de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, ondanks dat de totale duur van de maatregel daarmee vier jaar overschrijdt, omdat de maatregel is opgelegd ter zake van een misdrijf dat gevaar veroorzaakt voor anderen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 2
Parketnummer: 10/691114-12
Datum uitspraak: 26 maart 2019
Beslissing van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, met betrekking tot de terbeschikkingstelling van
[naam ter beschikking gestelde], (de ter beschikking gestelde),
geboren te [geboorteplaats ter beschikking gestelde] op [geboortedatum ter beschikking gestelde] ,
(formeel) verblijvende in De Woenselse Poort te Eindhoven (de inrichting),
raadsman mr. D.W.H.M. Wolters, advocaat te Hoofddorp.

1.Procesverloop

Bij vonnis van deze rechtbank is de terbeschikkingstelling van [naam ter beschikking gestelde] gelast en is zijn verpleging van overheidswege (dwangverpleging) bevolen.
De terbeschikkingstelling is gelast ter zake van - kort gezegd - diefstal, voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen personen. De termijn van de terbeschikkingstelling is aangevangen op 11 april 2013.
Op 11 april 2017 heeft deze rechtbank de terbeschikkingstelling laatstelijk verlengd met twee jaar.
De rechtbank heeft op 15 februari 2019 van het openbaar ministerie ontvangen een vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling (artikel 38d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht). Bij die vordering zijn de vereiste stukken gevoegd.
De vordering is op de openbare zitting van 26 maart 2019 behandeld. Officier van justitie, mr. C.A.M. de Jong, de ter beschikking gestelde, bijgestaan door zijn raadsman, en deskundige M.W.J. de Haas, werkzaam bij de inrichting, zijn gehoord.

2.Advies van de inrichting

Het advies gedateerd 4 februari 2019 luidt de termijn van de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaar.
Bij de ter beschikking gestelde is sprake van een psychotische stoornis en een antisociale persoonlijkheidsstoornis. Verder is de ter beschikking gestelde bekend met het gebruik van drugs, wat leidt tot een toename van de psychotische kenmerken. De kans op herhaling van gewelddadig gedrag zal langdurig hoog blijven als een duidelijke externe structuur voor de ter beschikking gestelde ontbreekt. Om het recidiverisico te verlagen is het van belang dat de huidige bejegening en behandeling worden voortgezet waarbij geleidelijk aan meer vrijheden aan de ter beschikking gestelde kunnen worden verleend. De verblijfscontext is daarbij essentieel om het recidivegevaar beperkt te houden. Het huidige risicomanagement wordt als adequaat en verantwoord beschouwd.

3.Standpunt van partijen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar.
Standpunt van de ter beschikking gestelde
De ter beschikking gestelde heeft zich verzet tegen verlenging van (de termijn van) de terbeschikkingstelling. De raadsman heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.

4.Beoordeling

Op grond van het advies van de inrichting komt de rechtbank tot de volgende oordelen:
  • Er is nog steeds sprake van een gebrekkige ontwikkeling van en ziekelijke stoornis in de geestvermogens van de ter beschikking gestelde;
  • De veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar wordt verlengd.
De ter beschikking gestelde is nog altijd kwetsbaar en beschikt over onvoldoende copingvaardigheden, ook wanneer hij geen drugs gebruikt raakt de ter beschikking gestelde snel overprikkeld. In de afgelopen periode heeft de ter beschikking gestelde een forse terugval gehad, waardoor het verlofkader dat hij had verworven, is ingetrokken. Er ligt nog geen nieuwe verlofmachtiging en als die machtiging weer wordt verleend, moet het verlof weer met kleine stapjes worden opgebouwd. De inrichting verwacht hier nog geruime tijd voor nodig te hebben. Gelet hierop ziet de rechtbank geen aanleiding om af te wijken van de hoofdregel om de maatregel met twee jaar te verlengen. Daarbij kan wel worden opgemerkt dat uit het verhandelde ter zitting is gebleken dat de ter beschikking gestelde inmiddels op de goede weg is en dat de rechtbank hoopt dat hij deze positief ingezette lijn kan vasthouden en voortzetten.
De totale duur van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging gaat daarmee een periode van vier jaar te boven. Verlenging is niettemin mogelijk, omdat de maatregel is opgelegd ter zake van een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor een of meer personen, te weten - kort gezegd - diefstal, voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen personen.

5.Beslissing

De rechtbank:
verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met
2 (twee) jaar.
Deze beslissing is gegeven door
mr. B.E. Dijkers, voorzitter,
en mrs. J. Fransen en F.J. Koningsveld, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. V.E. Scholtens griffier,
en is in het openbaar uitgesproken.
Tegen deze beslissing kan het openbaar ministerie binnen veertien dagen na de uitspraak en de ter beschikking gestelde binnen veertien dagen na betekening daarvan beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.