Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
[gedaagde 2],
[gedaagde 3],
1.De procedure
- de dagvaarding van 13 juli 2018 met producties;
- de incidentele conclusie tot oproeping in vrijwaring, tevens conclusie van antwoord met producties;
- de conclusie van antwoord in het incident;
- het vonnis in het incident van 24 oktober 2018;
- de brief van de rechtbank van 9 januari 2019 waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- de comparitieaantekeningen van [gedaagde 1] ;
- het proces-verbaal van comparitie van 21 februari 2019.
Onderzoeksplicht
Gebruiksoppervlakten
De taxateur komt, zelfs na nacalculatie (zie bericht) niet verder dan 137m2 woonoppervlakte. Echter hebben wij vanaf het begin uit de beschrijving op zowel Funda als jullie eigen rapport de veronderstelling dat wij iets kopen met 164m2 woonoppervlakte. Hier hebben wij ook ons bod op uitgebracht. […]”.
Meetcertificaat Branche Brede Meetinstructie” van 12 maart 2015, opgesteld door [naam] (hierna: [naam] ), staat – voor zover relevant – het volgende:
Bij deze ontvangt u het BBMI-rapport (gebaseerd op NEN2580) van de [adres] Heukelum . Zie bijlage.
te zijn aan de m2’s van ‘Gebruiksoppervlakte Wonen’.
3.Het geschil
€ 535.000,- heeft betaald. Dit is een marktconforme prijs. Bij bekendheid met de juiste oppervlakte zou [eiser 1] c.s. de woning toch hebben gekocht. Ook is niet aannemelijk dat [eiser 1] c.s. in dat geval een lagere prijs zou hebben betaald. [eiser 1] c.s. heeft nooit gesproken over het aantal vierkante meters, hij heeft geen serieuze poging gedaan om de koop ongedaan te maken of de voorwaarden te wijzigen voor de levering en de verkopers zouden niet akkoord zijn gegaan met een lagere prijs. [gedaagde 1] heeft ook betwist dat sprake is van causaal verband tussen het vermelden van de onjuiste oppervlakte en de gestelde schade.
4.De beoordeling
Onrechtmatig handelen door [gedaagde 1] ?
De makelaar heeft een zorgplicht om relevante informatie met betrekking tot het object waarvoor de opdracht is ontvangen, kenbaar te maken en op juistheid te onderzoeken. De overeengekomen branchestandaarden zoals de Meetinstructie Woningen […] worden gebruikt”. De Meetinstructie is opgesteld door onder andere VBO Makelaar, op basis van de norm NEN 2580 en heeft als doel te zorgen voor uniformiteit en transparantie bij het meten van woningen. In de door [eiser 1] c.s. aangehaalde uitspraak van het Tuchtcollege Makelaardij Nederland van 26 mei 2015 (zaaknummer 15-027) staat “
[…] dat sinds de verplichtstelling van de meetinstructie door brancheorganisaties voor makelaars als VBO Makelaar, zoals ook blijkt uit artikel 17 van de Beroeps- en Gedragscode Vereniging VBO Makelaar, een consument er op mag vertrouwen dat de door een VBO makelaar opgegeven (totale) grootte correct is.” Uit de inhoud van de Beroeps- en Gedragscode en de uitspraak van het Tuchtcollege kan worden afgeleid dat (ook) VBO-makelaars verplicht zijn de Meetinstructie toe te passen en dat aspirant-kopers er in beginsel op mogen vertrouwen dat de opgegeven gebruiksoppervlakte in overeenstemming met de Meetinstructie is opgemeten en correct is. Zoals de Hoge Raad in zijn uitspraak van 13 juli 2018 heeft overwogen, kan dit anders zijn als er voor de aspirant-koper op grond van de omstandigheden van het geval aanleiding was om te twijfelen aan de juistheid van de opgegeven oppervlakte. De stelplicht en zo nodig de bewijslast van deze omstandigheden rusten op de VBO-makelaar.
5.De beslissing
17 april 2019voor het nemen van een akte door beide partijen waarin zij zich uitlaten over het aangekondigde deskundigenbericht (rechtsoverwegingen 4.15 en 4.16);