Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 3 december 2018 in de zaak tussen
[eiseres] , te [plaats] , eiseres,
thans de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder,
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 3 december 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door mr. F.Th.M. Peters, en de Staatssecretaris van Economische Zaken, thans de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, vertegenwoordigd door mr. ing. H.D. Strookman. Eiseres kreeg een boete van € 1.500,- opgelegd vanwege een overtreding van de Wet dieren, specifiek voor het veroorzaken van ernstig letsel bij kuikens tijdens het vangen en vervoeren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de toezichthouder van de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) op 12 oktober 2016 ernstige letsels heeft geconstateerd bij kuikens in een slachthuis, wat leidde tot de boete. Eiseres voerde aan dat de toegepaste vangmethode niet onrechtmatig was en dat de percentages letsel niet representatief waren. De rechtbank oordeelde echter dat de bevindingen van de toezichthouder voldoende bewijs boden voor de opgelegde boete. De rechtbank concludeerde dat eiseres verantwoordelijk was voor de onnodige pijn en het letsel van de kuikens en verklaarde het beroep ongegrond. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van dierenhouders voor het welzijn van hun dieren en de naleving van de relevante wetgeving.