Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
Gemeente Rotterdam,
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
ernstigverwijtbaar. [verweerder] brengt niets naar voren om daar in dit geval anders over te oordelen.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 31 augustus 2018 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de Gemeente Rotterdam en de werknemer, aangeduid als [verweerder]. De gemeente heeft de ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzocht op grond van ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer, die op 21 december 2017 zijn meewerkend voorman naar de keel heeft gegrepen en deze dichtgeknepen heeft. Dit incident volgde op een reeks eerdere incidenten van grensoverschrijdend gedrag en werkweigering door de werknemer. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het gedrag van de werknemer onacceptabel was en dat de gemeente in redelijkheid niet kon worden gevergd de arbeidsovereenkomst voort te laten duren. De kantonrechter heeft het verzoek van de gemeente om de arbeidsovereenkomst te ontbinden op de primaire grond van ernstig verwijtbaar handelen toegewezen. De arbeidsovereenkomst is ontbonden per 1 oktober 2018, waarbij is bepaald dat de werknemer geen recht heeft op een transitievergoeding vanwege zijn ernstig verwijtbare handelen. De kosten van de procedure zijn voor beide partijen.