ECLI:NL:RBROT:2018:8790

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 oktober 2018
Publicatiedatum
25 oktober 2018
Zaaknummer
10/750130-16
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Partieel nietige dagvaarding en vrijspraak in mensenhandelzaak

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 23 oktober 2018 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van mensenhandel. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding partieel nietig was vanwege een onduidelijke zinsnede die niet voldeed aan de eisen van artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering. De verdachte werd vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten, omdat de rechtbank niet kon vaststellen dat er sprake was van een oogmerk tot uitbuiting. De slachtoffers bevonden zich in een kwetsbare positie, maar de rechtbank oordeelde dat de verdachte niet had gehandeld met het oogmerk van uitbuiting. De officier van justitie had een gevangenisstraf van 24 maanden geëist, maar de rechtbank oordeelde dat de bewijsvoering onvoldoende was om tot een veroordeling te komen. De benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, omdat er geen straf of maatregel aan de verdachte was opgelegd. De rechtbank concludeerde dat de dagvaarding voor het overige geldig was, maar dat de verdachte niet wettig en overtuigend was bewezen van de tenlastegelegde feiten.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer: 10/750130-16
Datum uitspraak: 23 oktober 2018
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte],
geboren te [geboorteplaats verdachte] ( [geboorteland verdachte] ) op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
raadsman mr. E. Manders, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzittingen

Gelet is op het onderzoek op de terechtzittingen van 8 en 9 oktober 2018.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding, zoals deze op de terechtzitting van 8 oktober 2018 overeenkomstig de vordering van de officier van justitie is gewijzigd. De tekst van de gewijzigde tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. M. Blom heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder 1 primair tenlastegelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden met aftrek van het voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar, met de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering. Daarnaast vordert de officier van justitie oplegging van de maatregel van artikel 38v Sv, zijnde een contactverbod met [naam slachtoffer 1] voor de duur van 2 jaren met twee weken hechtenis per overtreding van dit verbod, voor de maximale duur van zes maanden.

4.Geldigheid dagvaarding

4.1.
Standpunt van de verdediging
De verdediging is van mening dat de dagvaarding ten aanzien van de zinsnede “en/of één of meer ander(en) onbekend gebleven perso(o)n(en)” te onbepaald is, waardoor de verdediging zich hiertegen onvoldoende kan verweren. Dit onderdeel van de tenlastelegging voldoet niet aan de eisen van artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering. De dagvaarding dient om die reden partieel nietig te worden verklaard.
4.2.
Standpunt van de officier van justitie
Het verweer van de verdediging kan niet slagen, omdat uit het dossier blijkt dat er mogelijk sprake is van andere, al dan niet onbekend gebleven, slachtoffers. De door de verdediging betwiste zinsnede is om die reden voldoende feitelijk.
4.3.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat de verdachte met de wijziging tenlastelegging uitsluitend nog een verwijt wordt gemaakt betreffende de slachtoffers [naam slachtoffer 2] en [naam slachtoffer 1] . Van andere slachtoffers die uit het dossier naar voren komen zijn de namen bekend en deze zijn niet (meer) in de dagvaarding opgenomen. De rechtbank is van oordeel dat - ook bezien in het licht van de inhoud van het dossier - de aanduiding “en/of één of meer ander(en) onbekend gebleven perso(o)n(en)” onvoldoende specifiek en feitelijk is en wel zodanig dat het voor de verdachte niet duidelijk is waartegen men zich dient te verweren. Daarmee voldoet deze zinsnede niet aan de eisen die in artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering aan de dagvaarding worden gesteld. De dagvaarding zal in zoverre nietig worden verklaard.
4.4.
Conclusie
De dagvaarding is partieel nietig ten aanzien van de zinsnede “en/of één of meer ander(en) onbekend gebleven perso(o)n(en)”.

5.Waardering van het bewijs

5.1.
Vrijspraak
5.1.1.
Standpunt van de officier van justitie
Zoals de verdachte zelf ook heeft verklaard, heeft zij een rol gespeeld in de prostitutiewerkzaamheden van de twee slachtoffers, namelijk het beheren van de advertenties en het opnemen van de telefoon wanneer klanten belden. Zij heeft daarmee handelingen zoals bedoeld in artikel 273f Wetboek van Strafrecht (Sr) verricht.
Deze handelingen leveren een overtreding van artikel 273f, eerste lid, sub 1, 4 en 9 Sr op, omdat er met het oogmerk van uitbuiting gebruik is gemaakt van dwangmiddelen, namelijk misbruik van de kwetsbare positie van de slachtoffers en het uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht. De aard van het werk in de prostitutie levert per definitie een situatie van uitbuiting op indien er sprake is van dwang.
Ook is door de verdachte opzettelijk voordeel getrokken uit de uitbuiting van [naam slachtoffer 2] en [naam slachtoffer 1] (artikel 273f, eerste lid, sub 6 Sr).
5.1.2.
Beoordeling door de rechtbank
Dwangmiddelen
Voor een bewezenverklaring van een tenlastelegging die is geënt op artikel 273f, eerste lid, onderdelen 1, 4, 6 en 9 Sr is vereist dat komt vast te staan dat gebruik is gemaakt van een in het eerste onderdeel van dit wetsartikel genoemd dwangmiddel.
Misbruik van een kwetsbare positie
Met een kwetsbare positie wordt een situatie bedoeld waarin de betrokkene geen andere werkelijke of aanvaardbare keuze heeft dan het misbruik te ondergaan. Een dergelijke situatie kan zich voordoen ten aanzien van personen die uit het buitenland komen, voornamelijk wanneer zij hier illegaal of ongedocumenteerd verblijven. Het gaat om situaties die leiden tot het ontbreken van vrijwilligheid, waartoe ook behoort het ontbreken of de vermindering van de mogelijkheid een bewuste keuze te maken.
De slachtoffers [naam slachtoffer 2] en [naam slachtoffer 1] verbleven ongedocumenteerd in Nederland op het moment dat zij in de prostitutie werkten en contact hadden met de verdachte. Zij bevonden zich in een vreemd land, spraken de Nederlandse taal niet en waren voor hulp afhankelijk van onder meer de verdachte. De beide slachtoffers bevonden zich in een penibele financiële positie en wisten geen andere uitweg dan als prostituee te werken, omdat zij niet op een andere manier geld konden verdienen. Het vinden van illegaal werk was niet mogelijk vanwege hun illegale status. [naam slachtoffer 2] heeft in dat verband aangegeven voor een tomatenkweker te hebben gewerkt op het moment dat zij in de (toenmalige)B9 procedure zat. Het verrichten van dat, of ander legaal werk, was als illegaal persoon echter niet meer mogelijk. Voorts was [naam slachtoffer 1] analfabeet en was hierdoor niet wat de precieze inhoud van de advertenties op internet was.
De rechtbank is gezien deze omstandigheden, in onderlinge samenhang bezien, van oordeel dat de beide genoemde slachtoffers geen reële of aanvaardbare andere keuze hadden dan zich te prostitueren en dat zij zich daarmee in een kwetsbare positie bevonden.
Misbruik uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht
Bij het misbruiken van een uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht is er sprake van een relationele ongelijkheid of van het brengen in een dergelijke situatie van ongelijkheid, waardoor de keuzevrijheid van het slachtoffer is beperkt. Hiervan is volgens de wetgever sprake als een prostituee verkeert of komt te verkeren in een situatie die niet gelijk is aan de omstandigheden waarin een mondige prostituee in Nederland verkeert. Dit criterium omvat in ieder geval dat zij zelf bepaalt waar, wanneer, met wie, onder welke omstandigheden en tegen welke opbrengsten zij werkt.
De verdachte maakte en beheerde de advertenties van de beide slachtoffers en bepaalde de prijzen en de seksuele handelingen die daarin werden aangeboden. Wanneer een afspraak met een klant was gemaakt, belde de verdachte deze door aan de slachtoffers en vertelde de prijs en de afgesproken seksuele handelingen. [naam slachtoffer 2] heeft bij de rechter-commissaris verklaard dat zij zeven dagen per week tussen 10:00 uur ’s ochtends en 00:00 uur ’s nachts werkte en op een dag tussen de vijf en zeven klanten ontving. Tijdens werktijd moest zij paraat staan om mogelijke klanten te ontvangen.
Uit de betreffende advertenties volgt ook dat de vrouwen nagenoeg de gehele dag en avond beschikbaar waren, 7 dagen per week.
Op grond hiervan is rechtbank van oordeel dat de beide slachtoffers niet zelf konden bepalen wie zij als klant ontvingen, hoeveel klanten zij ontvingen op een dag en wanneer zij klanten ontvingen. Daarmee was van een situatie gelijk aan die van een mondige prostituee in Nederland geen sprake. De verdachte heeft met haar handelen bijgedragen aan het ontstaan en de instandhouding van deze situatie, waarmee zij in zoverre misbruik heeft gemaakt van het overwicht dat door de feitelijke verhoudingen bestond.
Artikel 273f, eerste lid, sub 1, 4 en 6 Wetboek van Strafrecht
Oogmerk van uitbuiting
In het dossier bevinden zich aanwijzingen dat de verdachte zich bezig heeft gehouden met prostitutie, zoals zij zelf ook bij de rechter-commissaris en op de zitting heeft verklaard. De verdachte heeft ten aanzien van de beide slachtoffers handelingen verricht, namelijk het beheren van de advertenties op kinky.nl en het opnemen van de telefoon om potentiële klanten te woord te staan.
De handelingen van de verdachte, als hiervoor omschreven, zijn evenwel alleen te kwalificeren als mensenhandel indien deze, in samenhang met één of meer dwangmiddelen, zijn verricht met ‘het oogmerk tot uitbuiting’. Ten aanzien van sub 4 dient in dat verband te worden opgemerkt dat op grond van jurisprudentie van de Hoge Raad [1] uitbuiting in dit onderdeel moet worden ingelezen.
De uitbuiting behoeft zich niet daadwerkelijk te hebben gerealiseerd, het bestaan van het oogmerk daartoe is voldoende voor een bewezenverklaring.
De beide slachtoffers bevonden zich naar eigen zeggen ten aanzien van de verdachte niet in een dwangsituatie, zij werden enkel door haar geholpen.
[naam slachtoffer 1] heeft verklaard dat zij in de prostitutie werkte om geld te verdienen om haar schuld bij “ [naam 1] ” af te betalen. Het geld dat zij verdiende ging dan ook naar deze [naam 1] en niet naar de verdachte. De verdachte heeft haar geholpen bij het verdienen van dit geld en werd enkel betaald voor de door haar gemaakte onkosten.
[naam slachtoffer 2] heeft aangegeven bij de verdachte te hebben gewoond en door haar te zijn geholpen bij haar werk in de prostitutie. Het geld dat zij verdiende hield zij voor zichzelf, op een klein bedrag na, dat zij aan de verdachte gaf als vergoeding voor het gebruik van haar telefoon.
Gelet op de verklaringen van de beide slachtoffers en de verklaringen van de verdachte, is de rechtbank - temeer nu zij ook overigens in het dossier onvoldoende bewijs voor het tegendeel heeft kunnen vinden - van oordeel dat van een oogmerk tot uitbuiting bij de verdachte geen sprake was.
Artikel 273f, eerste lid, sub 9 Wetboek van Strafrecht
Uit het dossier blijkt niet dat de verdachte voordeel heeft genoten van de handelingen die zij ten aanzien van de slachtoffers [naam slachtoffer 2] en [naam slachtoffer 1] verrichtte. Ook door de slachtoffers is bij de rechter-commissaris verklaard dat zij de verdachte geld gaven om haar onkosten te vergoeden en haar slechts een enkele keer, vrijwillig, wat extra gaven.
Medeplegen
Medeplegen vereist een voldoende bewuste en nauwe samenwerking. Dit is slechts het geval indien de bewezenverklaarde intellectuele en/of materiële bijdrage van de verdachte aan het delict van voldoende gewicht is. Omstandigheden die hierbij een rol kunnen spelen zijn onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict, het belang van de rol van de verdachte en diens aanwezigheid op belangrijke momenten.
[naam slachtoffer 2]
Uit het dossier volgt niet dat de verdachte de handelingen voor slachtoffer [naam slachtoffer 2] in samenwerking met anderen verrichtte.
De “begeleiding” van de slachtoffers door de verdachte is op enig moment overgenomen door medeverdachte [naam medeverdachte 1] . Dat is gebeurd toen [naam slachtoffer 2] hem op een feestje had ontmoet en de verdachte had aangegeven met het werk te willen stoppen. Zij heeft zich vervolgens teruggetrokken. Volgens haar eigen verklaring heeft de verdachte evenwel, ook nadat zij zich had teruggetrokken, wel eens met [naam medeverdachte 1] gebeld om klanten voor haar te regelen als er geen klanten kwamen en zij wel huur moest betalen. Blijkens het dossier heeft zij ook op enig moment aan [naam medeverdachte 1] gevraagd geen klanten meer naar haar te sturen omdat [naam slachtoffer 2] het werk niet aankon vanwege een drankprobleem. De rechtbank ziet zich daarmee voor de vraag gesteld of - mede die omstandigheden in aanmerking genomen - er na de genoemde overdracht van de begeleiding van de verdachte naar [naam medeverdachte 1] wel sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en [naam medeverdachte 1] en/of anderen. De rechtbank is van oordeel dat een dergelijke samenwerking - gelet op de eisen die daaraan in de jurisprudentie worden gesteld - niet kan worden vastgesteld. Daarvoor zijn de interventies van de verdachte te incidenteel.
[naam slachtoffer 1]
Uit het dossier blijkt niet dat het door [naam slachtoffer 1] verdiende geld naar een ander dan de door haar genoemde [naam 1] en/of [naam 2] ging. Voorts komt de rechtbank op dezelfde gronden als bij [naam slachtoffer 2] tot het oordeel dat van een nauwe en bewuste samenwerking van de verdachte met deze personen of anderen niet kan worden gesproken, zodat ook ten aanzien van dit slachtoffer medeplegen niet bewezen kan worden verklaard.
Medeplichtigheid
Mede gelet op hetgeen hierboven is overwogen, is de rechtbank voorts van oordeel dat zich in het dossier onvoldoende bewijs voor de subsidiair tenlastegelegde medeplichtigheid bevindt.
5.1.3.
Conclusie
Het tenlastegelegde is niet wettig en overtuigend bewezen. De verdachte wordt daarvan vrijgesproken.

6.Vordering benadeelde partij

Als benadeelde partij heeft zich in het geding gevoegd [naam benadeelde] , bij de gemachtigde mr. A. Koopsen, advocaat te Alkmaar. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 19.200,00 aan materiële schade en een vergoeding van € 10.000,00 aan immateriële schade.
De benadeelde partij zal in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, nu aan de verdachte geen straf of maatregel is opgelegd en artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht geen toepassing heeft gevonden. In deze procedure wordt over de gevorderde schadevergoeding geen inhoudelijke beslissing genomen.
Nu de benadeelde partij niet-ontvankelijk zal worden verklaard, zal deze worden veroordeeld in de kosten door de verdachte ter verdediging van de vordering gemaakt, welke kosten tot op heden worden begroot op nihil.

7.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

8.Beslissing

De rechtbank:
verklaart de dagvaarding nietig voor zover het betreft de zinsnede “en/of één of meer ander(en) onbekend gebleven perso(o)n(en)”;
verklaart de dagvaarding voor het overige geldig;
verklaart niet bewezen, dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart de benadeelde partij [naam benadeelde] niet-ontvankelijk in de vordering;
veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt en begroot deze kosten op nihil.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A. Hello, voorzitter,
en mrs. A.A. Kalk en R. Brand, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. drs. M.R. Moraal, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De oudste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst gewijzigde tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
zij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2012 tot en met 13 april 2016 te Leeuwarden, Almere, Enschede, Eindhoven, Helmond, Rotterdam en/of Driebergen en/of elders in Nederland,
(lid 3)
tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen,
(een) ander(en), te weten:
- [naam slachtoffer 2] , en/of
- [naam slachtoffer 1] , en/of
één of meer ander(en) onbekend gebleven perso(o)n(en),
(lid 1 onder 1°)
door dwang, geweld en/of één of meer (andere) feitelijkheden en/of door dreiging met geweld en/of andere feitelijkheden, afpersing, misleiding en/of door misbruik van uit verhoudingen voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van de kwetsbare positie, heeft geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest en/of opgenomen met het oogmerk van uitbuiting van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] ,
en/of
(lid 1 onder 4°)
(telkens) met één of meer van de onder 1° van dit artikel genoemde middelen, die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] heeft gedwongen en/of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid en/of diensten, en/of de onder 1° van dit artikel genoemde omstandigheden enige handeling(en) heeft/hebben ondernomen waarvan zij, verdachte en/of diens mededader(s) wist(en) of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat die genoemde betrokkenen zich daardoor beschikbaar zou(den) stellen tot het verrichten van arbeid en/of diensten,
en/of
(lid 1 onder 6°)
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die genoemde betrokkenen,
en/of
(lid 1 onder 9°)
(telkens) met één of meer van de onder 1° genoemde middelen, die genoemde betrokkenen heeft bewogen haar, verdachte en/of diens mededader(s) te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen met en/of voor een derde,
immers hebben/heeft zij, verdachte, en/of een of meer van diens mededader(s)
­ die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] overgebracht/vervoerd of laten overbrengen/vervoeren en/of hen/haar (vervolgens) ondergebracht in een woning, althans voor hen/haar (een) verblijfplaats(en)/onderdak geregeld of laten regelen, en/of
­ die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] te werk gesteld als prostituee en/of aldaar als prostituee laten werken en/of voor die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] een werkplek geregeld of laten regelen waar zij als prostituee kon werken, en/of
­ (naakt)foto(s) van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] gemaakt en/of laten maken ten behoeve van een advertentie en/of (vervolgens) (een) advertentie(s) met foto's en/of afbeeldingen (van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] ) waarin seksuele handelingen tegen betaling werden aangeboden gemaakt en/of laten maken, en/of die advertentie op internet geplaatst en/of laten plaatsen (www.kinky.nl), en/of
­ de prij(s)(zen) die ter zake van voornoemde seksuele handelingen in die advertentie(s) werd(en) opgenomen bepaald en/of (zonder medeweten van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] ) kortingsacties op die prij(s)(zen) gehouden en/of die prij(s)(zen) (tijdelijk) verlaagd en/of (aldus) de financiële afhankelijkheid en/of het overwicht op die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] vergroot, en/of
­ die advertentie(s) beheerd door die te activeren, op te waarderen, op te hogen, en/of zogezegd omhoog te bellen, en/of (aldus) de financiële afhankelijkheid van en/of het overwicht op die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] vergroot, en/of
­ contact onderhouden met (een) klant(en) die belde(n) naar aanleiding van die advertenties, en/of
­ afspraken met die klant(en) gemaakt over het tijdstip van de (prostitutie)afspraak, en/of de te verrichten seksuele handeling(en) door de prostituee(s) en/of de prijs die daarvoor betaald moest worden, en/af
­ die gemaakte afspraken met de klanten medegedeeld aan die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] , en/of (aldus) bepaald welke seksuele handelingen en/of met welke perso(o)n(en) en/of wanneer die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] (prostitutiewerkzaamheden) diende te verrichten, en/of
­ instructies gegeven en/of laten geven aan die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] , teneinde (de inkomsten uit) de prostitutiewerkzaamheden van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] te controleren, en/of
­ die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] opgedragen het door haar/hen in de prostitutie verdiende geld (gedeeltelijk) aan haar, verdachte en/of diens mededaders) af te geven en/doen afstaan en/of doen afdragen, en/of
­ (aldus) die [naam slachtoffer 2] in een (verder) van hem/hen, verdachte en/of verdachtes mededader(s), afhankelijke positie gehouden, en/of
­ misbruik gemaakt van de kwetsbare positie van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] , en/of
­ (aldus) in een (verder) van verdachte en/of verdachtes mededader(s), afhankelijke en/of kwetsbare positie gebracht/gehouden en/of in (een) positie/situatie(s) gebracht waarin zij zich niet of (te) weinig kon onttrekken aan verdachte en/of verdachtes mededader(s) en/of (aldus) in een zodanige (financiële) situatie gebracht en/of gehouden dat zij voor het verwerven van inkomsten (uit prostitutiewerkzaamheden) (nagenoeg) volledig afhankelijk was/waren van verdachte en/of diens mededader(s);
Subsidiair
[naam medeverdachte 1] en/of [naam medeverdachte 2] en/of [naam medeverdachte 3] en/of (een) (tot op heden onbekend(e) gebleven) perso(o)n(en) in of omstreeks de periode van 14 november 2008 tot en met 13 april 2016 te Eindhoven en/of Helmond, en/of elders in Nederland en/of Marokko,
(lid 3)
tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen,
(een) ander(en), te weten:
- [naam slachtoffer 2] , en/of
- [naam slachtoffer 1]
en één of meer ander(en) onbekend gebleven perso(o)n(en),
(lid 1 onder 1°)
door dwang, geweld en/of één of meer (andere) feitelijkheden en/of door dreiging met geweld en/of andere feitelijkheden, afpersing, misleiding en/of door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van de kwetsbare positie, heeft geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest en/of opgenomen met het oogmerk van uitbuiting van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] ,
en/of
(lid 1 onder 4°)
(telkens) met één of meer van de onder 1° van voornoemde middelen, die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] heeft gedwongen en/of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid en/of diensten, en/of de onder 1° van dit artikel genoemde omstandigheden enige handeling(en) heeft/hebben ondernomen waarvan zij, verdachte en/of diens mededader(s) wist(en) of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] zich
daardoor beschikbaar zou(den) stellen tot het verrichten van arbeid en/of diensten,
en/of
(lid 1 onder 6°)
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] ,
en/of
(lid 1 onder 9°)
(telkens) met één of meer van de onder 1° voornoemde middelen, die genoemde [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] heeft bewogen hem, verdachte en/of diens mededader(s) te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen met en/of voor een derde,
immers heeft/hebben/is/zijn die (een) (tot op heden onbekend(e) gebleven) perso(o)n(en) toen aldaar
­ een reis voor die [naam slachtoffer 1] geregeld en/of georganiseerd van vanuit Lagos, Nigeria, naar Spanje, Frankrijk, België en/of Nederland, althans Europa, en/of
­ de kosten van die reis/reizen voorgeschoten en/of betaald, en/of
­ die [naam slachtoffer 1] mishandeld door haar tegen het lichaam te slaan en/of te stompen, en/of
­ het paspoort van die [naam slachtoffer 1] ingenomen, en/of
­ een (vals) paspoort gemaakt/laten maken voor die [naam slachtoffer 1] , en/of
­ een voodoo/juju- ritueel voor (in ieder geval) die [naam slachtoffer 1] georganiseerd/laten organiseren en/of,
­ die [naam slachtoffer 1] een belofte (door middel van een voodoo/juju-ritueel) laten afleggen tot het terugbetalen van een (groot) geldbedrag (van ongeveer 65.000 euro), en/of
­ die [naam slachtoffer 1] bedreigd door haar een voodoo/juju-ritueel te laten ondergaan waarbij haar de (ernstige) consequenties (zij zou dood gaan) indien zij de hiervoor genoemde belofte zou verbreken en/of niet zou nakomen, werden voorgehouden, en/of
­ een baan beloofd aan die [naam slachtoffer 1] in Spanje, Frankrijk, België en/of Nederland
­ een baan geregeld voor die [naam slachtoffer 1] (in de prostitutie), en/of
­ die [naam slachtoffer 2] te werk gesteld als prostituee en/of aldaar als prostituee laten werken, en/of
­ die [naam slachtoffer 2] opgedragen het door haar in de prostitutie verdiende geld aan haar af te geven en/doen afstaan en/of doen afdragen, en/of
­ die [naam slachtoffer 2] in contact te brengen met verdachte in Eindhoven, althans Nederland,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf verdachte in of omstreeks de periode van 1 januari 2012 tot en met 13 april 2016 te Leeuwarden, Almere, Enschede, Eindhoven, Helmond, Rotterdam en/of Driebergen en/of elders in Nederland, meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest, immers heeft/hebben/is/zijn verdachte en/of diens mededader(s)
­ die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] overgebracht/vervoerd of laten overbrengen/vervoeren en/of hen/haar (vervolgens) ondergebracht in een woning, althans voor hen/haar (een) verblijfplaats(en) /onderdak geregeld of laten regelen, en/of
­ die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] te werk gesteld als prostituee en/of aldaar als prostituee te laten werken en/of voor die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] een werkplek geregeld of laten regelen waar zij als prostituee kon werken, en/of
­ naaktfoto’s van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] gemaakt en/of laten maken ten behoeve van een advertentie en/of (vervolgens) (een) advertentie(s) met foto’s en/of afbeeldingen (van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] ) waarin seksuele handelingen tegen betalen werden aangeboden gemaakt en/of laten maken, en/of die advertentie op internet geplaatst en/of laten plaatsen (www.kinky.nl) , en/of
­ de prijs(s)(zen) die ter zake van voornoemde seksuele handelingen in die advertentie(s) werd(en) opgenomen bepaald en/of (zonder medeweten van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] ) kortingsacties op die prij(s)(zen) gehouden en/of die prij(s)(zen) (tijdelijk) verlaagd en/of (aldus) de financiële afhankelijkheid en/of het overwicht op die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] vergroot, en/of
  • die advertentie(s) beheerd door die te activeren, op te waarderen, op te hogen, en/of zogezegd ‘omhoog te bellen’, en/of (aldus) de financiële afhankelijkheid van en/of het overwicht op die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] vergroot, en/of
  • contact onderhouden met (een) klant(en) die belde(n) naar aanleiding van die advertenties, en/of
  • afspraken met die klant(en) gemaakt over het tijdstip van de (prostitutie)afspraak en/of de te verrichten seksuele handeling(en) door de prostituee(s) en/of de prijs die daarvoor betaald moest worden, en/of
  • die gemaakte afspraken met de klanten medegedeeld aan die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] , en/of (aldus) bepaald welke seksuele handelingen en/of met welke perso(o)n(en) en/of wanneer die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] (prostitutiewerkzaamheden) diende te verrichten, en/of
  • instructies gegeven en/of laten geven aan die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] , teneinde (de inkomsten uit) de prostitutiewerkzaamheden van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] te controleren, en/of
  • die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] opgedragen het door haar/hen in de prositutie verdiende geld (gedeeltelijk) aan haar, verdachte en/of diens mededader(s) af te geven en/doen afstaan en/of doen afdragen, en/of
  • (aldus) die [naam slachtoffer 2] in een (verder) van hem/hen, verdachte en/of verdachtes mededader(s), afhankelijke positie gehouden, en/of
  • misbruik gemaakt van de kwetsbare positie van die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 1] , en/of
  • (aldus) in een (verder) van verdachte en/of verdachtes mededader(s), afhankelijke en/of kwetsbare positie gebracht/gehouden en/of in (een) positie/situatie(s) gebracht waarin zij zich niet of (te) weinig kon onttrekken aan verdachte en/of verdachtes mededader(s) en/of (aldus) in een zodanige (financiële) situatie gebracht en/of gehouden dat zij voor het verwerven van inkomsten (uit prostitutiewerkzaamheden) (nagenoeg) volledig afhankelijk was/waren van verdachte en/of diens medeader(s).

Voetnoten