Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 7 september 2018 in de zaak tussen
[eiseres] , te [vestigingsplaats] , eiseres,
de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
- De exploitant van het levensmiddelenbedrijf droeg geen zorg voor de uitvoering en de handhaving van één of meer permanente procedures die gebaseerd zijn op de HACCP beginselen. Bij het reinigen en ontsmetten van de bij transport gebruikte voorzieningen heeft de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de hiervoor opgestelde procedure niet gevolgd. Volgens verweerder heeft eiseres daarmee artikel 5, eerste lid, van Verordening 852/2004 overtreden.
- De exploitant van het levensmiddelenbedrijf droeg geen zorg voor de uitvoering en de handhaving van één of meer permanente procedures die gebaseerd zijn op de HACCP beginselen. Bij het reinigen en ontsmetten van de bij transport gebruikte voorzieningen heeft de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de hiervoor opgestelde procedure niet gevolgd. Volgens verweerder heeft eiseres daarmee artikel 5, eerste lid, van Verordening 852/2004 overtreden.
- De exploitant van het levensmiddelenbedrijf droeg geen zorg voor de uitvoering en de handhaving van één of meer permanente procedures die gebaseerd zijn op de HACCP beginselen. Bij het reinigen en ontsmetten van de bij transport gebruikte voorzieningen heeft de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de hiervoor opgestelde procedure niet gevolgd. Volgens verweerder heeft eiseres daarmee artikel 5, eerste lid, van Verordening 852/2004 overtreden.
Nee, want ze zijn schoon, ook de containers die buiten staan. En wij doen het altijd zo.” Op de vraag van de toezichthouder of hij, als de toezichthouder de containers niet had gecontroleerd, zo was weggegaan, antwoordde de chauffeur: “
Ja, ik hoef ze niet meer te controleren.” Enkele minuten later kwam de heer [naam] (chef aanvoer), die met de heftruck de laatste containers op de vrachtauto laadde. De toezichthouder zag dat hij ze ook van buiten ophaalde en vroeg aan de chauffeur of alle containers van buiten zijn gehaald, die daarop antwoordde:
Ja, dat doen we altijd zo. Voordat de medewerkers aanwezig zijn halen we schone containers van buitenop.” De toezichthouder is naar buiten gelopen en zag daar nog een hele stapel lege containers staan en dat de containers niet afgedekt opgestapeld stonden. Uit de verklaring van de medewerker moet volgens de toezichthouder geconcludeerd worden dat de containers de wasplaats gingen verlaten ondanks dat deze niet goed waren gereinigd en ontsmet. De toezichthouder stelde vast dat de toezichthouder van de R&O-plaats de controle ten aanzien van de kwaliteit van reiniging en desinfectie, zoals beschreven in paragraaf 3 van de procedure R&O wasplaats [kenmerk] (versie 4 met datum 24 augustus 2012) van eiseres, niet goed had uitgevoerd, aldus het rapport.
- De exploitant van het levensmiddelenbedrijf droeg geen zorg voor de uitvoering en de handhaving van één of meer permanente procedures die gebaseerd zijn op de HACCP beginselen. Bij het reinigen en ontsmetten van de bij transport gebruikte voorzieningen heeft de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de hiervoor opgestelde procedure niet gevolgd. Volgens verweerder heeft eiseres daarmee artikel 5, eerste lid, van Verordening 852/2004 overtreden.
- De exploitant van het levensmiddelenbedrijf droeg geen zorg voor de uitvoering en de handhaving van één of meer permanente procedures die gebaseerd zijn op de HACCP beginselen. Bij het reinigen en ontsmetten van de bij transport gebruikte voorzieningen heeft de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de hiervoor opgestelde procedure niet gevolgd. Volgens verweerder heeft eiseres daarmee artikel 5, eerste lid, van Verordening 852/2004 overtreden.
- De exploitant van het levensmiddelenbedrijf droeg geen zorg voor de uitvoering en de handhaving van één of meer permanente procedures die gebaseerd zijn op de HACCP beginselen. Bij het reinigen en ontsmetten van de bij transport gebruikte voorzieningen heeft de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de hiervoor opgestelde procedure niet gevolgd. Volgens verweerder heeft eiseres daarmee artikel 5, eerste lid, van Verordening 852/2004 overtreden.
- De exploitant van het levensmiddelenbedrijf droeg geen zorg voor de uitvoering en de handhaving van één of meer permanente procedures die gebaseerd zijn op de HACCP beginselen. Bij het reinigen en ontsmetten van de bij transport gebruikte voorzieningen heeft de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de hiervoor opgestelde procedure niet gevolgd. Volgens verweerder heeft eiseres daarmee artikel 5, eerste lid, van Verordening 852/2004 overtreden.
- De exploitant van het levensmiddelenbedrijf droeg geen zorg voor de uitvoering en de handhaving van één of meer permanente procedures die gebaseerd zijn op de HACCP beginselen. Bij het reinigen en ontsmetten van de bij transport gebruikte voorzieningen heeft de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de hiervoor opgestelde procedure niet gevolgd. Volgens verweerder heeft eiseres daarmee artikel 5, eerste lid, van Verordening 852/2004 overtreden.
- De exploitant van het levensmiddelenbedrijf droeg geen zorg voor de uitvoering en de handhaving van één of meer permanente procedures die gebaseerd zijn op de HACCP beginselen. Bij het reinigen en ontsmetten van de bij transport gebruikte voorzieningen heeft de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de hiervoor opgestelde procedure niet gevolgd. Volgens verweerder heeft eiseres daarmee artikel 5, eerste lid, van Verordening 852/2004 overtreden.
De heftruck wordt bereden door de chauffeur van de vrachtwagen en hij is nietbekend met het protocol van het bedrijf.” Op de vraag van de toezichthouder of de heer [naam] zelf wel bekend is met het R&O protocol, antwoordde hij bevestigend. De toezichthouder stelde vast dat de container vanuit het buitenterrein op de vrachtwagen werd geladen zonder dat deze goed was gedesinfecteerd. Hieruit bleek dat de toezichthouder van de R&O-plaats de controle ten aanzien van de kwaliteit van reiniging en desinfectie, zoals beschreven in hoofdstuk 3 van de procedure R&O wasplaats [kenmerk] (versie 4 met datum 24 augustus 2012) eiseres, niet goed had uitgevoerd, aldus het rapport.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het met een besluit gelijk te stellen niet tijdig nemen van een besluit;
- vernietigt het bestreden besluit voor zover dat ziet op de hoogte van de dwangsom;
- bepaalt dat verweerder aan eiseres een dwangsom van € 11.340,- is verschuldigd;
- vernietigt het bestreden besluit voor zover dat ziet op boetezaak 201702514 en bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van dit vernietigde deel van het bestreden besluit;
- herroept het primaire besluit van 2 juni 2017 in boetezaak 201702514;
- laat het bestreden besluit voor zover dat ziet op de overige boetezaken in stand;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 540,08.