Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
[gedaagde 3],
[gedaagde 4],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 1 november 2017 (hierna ook aangeduid als ‘tussenvonnis II’), alsmede de daaraan ten grondslag liggende stukken,
- de conclusie na tussenvonnis II tevens akte houdende aanvulling van eis van Lionex c.s., met producties 314 tot en met 329,
- de antwoordconclusie na tweede tussenvonnis van [gedaagden] , met producties 224 tot en met 233,
- de akte van Lionex c.s., met productie 330,
- de antwoordakte van [gedaagden] ,
- het rolbericht van Lionex c.s. van 9 maart 2013, waarin bezwaar wordt gemaakt tegen de antwoordakte van [gedaagden] voor zover het de randnummers 1 tot en met 48 betreft,
- de reactie hierop van [gedaagden] van 9 maart 2018 en – in vervolg daarop – de faxberichten van Lionex c.s. en [gedaagden] van 12 respectievelijk 13 maart 2018,
- de rolbeslissing van 21 maart 2018, waarin is vermeld dat – kort gezegd – de antwoordakte van [gedaagden] zal worden toegelaten, met uitzondering van hetgeen buiten de reikwijdte van de toegelaten akte valt.
2.De verdere beoordeling
Eiswijziging
Overig(zie 3.1 van het tussenvonnis van 21 september 2017; hierna ook aangeduid als tussenvonnis I) thans aldus luidt:
tort of conspiracy, waarbij gebruik is gemaakt van
unlawful meansin het kader van de
agreementmet
intention to injureop het gebied van het overnemen van werknemers (a), het overnemen van klanten (b) en het schaden van de relatie met de bank (f).
tort of conspiracyvoortvloeiende schade moeten vergoeden. De rechtbank heeft partijen in de gelegenheid gesteld een nader debat te voeren over de hoogte van de schade en over de vraag in hoeverre de afzonderlijke gedaagden hoofdelijk moeten worden veroordeeld tot vergoeding van de schade. Voor het nadere schadedebat heeft de rechtbank in 2.54 van het tussenvonnis van 1 november 2017 enkele uitgangspunten geformuleerd.
unlawful meansin het kader van de
agreementen de
intention to injurebewezen zijn. De rechtbank heeft in tussenvonnis II niet alleen geoordeeld dat sprake is van het ‘doorleiden’ van klanten (waarop de onder 2.9 weergegeven stellingen van [gedaagden] zien), maar ook dat [P.] tijdens zijn dienstverband op enige wijze bezig is geweest met het benaderen van klanten ten behoeve van Blue Roots (zie 2.33-2.34 van tussenvonnis II). Deze onrechtmatige benadering van klanten is een zelfstandige grond voor het oordeel dat sprake is van een
intention to injureen dat
unlawful meanszijn toegepast en daarop zien de nieuwe stellingen van [gedaagden] niet. Reeds op die grond blijft in stand dat sprake is van uitvoeringshandelingen gericht op het overnemen van klanten die, zoals overwogen in tussenvonnis I (onder 4.45), als
unlawful meanskunnen worden gekwalificeerd.
conspiracynaar Blue Roots zijn ‘doorgeleid’. Als Lionex c.s. er niet in slagen deze twijfel, met nader bewijs, weg te nemen zal dit van invloed zijn op de hoogte van de aan Lionex toe te kennen schadevergoeding; hierop wordt hierna, onder 2.21 en verder, teruggekomen.
concreetdoor Lionex geleden schade moeten worden berekend.
unlawful means(werknemers, klanten en bankrelatie) zal een vergelijking gemaakt moeten worden tussen de situatie mèt de
tort of conspiracyen de situatie zonder de
tort of conspiracy. Daarbij zal de gederfde winst na belasting berekend moeten worden.
tort of conspiracyen de winst (c.q. het verlies) in de hypothetische situatie zonder de
tort of conspiracy. Eventueel verder verlies dient voor rekening van Lionex te blijven omdat dat ook zou zijn ontstaan als de
tort of conspiracyniet was gepleegd.
contributory negligencehierin niet wordt meegenomen, zodat deze kwesties aldus geen bespreking meer behoeven.
unlawful meansbegroot door middel van een vergelijkingshypothese. Daarbij is eerst ingegaan op de Soll (
counterfactual)-positie van Lionex, de positie waarin Lionex zou hebben verkeerd als zowel de
conspiracyals andere omstandigheden waarvan de wederpartij meent dat die voor rekening van Lionex moeten komen worden weggedacht en Lionex normaal zou hebben kunnen doorfunctioneren. Vervolgens is de financiële impact per
unlawful meansberekend en afgezet tegen de Soll-positie. Lionex c.s. stellen dat door deze benadering de eventuele invloed van alternatieve schadeoorzaken is geëlimineerd.
unlawful means‘bankrelatie’ op
unlawful means‘bankrelatie’ er uit bestaat dat [P.] in een gesprek met HSBC op 14 augustus 2012 ‘alvast een balletje [heeft opgeworpen]’ over mogelijke financiering van Blue Roots, maar dat dit gesprek voor HSBC geen reden vormde om actie te ondernemen. [gedaagden] betwisten dat als gevolg van dat gesprek uiteindelijk het exportkrediet van Lionex op 12 april 2013 is ingetrokken. Het ECR-krediet is ingetrokken door de houding van de aandeelhouder van Lionex. Nu het causaal verband ontbreekt, zou dit krediet in de Soll-positie even goed zijn ingetrokken. De schade als gevolg van de
unlawful means‘bankrelatie’ is dus nihil.
unlawful means‘bankrelatie’ heeft betrekking op het feit dat [P.] zijn relatie met HSBC, die hij had opgebouwd in zijn functie als directeur van Lionex, heeft misbruikt om te proberen financiering te krijgen voor Blue Roots, waardoor de relatie tussen Lionex en HSBC is beschadigd (zie 4.63 van tussenvonnis I). Dit misbruik bestaat eruit dat [P.] op 14 augustus 2012 tijdens een afspraak met HSBC ‘alvast een balletje [zou] opwerpen’ voor de financiering van Blue Roots. Naar het oordeel van de rechtbank is de Soll-positie ten aanzien van de schadepost ‘bankrelatie’ dus de situatie zoals die was geweest wanneer dit gesprek niet had plaatsgevonden. Anders dan Lionex c.s. stellen, moeten in de Soll-positie geen andere omstandigheden worden weggedacht. Zoals reeds overwogen moet immers eventueel verder verlies voor rekening van Lionex blijven omdat dat ook zou zijn ontstaan als de
tort of conspiracyniet was gepleegd.
tort of conspiracyniet had plaatsgevonden, acht de rechtbank de volgende feiten van belang:
“de slechte economische situatie in Europa (…) en het feit dat we 2 x met de hakken over de sloot zijn gegaan met de EXIM afhandeling (…)”.(productie 176 [gedaagden] )
“(…) The CP roll-over date in April is non-negotiable and has to be settled on its due date. Missing this date would result in the cancellation of Lionex' facility in totality and we reserve the right to initiate legal action to recover the sum owed to the Bank (…) Last but not least, pick up the phone andcall [Persoon]. Ask for an equity injection to carry Lionex across this EXIM hurdle (…).(productie 183 [gedaagden] )
“(…) Thanks for your assurance towards the settlement of the EXIM sum and we hope that this was just a blip and not a sign of trouble brewing. Putting aside the last two EXIM CP roll-overs, Lionex had always been a good client of our Bank and we certainly do not wish to see this relationship deteriorate further (…)”(productie 186 [gedaagden] ).
“(…) Lionex’ inability to repay the EXIM facility was conveyed to us. This was utterly unacceptable and contradicted your assurance given earlier. If Lionex was to miss this deadline, we would have no choice but to exit the entire relationship within a 6-9 months period. Lionex' remaining bankers would/might treat this restructuring exercise as an event of default and would similarly exit your lines. If we do [not] see the funds in by Friday morning, we will proceed with the exit exercise. Please treat this as a final reminder (…)”.(productie 188 [gedaagden] )
“ (…) We wish to highlight that the above default / past due incident is an event of default and that the Bank reserves the right to take further action if deemed necessary. Please advise us on your action steps to rectify the position (…)”.(productie 189 [gedaagden] )
tort of conspiracyen dat Lionex als gevolg van het gesprek tussen [P.] en HSBC in augustus 2012 over de financiering van Blue Roots schade heeft geleden. Onder die omstandigheden acht de rechtbank het niet meer aannemelijk dan onaannemelijk dat Lionex als gevolg van de
tort of conspiracyop het punt van de bankrelatie schade heeft geleden. De rechtbank zal de schade op dit punt daarom begroten op nihil.
unlawful means‘werknemers’ MYR 22.995.522,00 bedraagt. Zij stellen dat na de opzegging door [P.] van zijn dienstverband de vijf hoogste functionarissen bij Lionex zijn vertrokken. Vier van hen zijn voor Blue Roots gaan werken. De werknemers die bij Lionex zijn achtergebleven hadden louter ondersteunende taken op het gebied van administratie en logistiek. Doordat Lionex is ontdaan van haar gehele senior management zijn haar twee kernactiviteiten – inkoop en verkoop – stilgevallen. De begroting van de schade is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: (zie het onder 2.12 vermelde tweede rapport van dr. [deskundige] ),
unlawful means‘werknemers’ heeft betrekking op het overnemen van [P.] c.s. door Blue Roots. Daartoe zijn de volgende uitvoeringshandelingen verricht (zie 4.41 tot en met 4.43 van tussenvonnis I):
- [P.] heeft, terwijl hij directeur van Lionex was, meegeholpen een met Lionex concurrerende onderneming op te zetten,
- de partijen bij de
- [A.] richtte Blue Roots op terwijl hij nog in dienst was van Lionex,
- [P.] juichte het toe dat [N.] overstapte,
- [P.] vond het geen probleem dat [K. 2] hielp met het inrichten van het kantoor van Blue Roots, ook al was [K. 2] op dat moment nog bij Lionex in dienst.
tort of conspiracyniet was gepleegd.
unlawful means‘klanten’ op MYR 860.561. Zij stellen dat de onder 2.40 van tussenvonnis II vermelde klanten in de jaren 2010 en 2011 gemiddeld 2,78% van de omzet van Lionex genereerden. Bij de berekening van de schade is tot uitgangspunt genomen dat deze klanten gedurende drie jaren niet bij Lionex zouden afnemen. Daarna is de omzet weer gelijk aan de Soll-positie.
order intaketen aanzien van bovenvermelde klanten gedurende drie en zes maanden.
unlawful means‘klanten’ ziet op het ‘doorleiden’ van de onder 2.40 van tussenvonnis II vermelde klanten door Blue Roots. Naar het oordeel van de rechtbank is de Soll positie met betrekking tot deze schadepost de situatie dat deze klanten niet naar Blue Roots zouden zijn ‘doorgeleid’, waarbij, zoals hiervoor onder 2.10 overwogen, voorts geldt dat Lionex c.s. hun stellingen aangaande dat doorleiden nader zullen moeten bewijzen.
- schadedeskundige (€ 87.417),
- deskundigen Maleisisch recht,
- [Prof K.] ,
- vertalers.
tortsnaar Maleisisch recht. Primair dienen deze naar Maleisisch recht te worden vastgesteld; art. 6:96 lid 2 onder b BW geeft daarvoor, in het algemeen, naar Nederlands recht een grondslag.
conspiracyen de schade te kunnen aantonen.
3.De beslissing
31 oktober 2018voor het nemen van een conclusie door Lionex c.s. over hetgeen is vermeld onder 2.33 waarna [gedaagden] op de rol van zes weken daarna een antwoordconclusie mogen nemen;