In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 17 januari 2018 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen F. van Lanschot Bankiers N.V. en [verweerder]. Het verzoek werd afgewezen omdat er sprake was van een opzegverbod tijdens ziekte. De kantonrechter oordeelde dat [verweerder] zich op 2 oktober 2017 ziek had gemeld en dat het verzoek om ontbinding was ingediend terwijl hij ziek was. Dit betekent dat het opzegverbod van artikel 7:670 lid 1 BW van toepassing was. Van Lanschot had aangevoerd dat het disfunctioneren van [verweerder] geen verband hield met zijn ziekte, maar de kantonrechter volgde deze redenering niet. Er werd vastgesteld dat de ziekte van [verweerder] invloed had op zijn functioneren en dat hij niet de kans had gekregen om zijn functioneren te verbeteren. De kantonrechter concludeerde dat Van Lanschot niet had voldaan aan de herplaatsingsverplichting en dat het verzoek om ontbinding daarom moest worden afgewezen. De proceskosten werden toegewezen aan [verweerder].