Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[eiser sub 1] ,
[eiser sub 2],
[eiseres sub 3],
[eiseres sub 4],
[gedaagde sub 4],
[gedaagde sub 5],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 2 mei 2012 in deze zaak, die toen het zaak/rolnummer 285938/ HA ZA 07-1509 droeg, alsmede de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- het arrest van het hof Den Haag (zaaknummer 200.111.465) d.d. 7 april 2015, waarbij de zaak is terugverwezen naar deze rechtbank;
- de akte van eisers d.d. 25 november 2015, met producties;
- de antwoordakte van Loeff c.s. d.d. 9 december 2015;
- de akte van Loeff c.s. ter voorbereiding op regiecomparitie, met producties;
- de akte van eisers houdende reactie op akte ter voorbereiding regie-comparitie, met producties;
- het proces-verbaal van de regiecomparitie d.d. 19 februari 2016;
- de akte inzake gevorderde schade van Loeff c.s. d.d. 16 maart 2016;
- de antwoordakte van eisers d.d. 13 april 2016, met producties;
- de akte uitlating van Loeff c.s. d.d. 4 mei 2016;
- de akte uitlating producties van Loeff c.s. d.d. 1 juni 2016;
- de akte uitlating van Loeff c.s. d.d. 15 juni 2016.
2.De verdere beoordeling
.De inspecteur voegt daaraan toe
: "Zodra deze correctie in enig jaar onherroepelijk wordt zal dit vanzelfsprekend leiden tot vermindering van de aanslagen in de andere in geschil zijnde jaren".(deze zin wordt hierna ook
de toezegginggenoemd).
Ten eerste een overzicht van de betaalde bedragen aan belasting en invorderingsrente op de aanslag Inkomstenbelasting 1998 t.n.v. [eiser sub 1] . (…) Aanslag Inkomstenbelasting 1998 …Groot € 22.174.493,47 dagtekening 9/2/2001.
)
)
)
tax-drivenconstructie in strijd met de wet acht en daarin van de rechter gelijk krijgt, mag zich op het standpunt stellen dat partijen zelf dat risico hebben genomen en daarvan dus de consequenties hebben te aanvaarden, zonder die op de schatkist te kunnen afwentelen, zeker in een geval waarin de belastingplichtige zich uitgebreid heeft laten informeren en adviseren over de vigerende regelgeving. De (mogelijke) wederzijdse dwaling leidt dan niet tot vernietiging, omdat die gevolgen voor rekening van [eisers] dienen te blijven. De positie van de kinderen is een afgeleide van die van hun vader; ook zij waren op de hoogte van de situatie.
.In dit geval zou het standpunt van Loeff c.s. er per saldo toe leiden dat de toezegging de inspecteur ertoe zou verplichten om over 1998 in het geheel niet te heffen. Over de jaren 1997, 1998 en 1999 had de Belastingdienst immers verschillende redenen om te heffen. Voor het jaar 1997 is een hoge aanslag vastgesteld die is komen vast te staan door de door Loeff c.s. onjuist gekozen constructie. In 1998 is geheven vanwege de door Loeff c.s. gemaakte beroepsfout ten aanzien van de woonplaats. Voor 1999 geldt dat Loeff c.s. tegenover de onjuist geadviseerde constructie in 1997 een beschermingsconstructie hadden gezet, die heeft gewerkt in die zin dat de daaruit voortvloeiende aanmerkelijk belang verliezen de heffingen uit 1997 geheel en die uit 1998 voor een klein deel compenseren. De vordering van de Belastingdienst op [eiser sub 1] ter zake inkomstenbelasting over 1997 is dan ook gecompenseerd met het verlies van [eiser sub 1] aan aanmerkelijk belang over het jaar 1999. De heffing over het jaar 1997 was een heffing over een realisatie in het jaar 1997. De heffing over het jaar 1998 was een heffing over een andere realisatie, namelijk die in het jaar 1998.